De heer raadsvoorzitter Jan Laceur opent de zitting.
BESLUIT:
Keurt het proces-verbaal van 28 februari 2024 met algemene instemming goed.
REGELGEVING:
OVERWEGINGEN:
BESLUIT:
Artikel 1: De gemeenteraad keurt de ontwerp oprichtingsakte van de vzw Nationaal Park Scheldevallei, zoals opgenomen in bijlage bij dit besluit, goed en gaat akkoord met de aanduiding van de gemeente als stichtend lid van de nieuwe vzw Nationaal Park Scheldevallei.
De gemeenteraad duidt burgemeester Ann Verschelden aan om de gemeente te vertegenwoordigen als stichtend lid van de nieuwe vzw Nationaal Park Scheldevallei en om de oprichtingsakte te ondertekenen.
Artikel 2: De gemeenteraad duidt burgemeester Ann Verschelden aan als vertegenwoordiger van de gemeente in de Algemene Vergadering.
Artikel 3: De gemeenteraad duidt schepen Jan De Graef aan als kandidaat bestuurder.
Artikel 4: De gemeenteraad duidt schepen Jan De Graef aan als vaste vertegenwoordiger.
Artikel 5: De gemeenteraad geeft machtiging aan het College van Burgemeester en Schepenen om de nodige uitvoeringsmaatregelen te nemen.
Artikel 6: Over het toevoegen van de bevoegdheid wordt nog geen beslissing genomen.
REGELGEVING:
OVERWEGINGEN:
BESLUIT:
Artikel 1: Het bestek met nr. 20241188 en de raming voor de opdracht “Heraanleg site Mirabrug”, opgesteld door de ontwerper, Irtas bvba, Gasmeterstraat 81 A te 9100 Sint-Niklaas worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 190.521,05 (€ 40.009,42 btw verlegd).
Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
Artikel 3: De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau.
Artikel 4: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2024, op budgetcode 0522-00/2203000/BESTUUR/CBS/0/IP-071 (ACT-1328).
REGELGEVING:
Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, meer bepaald:
OVERWEGINGEN:
BESLUIT:
Enig artikel: Neemt akte van het jaarverslag 2023 van het Centraal Meldpunt.
REGELGEVING:
OVERWEGINGEN:
BESLUIT:
Brengt gunstig advies uit bij het Agentschap van Binnenlands Bestuur over de samenvoeging van de kerkfabriek Heilige Familie met kerkfabriek Sint-Pietersbanden te Hamme.
REGELGEVING:
OVERWEGINGEN:
BESLUIT:
Artikel 1: Het bestek met nr. 20241187 en de raming voor de opdracht “Buitengewoon onderhoud aan asfaltwegen Hamme 2024”, opgesteld door de ontwerper, Van den Broeck Frankie, landschaps- en tuinarchitect, Nijverheidstraat 5 te 9220 Hamme worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 659.320,30 incl. btw (€ 138.457,26 btw medecontractant).
Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
Artikel 3: De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau.
Artikel 4: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2024, op budgetcode 0200-00/2240000/BESTUUR/CBS/0/IP-001 (ACT-534).
REGELGEVING:
OVERWEGINGEN:
BESLUIT:
Tussen
de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid,
Willebroekkaai 38 te 1000 Brussel,
vertegenwoordigd door de heer Frank Robben, administrateur-generaal,
hierna “KSZ” genoemd,
enerzijds
en
de gemeente Hamme
Marktplein 1 te 9220 Hamme,
vertegenwoordigd door mevrouw Ann Verschelden, burgemeester en André Reuse, algemeen directeur,
hierna “gemeente” genoemd,
anderzijds
wordt overeengekomen hetgeen volgt.
Artikel 1. VOORWERP VAN DE OVEREENKOMST
Deze overeenkomst beoogt de mededeling, door de KSZ aan de gemeente, van de identiteit van de inwoners die, omwille van hun socialezekerheidsstatuut (of dat van hun rechthebbenden), recht hebben op één of ander voordeel binnen of buiten de sociale zekerheid, uitsluitend met het oog op de automatische toekenning van aanvullende rechten of de verstrekking van inlichtingen dienaangaande, vastgesteld in het gemeentelijk reglement van 20 december 2023 of in een uitdrukkelijke verklaring dienaangaande.
De betrokken partijen verbinden er zich uitdrukkelijk toe om alle bepalingen van beraadslaging nr. 16/008 van 2 februari 2016 (meermaals gewijzigd) van de kamer sociale zekerheid en gezondheid van het informatieveiligheidscomité na te leven. Deze overeenkomst kan in geen geval afbreuk doen aan de bepalingen van deze beraadslaging of aan de bepalingen van de regelgeving vermeld in artikel 8 van deze overeenkomst.
De gemeente zal aan de KSZ de lijst van inwoners die potentieel in aanmerking komen voor de toekenning van een aanvullend recht of de verstrekking van inlichtingen dienaangaande en een kopie van het hogervermeld gemeentelijk reglement of de uitdrukkelijke verklaring dienaangaande overmaken. De betrokkenen worden geïdentificeerd aan de hand van hun identificatienummer van de sociale zekerheid. In het kader van de principes van finaliteit en proportionaliteit (minimale gegevensverwerking) is het van belang dat enkel de betrokken inwoners overgemaakt worden en dat er geen onderzoek gevoerd wordt naar de volledige populatie.
De KSZ is verwerkingsverantwoordelijke voor de volgende verwerking: de KSZ zal de door de gemeente overgemaakte lijst met inwoners eerst vergelijken met de persoonsgegevens die tijdelijk opslagen worden in de “buffer”-gegevensbank. Dit is een persoonsgegevensbank die door de KSZ wordt beheerd en waarin de persoonsgegevens die nodig zijn voor de toekenning van aanvullende rechten of de verstrekking van inlichtingen dienaangaande en die afkomstig zijn van een authentieke bron die de verantwoordelijkheid over de gegevens behoudt, tijdelijk worden opgeslagen (tot ze vervangen worden door andere, recentere persoonsgegevens). Vervolgens zal de KSZ er de personen die recht hebben op een aanvullend recht of de verstrekking van inlichtingen dienaangaande, op aanduiden en ze ten slotte terug aan de gemeente overmaken.
Enkel de sociale statuten en persoonsgegevens noodzakelijk voor de toekenning van de aanvullende rechten of de verstrekking van inlichtingen dienaangaande worden in de “buffer”-gegevensbank bewaard (de details van die persoonsgegevens zijn afhankelijk van de regelgeving met betrekking tot de toekenning van de aanvullende rechten en/of de verstrekking van inlichtingen dienaangaande). Het gaat enkel om de basispersoonsgegevens (zoals sociaal statuut, begindatum en einddatum, zonder enige interpretatie door de KSZ), die periodiek (per kwartaal of per maand) worden vervangen (het beginsel van juistheid). Deze buffer-gegevensbank is noodzakelijk voor het realiseren van de doeleinden van de verwerking waarvoor KSZ verantwoordelijk is.
De aldus door de KSZ aan de gemeente overgemaakte persoonsgegevens mogen uitsluitend worden gebruikt voor het doeleinde vermeld in het eerste lid. Ze mogen slechts worden bewaard zolang dat noodzakelijk is voor het verwezenlijken van dat doeleinde en moeten daarna worden vernietigd. Ze mogen onder geen beding verder worden meegedeeld aan derden zonder beraadslaging van het informatieveiligheidscomité.
Artikel 2. VERANTWOORDELIJKHEID VOOR DE MEDEDELING
De KSZ kan nooit verantwoordelijk worden gesteld voor de eventuele onjuiste inhoud of de eventuele onjuiste verspreiding van de persoonsgegevens.
De persoonsgegevens die door de bevoegde instellingen van sociale zekerheid worden meegedeeld aan de KSZ geven de toestand weer op het overeengekomen tijdstip.
Artikel 3. UITWISSELINGSMETHODES
Elke mededeling van persoonsgegevens tussen de betrokken partijen in het kader van deze overeenkomst gebeurt via filetransfer, zoals beschreven in de technische documentatie die meegedeeld wordt door de KSZ aan de gemeente.
Artikel 4. VERANTWOORDELIJKE PERSONEN
De gemeente zal aan de KSZ meedelen wie verantwoordelijk is voor, enerzijds, het overmaken van de identiteit van de inwoners die potentieel in aanmerking komen voor de toekenning van een aanvullend recht of de verstrekking van inlichtingen dienaangaande en, anderzijds, het ontvangen van de identiteit van de personen die recht hebben op de toekenning van een aanvullend recht of de verstrekking van inlichtingen dienaangaande vastgesteld in het gemeentelijk reglement van 20 december 2023 of in een uitdrukkelijke verklaring dienaangaande.
Artikel 5. DUUR VAN DE OVEREENKOMST
Deze overeenkomst geldt voor 2024. De duur van deze overeenkomst is maximaal vijf jaar en kan in geen geval de duur van het hogervermeld gemeentelijk reglement of de uitdrukkelijke verklaring dienaangaande overschrijden.
Deze overeenkomst kan enkel worden gewijzigd bij een door de beide partijen ondertekend aanhangsel en kan na het eerste jaar door de beide partijen worden opgezegd door middel van een aangetekende brief en met eerbiediging van een opzegtermijn van drie maanden.
Artikel 6. KOSTENREGELING
De totale kostprijs voor de mededeling van de persoonsgegevens door de KSZ aan de gemeente komt overeen met de eenheidsprijs van een bericht die wordt berekend op basis van de naar behoren geïndexeerde gegevens van het jaar voorafgaand aan het jaar van het leveren van de dienst, vermenigvuldigd met het aantal dienstige inputberichten van de gemeente. De minimumbedragen kunnen op de website van de KSZ worden geraadpleegd op het volgende adres: https://www.ksz-bcss.fgov.be/nl/over-de-ksz/interne-organisatie/financiele-middelen. Er moet rekening worden gehouden met het feit dat de eenheidsprijs van een bericht pas halverwege april van het jaar waarin de dienst wordt verleend, wordt vastgelegd en dat er geen btw verschuldigd is.
De KSZ zal de door de gemeente overgemaakte inwoners die potentieel in aanmerking komen voor de toekenning van een aanvullend recht of de verstrekking van inlichtingen dienaangaande zo snel mogelijk verwerken en de gemeente achteraf uitsluitend per e-mail een schuldvordering bezorgen met een toelichting over de berekening van het verschuldigde bedrag.
De gemeente zal vooraf aan de KSZ haar operationele e-mailadres meedelen. De KSZ zal dit operationele e-mailadres gebruiken als enig communicatiemiddel voor het bezorgen van de schuldvordering aan de gemeente. De verwerking van de door de gemeente overgemaakte inwoners die potentieel in aanmerking komen voor een aanvullend recht of de verstrekking van inlichtingen dienaangaande kan in elk geval slechts aangevat worden na deze mededeling van het operationele e-mailadres door de gemeente aan de KSZ.
Een beschrijving van de toepasselijke regels is beschikbaar op de website van de KSZ.
De gemeente zal het bedrag storten op bankrekeningnummer 001-1950055-43 van de KSZ, uiterlijk binnen de zestig kalenderdagen te rekenen vanaf de ontvangst van de schuldvordering op het door haar aan de KSZ meegedeelde operationele e-mailadres. Bij laattijdige betaling is er van rechtswege en zonder voorafgaande ingebrekestelling een bedrag van 25 euro als forfaitaire schadevergoeding verschuldigd.
Artikel 7. PLICHT TOT INKENNISSTELLING VAN DE RAADSLEDEN
De burgemeester verbindt zich ertoe alle raadsleden in kennis te stellen van deze overeenkomst. De gemeente moet voorafgaandelijk aan de uitvoering van de werkzaamheden aan de KSZ een kopie bezorgen van het verslag van de vergadering tijdens dewelke de gemeenteraadsleden in kennis werden gesteld van deze overeenkomst.
Artikel 8. TOEPASSELIJKE REGELGEVING EN BEVOEGDE RECHTBANK
Bij de uitvoering van deze overeenkomst zijn de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, de Europese “Algemene Verordening Gegevensbescherming” (de verordening 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG) hun respectieve uitvoeringsbesluiten en elke andere regelgeving tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer van natuurlijke personen onverkort van toepassing.
Op deze overeenkomst is uitsluitend het Belgisch recht van toepassing. In geval van geschil zijn uitsluitend de rechtbanken te Brussel bevoegd.
Artikel 9. OPHEFFING VAN VROEGERE OVEREENKOMSTEN
In voorkomend geval vervangt deze overeenkomst de bestaande overeenkomst gesloten tussen de gemeente en de KSZ met betrekking tot het voorwerp bedoeld in artikel 1.
De bestaande overeenkomst wordt opgeheven met ingang van de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst.
Opgemaakt te Brussel in minstens zoveel exemplaren als er belanghebbende partijen zijn en waarvan elke partij erkent er minstens één te hebben ontvangen.
voor de KSZ: voor de gemeente:
F. ROBBEN A. REUSE A. VERSCHELDEN
administrateur-generaal algemeen directeur burgemeester
REGELGEVING:
OVERWEGINGEN:
BESLUIT:
Artikel 1: Beslist artikel 9 §1 van het Algemeen Politiereglement Politiezone Hamme Waasmunster aan te passen als volgt:
Het zichtbaar bezit, het tonen, uitstallen, elke voorbereidende handeling voor het ontsteken of doen knallen van en het eigenlijke ontsteken en doen knallen van pyrotechnische artikelen van welke aard ook in de openbare ruimte of in de nabijheid daarvan is verboden (b. v. vuurwerk, voetzoekers, carbuurkanonnen, feestgeschut, thunderflashes, knal- en rookbussen, ... ). De gemeente kan toelating geven om hiervan af te wijken. De gemeente bepaalt de voorwaarden voor het aanvragen en afleveren van die toestemming. Het is te allen tijde verboden wensballonnen op te laten.
Het is verboden om ontploffend vuurwerk of meer dan de wettelijk toegelaten hoeveelheid feest- en seinvuurwerk bij te hebben zonder voorafgaande toelating van de burgemeester. Personen mogen nooit in het bezit zijn van pyrotechnische artikelen wanneer deze wettelijk niet aan hen verkocht mogen worden.
Vuurwerk, carbuurkanonnen, feestgeschut, voetzoekers, thunderflashes, knal- en rookbussen, wensballonnen of andere voorwerpen die aangetroffen of gebruikt worden of kennelijk bedoeld zijn om gebruikt te worden in strijd met bovenvermelde bepalingen, worden in beslag genomen en vernietigd.
Artikel 2: Dit reglement treedt in werking op 8 april 2024.
Artikel 3: Neemt akte van de gecoördineerde versie van het reglement zoals hieronder beschreven.
Artikel 1
§1. Dit reglement geldt met behoud van de toepassing van enige andere wetgeving.
§2. Overtredingen van de bepalingen zoals die zijn beschreven:
vallen onder de toepassing van de gemeentelijke administratieve sancties, volgens de modaliteiten bepaald in de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties en volgens hoofdstuk 4 van dit reglement.
§3. Het opleggen van een administratieve sanctie is onderworpen aan de procedurevoorschriften zoals voorzien in de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
§4. Alle schriftelijke toestemmingen van het lokaal bestuur of andere instanties moeten op eenvoudig verzoek kunnen voorgelegd worden aan de politie en aan de aangestelde ambtenaar.
§5. Voor alle artikelen in dit reglement, waarin geluidsnormen worden opgelegd, gelden de bepalingen uit VLAREM II, hoofdstukken 4.5, 5.32 en 6.7.
Artikel 1bis
Artikel 2
Elk gerucht of rumoer dat overdag, zonder noodzaak wordt veroorzaakt of te wijten is aan een gebrek aan voorzorg en dat van aard is de rust te verstoren, is verboden.
Het bewijs van geluidsoverlast kan met alle mogelijke middelen geleverd worden.
Artikel 3
Wordt niet als hinderlijk aangezien, het geluid dat:
Artikel 4: Werkzaamheden en hanteren van goederen
Iedereen die een beroep uitoefent of een handel exploiteert waarbij gebruik gemaakt wordt van toestellen die buitengewoon luidruchtig zijn en van aard om de rust van de omgeving te storen, kunnen verplicht worden die toestellen te gebruiken onder de door de burgemeester vastgestelde voorwaarden, die tot doel hebben de geruchten of het lawaai te beperken, zowel qua intensiteit als qua tijd.
Artikel 5: Voortbrengen van geluid voor het maken van reclame en publiciteit
Het aanwenden van fluiten, sirenes, bellen, muziek, geluidsverwekkende hulpmiddelen door handelsinrichtingen, bewegende verkoopsinrichtingen, venters of leurder, opkopers van oude of nieuwe voorwerpen en dienstverleners, met het doel de aandacht te vestigen op de verkoop van een product of het verlenen van een dienst is enkel geoorloofd overdag. Het gebruik is onderworpen aan een voorafgaande schriftelijke toelating van de burgemeester of zijn afgevaardigde. Het gebruik van deze toestellen is steeds verboden op zon- en feestdagen. Hierop wordt een uitzondering gemaakt , zelfs op zon- en feestdagen, voor ijsventers tot 22.00u.
Artikel 6: Voertuigen met luidsprekers
Het gebruik van luidsprekers of een radio-installatie die met het oog op het maken van reclame of propaganda, aangebracht zijn op of in voertuigen is onderworpen aan een voorafgaande schriftelijke toelating van de burgemeester of zijn afgevaardigde. In deze toelating kunnen bijzondere voorwaarden worden opgelegd.
Artikel 7: Muziek
§1. Voor alle muziekactiviteiten, ongeacht hun locatie, gelden de regels opgenomen in VLAREM II. Het college van burgemeester en schepenen kan geval per geval strengere normen en bijkomende voorwaarden opleggen.
§2. Straatmuzikanten moeten geen voorafgaande machtiging bekomen hebben om op te treden, op voorwaarde dat:
§3. Het is verboden muziek in voertuigen te produceren die hinderlijk hoorbaar is buiten het voertuig. Er wordt enkel een uitzondering toegestaan voor voertuigen voor reclame en publiciteit, zoals opgenomen in artikel 4 en 5 van dit reglement.
Artikel 8: Werktuigen
§1. Onverminderd artikel 3 is het gebruik van werktuigen aangedreven door ontploffingsmotoren of elektrische motoren verboden tussen 20.00u en 08.00u. Op zondagen en wettelijke feestdagen is het gebruik van dergelijke werktuigen volledig verboden, behalve voor grasmaaiers, waarvan het gebruik op zon- en feestdagen tussen 10.00u en 12.00u geoorloofd is.
§2. De verbodsbepalingen in dit artikel zijn niet van toepassing op de normale exploitatie en bedrijfsuitoefening van alle ondernemingen die over de vereiste vergunningen beschikken.
Artikel 9: Vuurwerk, voetzoekers, carbuurkanonnen, wensballonnen en vogelschrikkanonnen
§1. Het zichtbaar bezit, het tonen, uitstallen, elke voorbereidende handeling voor het ontsteken of doen knallen van en het eigenlijke ontsteken en doen knallen van pyrotechnische artikelen van welke aard ook in de openbare ruimte of in de nabijheid daarvan is verboden (b. v. vuurwerk, voetzoekers, carbuurkanonnen, feestgeschut, thunderflashes, knal- en rookbussen, ... ). De gemeente kan toelating geven om hiervan af te wijken. De gemeente bepaalt de voorwaarden voor het aanvragen en afleveren van die toestemming. Het is te allen tijde verboden wensballonnen op te laten.
Het is verboden om ontploffend vuurwerk of meer dan de wettelijk toegelaten hoeveelheid feest- en seinvuurwerk bij te hebben zonder voorafgaande toelating van de burgemeester. Personen mogen nooit in het bezit zijn van pyrotechnische artikelen wanneer deze wettelijk niet aan hen verkocht mogen worden.
Vuurwerk, carbuurkanonnen, feestgeschut, voetzoekers, thunderflashes, knal- en rookbussen, wensballonnen of andere voorwerpen die aangetroffen of gebruikt worden of kennelijk bedoeld zijn om gebruikt te worden in strijd met bovenvermelde bepalingen, worden in beslag genomen en vernietigd.
§2. Het gebruik van al dan niet automatische vogelschrikkanonnen of gelijksoortige toestellen, met inbegrip van toestellen die, al dan niet elektronisch verstrekt het geluid laten horen van krijsende vogels, om vogels te verjagen ter bescherming van de akkerbouw, tuinbouw en fruitteelt is enkel toegestaan mits voorafgaande schriftelijke toelating van de burgemeester. De aanvraag moet gemotiveerd worden en moet de beoordeling van de mogelijke hinder van de installatie mogelijk maken. In de toelating kunnen bijzondere voorwaarden worden opgelegd.
§3. De toelating kan worden geschorst of ingetrokken indien de toelatingsvoorwaarden niet worden nageleefd of het bestaan van overmatige hinder wordt vastgesteld.
Artikel 10: Lawaai door dieren
Dieren mogen geen abnormale hinder veroorzaken voor de omwonenden door aanhoudend geblaf, geschreeuw of gekrijs. Derhalve zijn de houders van dieren verplicht hun dieren op een degelijke wijze onderdak en verzorging te verlenen. De houders van de dieren waarvan het geluid de rust van de omwonenden stoort of als overdreven hinderlijk kan beschouwd worden, zijn strafbaar.
Artikel 11
Het is verboden op het openbaar domein en op plaatsen die voor het publiek toegankelijk zijn, een activiteit uit te oefenen die de openbare veiligheid of de veilige en vlotte doorgang in het gedrang kan brengen.
Artikel 12
Het is verboden fietsen, bromfietsen en andere voertuigen te plaatsen voor de ingangen van private woningen.
Artikel 13
Iedere manifestatie, optocht, meeting, voordracht en toespraak op een openbare plaats is onderworpen aan een toelating van de gemeente. De houders van deze toelating moeten zich schikken naar de voorwaarden opgenomen in dit toelatingsbesluit en de bevelen van de politie. Eenzelfde toelating is vereist voor meetings in huizen of lokalen gericht tot of hoorbaar door het publiek dat zich op de openbare weg bevindt. Deelname aan een manifestatie waarvoor geen toelating werd gegeven is strafbaar.
Artikel 14
§1. Het dragen van vermommingen is verboden gedurende iedere manifestatie.
§2. Enkel tijdens jeugdwerkactiviteiten, de vieringen van carnaval of middels toelating van het college van burgemeester en schepenen naar aanleiding van specifieke festiviteiten is het toegelaten zich te maskeren of te vermommen.
§3. Gemaskerde en vermomde personen zijn verplicht zich te identificeren en hun vermommingen te verwijderen op het eerste verzoek van de politie.
Artikel 15
Het is verboden:
Artikel 16
Het gemeentebestuur duidt de nummering van de gebouwen aan; enkel het door het gemeentebestuur aangeduide nummer mag door de bewoner of eigenaar worden aangebracht. Eigen nummering mag niet aangebracht worden. Wordt door de bewoner of eigenaar het aangeduide nummer niet aangebracht dan zal het gemeentebestuur zelf het nummer aanbrengen op kosten en risico van de betrokkene.
Artikel 17
De eigenaar en gebruiker van een gebouw moet op de gevel ervan, of afsluitingsmuren langsheen de openbare weg gelegen, de plaatsing door het gemeentebestuur dulden van straatnaamborden, verkeersborden, houders van leidingen van openbaar net en veiligheid of andere toestellen van openbaar belang. Hij zal er alle vereiste werken aan laten uitvoeren.
Artikel 18
De eigenaar of gebruiker van een gebouw moet, indien de afbraak of verandering ervan de verplaatsing nodig maakt van een toestel van openbaar nut, op voorhand de burgemeester en de eigenaar of exploitant ervan verwittigen.
Artikel 19
Het is verboden de straatnaamborden, huisnummers of elke andere aanduiding van openbaar belang te bedekken, weg te nemen, te veranderen of te beschadigen en de uithangborden en plakbrieven af te rukken, ze te bevuilen of onleesbaar te maken.
Artikel 20
Elk privaat gebruik van de openbare weg is verboden zonder voorafgaande toelating van de bevoegde overheid.
Artikel 21
Het plaatsen van tafels, banken, stoelen, koopwaren of andere voorwerpen op de openbare weg is verboden, tenzij voorafgaande schriftelijke vergunning van het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 22
Terrassen en uitstallingen geplaatst zonder vergunning of in strijd met de bepalingen van de vergunning worden beschouwd als een wederrechtelijke inname van de openbare weg. Deze moeten op politiebevel onmiddellijk worden verwijderd. Indien aan het bevel geen gevolg wordt gegeven, zullen zij ambtshalve, op kosten en risico van hun eigenaar en/of gebruikers worden weggenomen.
Artikel 23
Het is verboden zonder machtiging van de beheerder van de weg en van het gemeentebestuur op privé-initiatief op of over de openbare weg, toestellen of andere verbindingen aan te brengen.
Artikel 24
De politie kan van rechtswege en op kosten van de overtreder alle private voorwerpen van de openbare weg verwijderen als ze de veiligheid bedreigen, de doorgang hinderen of zonder voorafgaande toelating werden aangebracht.
Artikel 25
De inname van het openbaar domein voor het uitvoeren van werken op last van particulieren is in principe verboden. Het college van burgemeester en schepenen kan hiervoor wel een vergunning toestaan.
Artikel 26
Bij inname van het openbaar domein voor het uitvoeren van werken dienen de werken onmiddellijk na het plaatsen van schutsels, hekken of stellingen aangevangen te worden en zonder onderbreking voortgezet ten einde binnen de kortst mogelijke tijd voltooid te zijn. In geval van onderbreking van de werken zullen de afsluitingen weggenomen worden of op de lijnrichting herplaatst worden zodat zij het verkeer niet belemmeren.
Artikel 27
Het is verboden, hetzij van boven, hetzij van binnen, uit de huizen puin- of bouwstoffen op het openbaar domein, in de riool of in de waterlopen te werpen. Deze moeten met zorg beneden gelaten worden en zodanig tegen het gebouw of tegen het schutsel gelegd worden dat het verkeer niet belemmerd wordt. Voor het invallen van de duisternis zullen deze weggenomen worden. De voertuigen die de bouwmaterialen aanbrengen of aarde en steengruis weghalen moeten binnen de omheining van de eigendom rijden. Waar dit onmogelijk is, moeten zij langs het gebouw, maar nooit dwars over de openbare weg worden geplaatst.
Artikel 28
Afsluitingen, hekken, stellingen of containers op het openbaar domein moeten behoorlijk verlicht worden, van zonsondergang tot zonsopgang op kosten en verantwoordelijkheid van de plaatser.
Artikel 29
Onmiddellijk na de voltooiing van het grof werk en het onder dak brengen van de gebouwen langsheen de openbare weg moet de aannemer de afsluitingen, hekken of stellingen doen wegnemen en het gedeelte van de openbare weg, door de werk- en bergplaatsen ingenomen, helemaal zuiveren van bouwmaterialen, steengruis of vuilnis. Hij moet de weg voor het openbaar verkeer heropenen en in zijn vorige staat brengen op zijn kosten. Hetzelfde zal gebeuren in geval van onderbreking van de werken. Bouwmaterialen of puin die binnen de bepaalde tijd niet zijn weggehaald kunnen op politiebevel van ambtswege worden weggevoerd op kosten van de aannemer of de eigenaar.
Artikel 30
Het gemeentebestuur mag te allen tijde tijdens de duur van de werken nazicht uitoefenen en daartoe afgevaardigden aanstellen. De eigenaars, aannemers of hun aangestelde zullen bij dit nazicht hun medewerking moeten verlenen. Indien vastgesteld wordt dat er is afgeweken van de voorwaarden door dit reglement bepaald of in de toelating gesteld, indien het gebruikte materiaal van gelijk welke aard bestemd voor de opbouw of dienstig voor de herstellingen of anderzijds de vereiste hoedanigheid om waarborgen tegen ongevallen te bieden, niet bezit, zullen de werken onmiddellijk stop gezet worden. De verantwoordelijke van de gemeente zal daarvan verslag opmaken en voor uitspraak aan de burgemeester voorleggen.
Artikel 31
Wanneer er langs de openbare wegen grachten gelegen zijn die dienen overwelfd te worden, dan kan deze slechts overwelfd worden na machtiging van de bevoegde overheid.
Artikel 32: Verkeer van dieren
§1. Het is verplicht de hond vanwaar men eigenaar is of waarover men de feitelijke bewaking heeft aan de leiband te houden aan het volledig openbaar domein, in bossen en natuurreservaten; met uitzondering van hulphonden en diensthonden en op hondenloopzones ingericht door het gemeentebestuur.
§2. Het is verboden kwaadaardige of woeste dieren te laten rondlopen op gedeelten van niet afgesloten private eigendommen om de toegang van de woning te bereiken.
Artikel 33: Plaatsen waar manifestaties en vertoningen plaats hebben
Het maximum toegelaten personen moet, volgens de door de overheid voorgeschreven wijze, zichtbaar worden aangebracht aan de hoofdingang van het gebouw of van het evenement. De exploitant van het gebouw en de inrichter van de manifestatie zijn verplicht op de maximaal toegelaten personen controle te houden.
Artikel 34: Verplichtingen van de burger in geval van brand
§1. Brandmonden gelegen in een openbare plaats moeten steeds vrij blijven voor gebruik en gemakkelijk toegankelijk gehouden worden.
§2. Personen die niet noodzakelijk zijn voor het bestrijden van brand of van andere gevaren moeten zich verwijderen op verzoek van de politie of de brandweer.
Artikel 35: Bestrijden van sneeuw en ijs
§1. Bij vriesweer is het verboden, om welke reden ook, water op de openbare weg te gieten of te laten vloeien.
§2. Bij ijzel zijn de inwoners verplicht op het trottoir langsheen de woning of het pand zand, as, zaagsel of een andere slipwerende stof te strooien, zodat het veilig verkeer van de voetgangers verzekerd is.
§3. Bij sneeuw zullen zij zo spoedig mogelijk het trottoir van sneeuw of ijs ontdoen. Bij overmacht wanneer uit oorzaak van hevige vorst de aangevroren sneeuw niet met gewone middelen te verwijderen is, zal voor de gladde trottoirs op dezelfde wijze gehandeld worden als bij ijzel.
§4. De inwoners zorgen ervoor dat de weggeruimde sneeuw of het ijs, naar de uiterste rand van het voetpad of de stoep wordt gebracht, zodat er voor de voetgangers voldoende ruimte overblijft en er tevens voldoende openingen aanwezig zijn voor het afvloeien van het dooiwater. Er moet op gelet worden dat de brandkranen en rioolputten vrij blijven. Bij een te smal voetpad of stoep zal de sneeuw of ijs op de weg opgehoopt worden, zo dicht mogelijk bij de boordsteen van het voetpad of de stoep, maar op die wijze dat de greppels en rioolmonden vrij blijven.
§5. Voor de openbare gebouwen berust de uitvoering van de verplichtingen vermeld onder §1 tot §4 van dit artikel bij de huisbewaarders of portiers en voor de huizen door verschillende gezinnen bewoond, dienen deze verplichtingen uitgevoerd door de bewoners van het gelijkvloers langs de straatzijde. Bij ontstentenis van bewoning op het gelijkvloers, dient de verplichting uitgevoerd te worden door de bewoners van de hoger gelegen verdieping.
Artikel 36: Snoeien van bomen en planten op eigendommen langs de openbare weg
De gebruiker of de eigenaar van een onroerend goed is verplicht iedere boom of plant te snoeien zodat geen enkele tak ervan:
1° Op minder dan 4.50m van de grond boven de rijbaan hangt.
2° Op minder dan 2.50m van de grond boven de gelijkgrondse berm of boven het voetpad hangt.
3° De stabiliteit van de installaties voor openbare verlichting in het gedrang brengt of het uitgestraalde licht ervan in belangrijke mate verhindert.
4° Het normale uitzicht op de openbare weg belemmert in de nabijheid van bochten en kruispunten.
5° De zichtbaarheid van verkeersborden in het gedrang brengt.
Artikel 37
§1. De eigenaars, bezitters of bewakers van dieren zijn ertoe gehouden te voorkomen dat openbare plaatsen (met uitzondering van speciaal daartoe ingerichte plaatsen), huisdrempels of gevels bevuild worden door hun dieren.
§2. De begeleider of eigenaar van het dier is verplicht de uitwerpselen of enige andere bevuiling door het dier, ook in de hondentoiletten, onmiddellijk te verwijderen en het bevuilde te reinigen. De uitwerpselen van honden mogen alleen worden gedeponeerd in de gemeentelijke afvalkorven of meegegeven worden met het restafval.
§3. Visueel gehandicapten en andere mindervaliden die gebruik van een hond als begeleider vallen niet onder de toepassing van de vorige bepalingen.
Artikel 38: Reinigen van de openbare weg
§1. De hoofdbewoner, hoofdgebruiker of de bewoner van de benedenverdieping van ieder gebouw of ander onroerend goed moet instaan voor de reinheid van de aangelegde berm en het trottoir voor het eigendom dat hij bezit, gebruikt of bewoont. Bij ontstentenis van bewoning op het gelijkvloers, dient de verplichting uitgevoerd te worden door de bewoners van de hoger gelegen verdieping. Deze dienen in zodanige staat te worden onderhouden dat het gebruik ervan door de voetgangers op geen enkele wijze gehinderd wordt, zelfs niet door onkruid of gewassen die op zijn grond staan. Voor leegstaande gebouwen en bij onbebouwde percelen rust deze verplichting op de eigenaar.
§2. Het is verboden de aangelegde bermen en voetpaden te reinigen tussen 22.00u en 07.00u.
§3. Iedereen die, op om het even welke wijze, de openbare weg heeft bevuild of laat bevuilen, zelfs onrechtstreeks, moet er voor zorgen dat deze onverwijld opnieuw proper gemaakt wordt. Onverminderd de bij dit reglement voorziene straffen kan het gemeentebestuur op kosten van de overtreder de voorwerpen doen weghalen die zouden neergelegd, geworpen of achtergelaten zijn op de openbare weg.
Artikel 39: Afval en voorwerpen op het openbaar domein
§1. Het is verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de burgemeester vuilnis en alle soorten afval te bewaren, te storten en/of achter te laten op het openbaar domein, behalve op de daartoe door de bevoegde overheid aangeduide plaatsen en wijze. Huisvuil mag pas de dag voor de afhaling vanaf 20.00u en tot de afhandeling zelf worden buiten gezet.
§2. Het is verboden te urineren en uitwerpselen achter te laten op het openbaar domein of op publiek toegankelijke plaatsen, behalve in de daartoe ingerichte voorzieningen.
§3. Alle overblijfselen en ingrediënten van het wassen of reinigen van voertuigen, zoals modder, vet, olie, aarde, zeep of andere schoonmaakproducten en detergenten moeten zorgvuldig van de openbare weg verwijderd worden.
Artikel 40
Het is verboden, behoudens in geval van gerechtvaardigde reden, de bevelen of richtlijnen van een politieambtenaar, gegeven in het kader van het handhaven of herstel van de openbare rust, veiligheid, gezondheid, zindelijkheid of gegeven in het kader van de bestrijding of voorkoming van overlast, niet na te leven.
Artikel 41: Woonwagens
Zij die in woonwagens verblijven mogen slechts de tijd, nodig voor de doortocht op het grondgebied van de gemeente verblijven met een maximum van 12 uur, tenzij de burgemeester hiervoor een afwijking toelaat.
Artikel 42: Verhuizingen
Geen verhuizing mag plaats hebben tussen 22.00u en 07.00u tenzij bij dringende noodzakelijkheid en wanneer de lokale politie hiervan vooraf in kennis werd gesteld
Artikel 43: Schadelijke middelen
§1. Het is verboden schadelijke middelen (zoals lachgas) te verhandelen of te bezitten indien de handel of het bezit gericht is op het oneigenlijk gebruik van de middelen met als doel het opwekken van een roeseffect, dit met een ongewenst effect op de openbare orde als gevolg.
§2. De politiediensten nemen capsules, cilinders, patronen en flessen alsook alle materialen die worden gebruikt bij het inhaleren van deze gassen/middelen in beslag met het oog op vernietiging, overeenkomstig de bepalingen van artikel 30 van de wet op het politieambt van 5 augustus 1992.
§3. Onverminderd de toepassing van de gemeentelijke administratieve sancties, worden de schadelijke middelen waarvan sprake in voorgaande bepalingen door de politie in beslag genomen.
§4. De politiediensten zijn belast met het toezicht op de naleving van de verordening en de inbeslagname. De gemeente staat in voor de stockage van de bestuurlijk in beslag genomen goederen en de vernietiging ervan bij besluit van de burgemeester. De kosten voor de stockage en de vernietiging vallen ten laste van de overtreder.
Artikel 44: Zwemmen
Het is verboden om te zwemmen in voor het publiek toegankelijke waterlopen, vijvers en plassen.
Artikel 45: Afsluitingen en onderhoud van private percelen
Onverminderd de bepalingen van huidig reglement is het verboden langsheen de openbare weg omheiningen aan te brengen of in stand te houden in prikkeldraad, tenzij deze afsluitingen door een boordgracht of een zijberm van minstens 1,50 m gescheiden zijn van elke rijbaan, fietspad, voetpad of begaanbare berm.
Artikel 46 (artikel 461 en 463 van het strafwetboek)
Hij die een zaak die hem niet toebehoort, bedrieglijk wegneemt, is schuldig aan diefstal.
Artikel 47 (artikel 526 van het strafwetboek)
Het is verboden grafstenen, gedenktekens, monumenten, standbeelden of andere voorwerpen die tot algemeen nut of tot openbare versiering bestemd zijn en door de bevoegde overheid of met haar machtiging zijn opgericht, te vernielen, neer te halen, te verminken of te beschadigen.
Artikel 48 (artikel 534bis van het strafwetboek)
Het is verboden om, zonder toestemming graffiti aan te brengen op roerende of onroerende goederen.
Artikel 49 (artikel 534ter van het strafwetboek)
Het is verboden om opzettelijk andermans onroerende eigendommen te beschadigen.
Artikel 50 (artikel 537 van het strafwetboek)
Het is verboden om kwaadwillig een of meer bomen om te hakken of zodanig te snijden, te verminken of te ontschorsen dat ze vergaan. Het is eveneens verboden enten te vernielen.
Artikel 51 (artikel 545 van het strafwetboek)
Het is verboden om grachten geheel of ten dele te dempen, levende of dode hagen uit te rukken of af te hakken, landelijke of stedelijke afsluitingen te vernielen en grenspalen, hoekbomen of andere bomen geplant of erkend om grenzen tussen verschillende erven te bepalen, te verplaatsen of te verwijderen.
Artikel 52 (artikel 559, 1° van het strafwetboek)
Het is verboden om opzettelijk andermans roerende goederen te beschadigen of te vernielen.
Artikel 53 (artikel 561, 1° van het strafwetboek)
Het is verboden zich schuldig te maken aan nachtgerucht of nachtrumoer waardoor de rust van de inwoners kan gestoord worden.
Artikel 54 (artikel 563, 2° van het strafwetboek)
Het plegen opzettelijk beschadigen van stedelijke of landelijke afsluitingen, uit welke materialen ook gemaakt, is strafbaar als lichte inbreuk.
Artikel 55 (artikel 563, 3° van het strafwetboek)
Het plegen van feitelijkheden of lichte gewelddaden tegenover een andere persoon is strafbaar als lichte inbreuk wanneer er niemand gewond of geslagen werd en wanneer de feitelijkheden niet tot de klasse van beledigingen behoren. Ook het opzettelijk werpen van voorwerpen die anderen kunnen hinderen of bevuilen is strafbaar.
Artikel 56 (artikel 563bis van het strafwetboek)
Elkeen die zich in de voor publiek toegankelijke plaatsen begeeft met het gezicht geheel of gedeeltelijk bedekt of verborgen, zodat hij/zij niet herkenbaar zijn, is strafbaar.
Artikel 57 (artikel 398 van het strafwetboek)
Het opzettelijk toebrengen van verwondingen of slagen is strafbaar .
Artikel 58 (artikel 448 van het strafwetboek)
Het is strafbaar om iemand te beledigen, hetzij door geschriften, prenten of zinnebeelden in de omstandigheden bepaald in artikel 444 van het strafwetboek.
Artikel 59 (artikel 521, 3° van het strafwetboek)
Gehele of gedeeltelijke vernieling of onbruikbaarmaking, met het oogmerk om te schaden, van rijtuigen, wagons en motorvoertuigen zijn strafbaar als zware inbreuk.
Artikel 60 (art. 22bis, 4° van de wegcode)
Binnen de woonerven en de erven, is het parkeren verboden, behalve:
Artikel 61 (art. 22ter.1, 3° van de wegcode)
Op de openbare wegen voorzien van verhoogde inrichtingen, die aangekondigd zijn door de verkeersborden A14 en F87, of die op de kruispunten alleen aangekondigd zijn door de verkeersborden A14, of die gelegen zijn binnen een zone afgebakend door de verkeersborden F4a en F4b, is stilstaan en parkeren verboden op deze inrichtingen, behoudens plaatselijke reglementering.
Artikel 62 (art.22 sexies 2 van de wegcode)
In voetgangerszones is het parkeren verboden.
Artikel 62 bis (art. 23.1, 1° van de wegcode)
Elk stilstaand of geparkeerd voertuig moet worden opgesteld rechts ten opzichte van zijn rijrichting. Indien het een rijbaan is met éénrichtingsverkeer, mag het evenwel langs de ene of langs de andere kant opgesteld worden.
Artikel 63 (art. 23.1, 2° van de wegcode)
Elk stilstaand of geparkeerd voertuig moet worden opgesteld:
Artikel 64 (art. 23.2, lid 1, 1) tot 3) en art. 23.2 lid 2 van de wegcode)
Elk voertuig dat volledig of ten dele op de rijbaan opgesteld is, moet geplaatst worden:
1° zover mogelijk van de aslijn van de rijbaan;
2° evenwijdig met de rand van de rijbaan, behoudens bijzondere plaatsaanleg;
3° in één enkele file.
Motorfietsen zonder zijspan of aanhangwagen mogen evenwel haaks op de rand van de rijbaan parkeren voor zover zij daarbij de aangeduide parkeermarkering niet overschrijden.
Artikel 65 (art. 23.3 van de wegcode)
Fietsen en tweewielige bromfietsen moeten buiten de rijbaan en de parkeerzones bedoeld in artikel 75.2 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg opgesteld worden zonder het verkeer van de andere weggebruikers te hinderen of onveilig te maken, behalve op plaatsen gesignaleerd zoals voorzien in artikel 70.2.1.3°.f van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politíe van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
Artikel 66 (art. 23.4 van de wegcode)
Motofietsen mogen buiten de rijbaan en de parkeerzones bedoeld in artikel 75.2 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer van het gebruik van de openbare weg opgesteld worden zonder het verkeer van de andere weggebruikers te hinderen of onveilig te maken.
Artikel 67 (art. 24, lid 1, 2°, 4° en 7° tot 10° van de wegcode)
Het is verboden een voertuig te laten stilstaan of te parkeren op elke plaats waar het duidelijk een gevaar zou kunnen betekenen voor de andere weggebruikers of waar het hun onnodig zou kunnen hinderen, inzonderheid:
Artikel 68 (art. 25.1 1°, 2°, 3°, 5°, 8°, 9°, 10°, 11°, 12°, 13° van de wegcode)
Het is verboden een voertuig te parkeren:
Artikel 69 (art. 27.1.3 van de wegcode)
Het is verboden onjuiste aanduidingen op de schijf te laten verschijnen. De aanduidingen van de schijf mogen niet gewijzigd worden voordat het voertuig de parkeerplaats verlaten heeft.
Artikel 70 (art. 27.5.1, 27.5.2 en 27.5.3 van de wegcode)
Het is verboden op de openbare weg motorvoertuigen die niet meer kunnen rijden en aanhangwagens langer dan vierentwintig uur na elkaar te parkeren.
Binnen de bebouwde kommen is het verboden op de openbare weg auto's, slepen en aanhangwagens met een maximale toegelaten massa van meer dan 7,5 ton langer dan acht uur na elkaar te parkeren, behalve op de plaatsen waar het verkeersbord E9a, E9c of E9d is aangebracht.
Het is verboden op de openbare weg reclamevoertuigen langer dan drie uur na elkaar te parkeren.
Artikel 71 (art. 27bis van de wegcode)
Het niet hebben aangebracht van de speciale kaart bedoeld in artikel 27.4.3 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg of het door artikel 27.4.1 van hetzelfde besluit hiermee gelijkgesteld document op de binnenkant van de voorruit of, als er geen voorruit is, op het voorste gedeelte van het op een voorbehouden parkeerplaats voor personen met een handicap geparkeerde voertuig.
Artikel 72 (art. 70.2.1 van de wegcode)
Verkeersborden E1, E3, E5, E7 en van type E9 betreffende het stilstaan en het parkeren niet in acht nemen.
Artikel 73 (art. 70.3 van de wegcode)
Het verkeersbord E11 niet in acht nemen.
Artikel 74 (art. 77.4 van de wegcode)
Het stilstaan of parkeren is verboden op markeringen van verkeersgeleiders en verdrijvingsvlakken.
Artikel 75 (art. 77.5 van de wegcode)
Het stilstaan of parkeren is verboden op witte markeringen bedoeld in artikel 77.5 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg die de plaatsen afbakenen waar de voertuigen moeten staan.
Artikel 76 (art. 77.8 van de wegcode)
Het stilstaan of parkeren is verboden op de dambordmarkering die bestaat uit witte vierkanten die op de grond zijn aangebracht.
Artikel 77 (art. 68.3 van de wegcode)
Het niet in acht nemen van het verkeersbord C3 wanneer deze inbreuken vastgesteld worden door automatisch werkende toestellen.
Artikel 78 (art. 71 van de wegcode)
Het niet in acht nemen van het verkeersbord F103 wanneer deze inbreuken vastgesteld worden door automatísch werkende toestellen.
Artikel 79 (art. 24, lid 1, 1°, 2°, 4°, 5° en 6° van de wegcode)
Het is verboden een voertuig te laten stilstaan of te parkeren op elke plaats waar het duidelijk een gevaar zou kunnen betekenen voor de andere weggebruikers of waar het hun onnodig zou kunnen hinderen, inzonderheid:
Artikel 80 (art. 25.1, 4°, 6°, 7° van de wegcode)
Het is verboden een voertuig te parkeren:
Artikel 81 (art. 25.1, 14° van de wegcode)
Het is verboden een voertuig te parkeren op de parkeerplaatsen gesignaleerd zoals voorzien in artikel 70.2.1.3°, c van het koninklijk besluit van I december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg behalve voor de voertuigen gebruikt door personen met een handicap die in het bezit zijn van een speciale kaart zoals bedoeld in artikel 27.4.1 of 27.4.3 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
Artikel 82
Een inbreuk op dit reglement kan gesanctioneerd worden met één van volgende sancties:
Artikel 83
De administratieve geldboete bedoeld in artikel 82 van dit reglement wordt opgelegd door de sanctionerend ambtenaar.
Artikel 84
De inning van de administratieve geldboetes verloopt zoals bepaald in artikel 33 van de wet van 24 juni 2013.
Artikel 85
De onmiddellijke betaling van de administratieve geldboetes verloopt zoals bepaald in hoofdstuk 5 van de wet van 24 juni 2013.
Artikel 86
§1. De administratieve geldboetes verjaren na vijf jaar, te rekenen vanaf de datum waarop ze betaald moeten worden.
§2. Deze termijn kan gestuit worden zoals bepaald in artikel 43 van de wet van 24 juni 2013.
Artikel 87
De schorsing, de intrekking en de sluiting, bedoeld in artikel 82 van dit reglement worden opgelegd door het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 88
De aangewezen ambtenaar verstuurt een voorafgaande verwittiging. Hierin staat dat er een inbreuk werd vastgesteld en dat een sanctie zal opgelegd worden indien de inbreuk wordt gehandhaafd of bij een volgende inbreuk. De waarschuwing moet een uittreksel bevatten van het overtreden reglement en dient per aangetekend schrijven te gebeuren.
Artikel 89
Vervolgens wordt aan de overtreder per aangetekend schrijven meegedeeld dat er aanwijzingen zijn dat er nog steeds een inbreuk is en dat het college van burgemeester en schepenen overweegt een sanctie (schorsing of intrekking van de vergunning, sluiting van de inrichting) op te leggen. Bij deze mededeling deelt men ook mee waar en wanneer het dossier kan worden ingekeken, waar en wanneer betrokkene zal worden gehoord en dat hij zich mag laten bijstaan of vertegenwoordigen door een raadsman.
Artikel 90
De administratieve sanctie is proportioneel in functie van de zwaarte van de feiten en in functie van eventuele herhaling, zonder evenwel het wettelijk voorziene maximum te overschrijden.
Artikel 91
Herhaling bestaat wanneer de overtreder reeds werd gesanctioneerd voor eenzelfde inbreuk binnen de 24 maanden voorafgaand aan de nieuwe vaststelling van de inbreuk.
Artikel 92
De vaststelling van meerdere samenlopende inbreuken op dezelfde reglementen of verordeningen geeft aanleiding tot één enkele administratieve sanctie, in verhouding tot de ernst van het geheel van de feiten.
Artikel 93
Bij samenloop van een overtreding waarvoor een administratieve geldboete voorzien is én een overtreding waarvoor een administratieve schorsing of intrekking van een door de gemeente afgeleverde toestemming of vergunning of een administratieve sluiting van een instelling, wordt alleen de schorsing, intrekking of sluiting uitgesproken.
Artikel 94
§1. De burgemeester kan een tijdelijk plaatsverbod opleggen conform artikel 134sexies Nieuwe Gemeentewet, zoals voorzien door artikel 47 van de wet van 24 juni 2013.
§2. Inbreuken op het plaatsverbod zoals bepaald in vorige paragraaf kunnen bestraft worden met een administratieve geldboete.
Artikel 95
§1. De sanctionerend ambtenaar, belast met het opleggen van de administratieve sancties krachtens artikel 119bis, §6 van de Nieuwe Gemeentewet, dient door de gemeenteraad aangewezen te worden.
§2. Deze persoon kan niet tegelijk de persoon zijn die de inbreuken vaststelt en de persoon die de bemiddelingsprocedure leidt. Hij beantwoordt aan de vastgelegde kwalificatie- en onafhankelijkheidsvoorwaarden.
Artikel 96
§1. De sanctionerend ambtenaar start de administratieve procedure op overeenkomstig artikel 25, §2 van de wet van 24 juni 2013 door middel van een per post aangetekend schrijven aan de overtreder.
§2. De overtreder wordt in kennis gesteld van de feiten die hem ten laste worden gelegd en hun kwalificatie.
§3. De overtreder ontvangt een kopie van het proces-verbaal of bestuurlijk verslag.
§4. In de kennisgeving wordt de overtreder eveneens gewezen op de mogelijkheid tot inzage van zijn dossier.
§5. De overtreder wordt eveneens gewezen op de mogelijkheid tot bijstand of vertegenwoordiging door een raadsman.
§6. De overtreder dient zijn verweerschrift, met een eventueel verzoek tot mondelinge verdediging van zijn zaak, in bij een per post aangetekende zending, te versturen binnen vijftien dagen na de datum van kennisgeving van de brief van de sanctionerend ambtenaar.
§7. Indien het een overtreding betreft die gesanctioneerd wordt met een geldboete die hoger is dan 70 euro dan kan de overtreder een verzoek indienen tot mondelinge verdediging. De sanctionerend ambtenaar kan een mondelinge verdediging voorstellen voor een overtreding die gesanctioneerd wordt met een geldboete onder de grens van 70 euro.
§8. De sanctionerend ambtenaar bepaalt in dit geval de dag waarop dit mondeling onderhoud plaatsvindt.
§9. De vader, moeder en voogden of personen die de minderjarige overtreder onder hun hoede hebben, worden eveneens per aangetekende brief op de hoogte gebracht dat een administratieve procedure geopend wordt. Deze partijen hebben dezelfde rechten als de minderjarige.
Artikel 97
De sanctionerend ambtenaar stelt de betrokkene met een aangetekend schrijven in kennis van de genomen beslissing.
Artikel 98
De beslissing van de sanctionerend ambtenaar wordt eveneens per aangetekende brief ter kennis gebracht van de minderjarige en zijn vader en moeder, zijn voogden of personen die er de hoede over hebben.
Artikel 99
De beslissing tot het opleggen van een administratieve geldboete heeft uitvoerbare kracht na het verstrijken van één maand vanaf de dag van de kennisgeving zoals bepaald in artikel 30 van de wet van 24 juni 2013, behoudens wanneer hoger beroep wordt aangetekend overeenkomstig artikel 31 van diezelfde wet.
Artikel 100
§1. De sanctionerend ambtenaar deelt binnen de vijftien dagen na ontvangst van de vaststelling van de inbreuk, bij gewone zending, aan de overtreder de gegevens mee met betrekking tot de vastgestelde feiten en de begane inbreuk, alsmede het bedrag van de administratieve geldboete.
§2. De administratieve boete wordt betaald door de overtreder binnen dertig dagen na de kennisgeving ervan, tenzij de overtreder binnen deze termijn zijn verweermiddelen bij gewone zending laat geworden aan de sanctionerend ambtenaar. De overtreder kan binnen deze termijn op zijn verzoek worden gehoord wanneer het bedrag van de administratieve geldboete hoger ligt dan 70 euro.
§3. Verklaart de sanctionerend ambtenaar de verweermiddelen niet gegrond, dan brengt hij de overtreder hiervan op een met redenen omklede wijze op de hoogte met verwijzing naar de te betalen administratieve geldboete die binnen een nieuwe termijn van dertig dagen na deze kennisgeving moet worden betaald.
§4.Wordt de administratieve geldboete niet betaald binnen de eerste termijn van dertig dagen, dan wordt, behoudens in geval van verweermiddelen, een herinnering verstuurd met uitnodiging tot betaling binnen een nieuwe termijn van dertig dagen te rekenen vanaf de kennisgeving van die herinnering.
Artikel 101
§1. In het kader van de door de wet van 24 juni 2013 toegekende bevoegdheden wordt voorzien in een bemiddelingsprocedure, voorafgaand aan de beslissing inzake het opleggen van een administratieve sanctie.
§2. Het reglement inzake lokale bemiddeling wordt opgesteld in samenwerking met Dendermonde.
Dit reglement bevat de procedures en nadere regels voor de uitvoering van de lokale bemiddeling voor minderjaren (en meerderjarige) overtreders, krachtens artikel 18, §1 (en 12, §1, 1°) van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties en krachtens het koninklijk besluit houdende de minimumvoorwaarden en modaliteiten voor de bemiddeling in het kader van de wet betreffende de Gemeentelijke Administratieve Sancties (GAS).
§3. Eveneens wordt voorzien in een samenwerkingsakkoord met Dendermonde.
Artikel 102
§1. Het college van burgemeester en schepenen en het parket van het arrondissement Dendermonde sluit een protocolakkoord af.
§2. Het protocolakkoord wordt bekrachtigd door de gemeenteraad en bij dit reglement toegevoegd.
§3. Het protocolakkoord wordt door het college van burgemeester en schepenen bekendgemaakt op de website van de gemeente.
Artikel 103
De minderjarige die de volle leeftijd van 16 jaar heeft bereikt op het ogenblik van de feiten, kan het voorwerp uitmaken van een administratieve geldboete, zelfs wanneer deze persoon op het ogenblik van de beoordeling van de feiten meerderjarig is geworden.
Artikel 104
De vader en moeder, voogd of personen die de minderjarige onder hun hoede hebben, zijn burgerlijk aansprakelijk voor de betaling van de administratieve geldboete.
Artikel 105
§1. Wanneer een minderjarige verdacht wordt van een inbreuk die bestraft wordt met de administratieve geldboete en de administratieve procedure in gang gezet werd, kan de minderjarige bijgestaan worden door een advocaat, aangeduid door de stafhouder van de orde van advocaten, na een schrijven van de sanctionerend ambtenaar.
§2. De advocaat kan ook aanwezig zijn tijdens de bemiddelingsprocedure.
Artikel 106
§1. De gemeente houdt één enkel bestand bij van de natuurlijke personen of rechtspersonen die op basis van het Algemeen Politiereglement Politiezone Hamme-Waasmunster en de verordeningen het voorwerp hebben uitgemaakt van een administratieve sanctie of de lokale bemiddeling zoals gedefinieerd in dit reglement. De gemeente is verantwoordelijk voor de verwerking van dit bestand.
Dit bestand is bedoeld om het beheer van de administratieve sancties en de lokale bemiddeling zoals gedefinieerd in dit reglement te verzekeren.
§2. Dit bestand bevat de volgende persoonsgegevens en informatiegegevens:
1° de naam, voornamen, geboortedatum en verblijfplaats van de personen die het voorwerp uitmaken van gemeentelijke administratieve sancties of van de lokale bemiddeling zoals gedefinieerd in dit reglement. In het geval van een minderjarige, de namen, voornamen, geboortedatum en de verblijfplaats van de ouders, voogden of personen die hem onder hun hoede hebben;
2° de aard van de gepleegde feiten;
3° de aard van de sanctie en de dag waarop deze werd opgelegd;
4° in voorkomend geval, de informatie overgezonden door de procureur des Konings in het kader van de in artikel 3 bedoelde inbreuken;
5° de sancties waartegen geen beroep meer ingesteld kan worden.
De in het eerste lid bedoelde gegevens worden gedurende vijf jaar bewaard, te rekenen vanaf de datum waarop de sanctie werd opgelegd of de alternatieve maatregel werd voorgesteld. Eens deze termijn verstreken is, worden zij hetzij vernietigd, hetzij geanonimiseerd.
§ 3. De sanctionerend ambtenaar heeft toegang tot de in §2 bedoelde persoonsgegevens en informatiegegevens.
De Koning bepaalt, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, na advies van de Commissie voor de Bescherming van de Persoonlijke Levenssfeer, de andere bijzondere voorwaarden met betrekking tot de verwerking van de persoonsgegevens die vermeld worden in het register van de gemeentelijke administratieve sancties.
REGELGEVING:
OVERWEGINGEN:
BESLUIT:
§1. Dit reglement is van toepassing op andere zaken dan deze die opgesomd worden in het Algemeen Politiereglement Politiezone Hamme-Waasmunster, dewelke gesanctioneerd worden met Gemeentelijke Administratieve Sancties, met uitzondering van de artikelen integraal overgenomen uit het Politiebesluit van de gouverneur.
§2. Onverminderd de bepalingen van het Algemeen Politiereglement Politiezone Hamme-Waasmunster dewelke gesanctioneerd worden met Gemeentelijke Administratieve Sancties, worden alle overtredingen van dit politiereglement bestraft met politiestraffen.
In dit reglement wordt verstaan onder verkiezingsaffiches: alle affiches, beeld- en fotografische voorstellingen, vlugschriften, opschriften en plakbriefjes die bestemd zijn voor de gelijktijdige verkiezingen van het Europees Parlement, het Federaal Parlement en van de Gewest- en Gemeenschapsparlementen van 9 juni 2024.
§1. Ivm aanplakkingen gelden volgende bepalingen:
§2. In geval van bezwaar of klacht bij de politie omtrent aanplakkingen op privé-eigendommen, zal aan de desbetreffende partijsecretaris of aangestelde verantwoordelijke gevraagd worden het schriftelijk toelatingsbewijs voor de aanplakking, gegeven door de eigenaar of door de gebruiksgerechtigde, voor te leggen.
Aan de stemlokalen zal alleen propaganda gemaakt worden op de borden daartoe voorzien door het gemeentebestuur. De gemeentelijke uitvoeringsdiensten zullen voor de aanplakking zorgen. Daartoe dienen de plakbrieven, die uitsluitend het lijstnummer en de partijnaam mogen vermelden, binnengebracht te worden bij Team burgerzaken tegen uiterlijk vrijdag 31 mei 2024.
De verkiezingsaffiches en opschriften die aangebracht worden op andere plaatsen dan deze voorzien in onderhavig besluit of die in strijd zijn met de bepalingen van het Algemeen Politiereglement Politiezone Hamme-Waasmunster, zullen onmiddellijk door de gemeentelijke diensten verwijderd worden.
Tussen 22u. en 7u. en dit tot en met zaterdag 8 juni 2024 is het verboden, zoals vermeld in het Politiebesluit van de gouverneur van 5 februari 2024, om campagnehandelingen uit te voeren zoals het aanbrengen van verkiezingsaffiches, zij het op borden voorzien door het gemeentebestuur, zij het op terreinen waarvoor de eigenaar of gebruiksgerechtigde toestemming verleende. Dit verbod geldt eveneens van zaterdag 8 juni 2024 te 22u. tot zondag 9 juni 2024 om 16u..
Iedere manifestatie of optocht op een openbare plaats is onderworpen aan een voorafgaandelijke toelating van het gemeentebestuur zoals voorzien in het Algemeen Politiereglement Politiezone Hamme-Waasmunster.
Het begin en einde van een gemotoriseerde optocht moet duidelijk zichtbaar zijn aangebracht op de eerste en laatste wagen. De samenstelling en de lengte van de gemotoriseerde optocht mogen geen aanleiding geven tot het verstoren van de openbare orde, de rust en de veiligheid van het verkeer.
Tussen 22u. en 7u. en dit tot en met zaterdag 8 juni 2024 is het verboden, zoals vermeld in het Politiebesluit van de gouverneur van 5 februari 2024, om gemotoriseerde optochten in het kader van de verkiezingen te organiseren. Dit verbod geldt eveneens van zaterdag 8 juni 2024 te 22u. tot zondag 9 juni 2024 om 16 u..
De partijen zorgen ervoor dat alle verkiezingspropaganda ten laatste 14 dagen na de verkiezingen verwijderd is.
REGELGEVING:
Bevoegdheid:
Juridische context:
OVERWEGINGEN:
Feiten en context:
Het lokaal bestuur van Hamme verleent een mantelzorgpremie aan zorgbehoevende personen. De zorgbehoevende doet persoonlijk de aanvraag en ontvangt zelf de mantelzorgpremie via zijn eigen bankrekeningnummer. De premie gaat dus altijd rechtstreeks naar de zorgbehoevende zelf, niet naar de eventuele mantelzorger.
De zorgbehoevende beschikt over een attest van de FOD Sociale Zekerheid categorie III (12-14 punten) of heeft in het kader van het zorgbudget voor zwaar zorgbehoevenden een score van 12/30 (totaal – geen 13/30) of 4,5/12 (ADL/iADL – geen 5,5/12) of 3-4/6 (cognitie) gekregen via de BelRAI-screener.
Het aantal aanvragen mantelzorgpremie blijkt stabiel te zijn en rond de 50 per jaar te zijn.
Argumentering:
Gezien het huidige reglement dateert van 18 december 2013 en niet voldoet aan de regels van de nieuwe huisstijl, werd het reglement aangepast volgens de huisstijl van lokaal bestuur Hamme. Daarnaast worden onderstaande inhoudelijke aanpassingen voorgesteld aan de gemeenteraad:
BESLUIT:
Art. 1 DOELSTELLING
Het lokaal bestuur van Hamme kan onder de hierna gestelde voorwaarden een mantelzorgpremie toekennen aan zorgbehoevende personen.
Art. 2 LEEFTIJD
Om aanspraak te maken op deze premie, moet de aanvrager minstens 21 jaar oud zijn op 1 januari van het jaar waarvoor men de premie vraagt.
Art. 3 AANVRAGER
De zorgbehoevende doet persoonlijk de aanvraag en ontvangt zelf de mantelzorgpremie via zijn eigen bankrekeningnummer. De premie gaat dus altijd rechtstreeks naar de zorgbehoevende zelf, niet naar de eventuele mantelzorger.
Art. 4 GRAAD ZORGBEHOEVENDHEID
De zorgbehoevende beschikt over een attest van de FOD Sociale Zekerheid categorie III (12-14 punten) of heeft in het kader van het zorgbudget voor zwaar zorgbehoevenden een score van 12/30 (totaal – geen 13/30) of 4,5/12 (ADL/iADL – geen 5,5/12) of 3-4/6 (cognitie) gekregen via de BelRAI-screener. Deze (voor de zorgkas negatieve) score mag maximum dateren van 5 jaar voor het aanvraagjaar. BEL-scores (voorloper van de BelRAI-screener) komen aldus niet meer in aanmerking.
Art. 5 DOMICILIE
De aanvrager dient op 1 januari van het aanvraagjaar gedomicilieerd zijn te Hamme. De premie wordt berekend in twaalfden, naargelang het aantal maanden van effectief verblijf in de gemeente Hamme en rekening houdend met de gestelde voorwaarden.
Art. 6 PREMIEBEDRAG
Het premiebedrag wordt als volgt bepaald:
Art. 7 AANVRAAGFORMULIEREN
Een aanvraagformulier kan worden afgehaald bij team leven en welzijn of via de website www.hamme.be op de pagina van de mantelzorgpremie.
Bij te voegen attesten:
Art. 8 VERBINTENISVERPLICHTINGEN
De aanvrager van de gemeentelijke mantelzorgpremie gaat de verbintenis aan:
Art. 9 INWERKINGTREDING VAN HET REGLEMENT
De extra voorwaarde voor de toekenning treedt in werking vanaf 20 maart 2024.
De premieverhoging treedt in werking op 1 januari 2025.
Het college van burgemeester en schepenen van Hamme beslist over alle niet in het reglement voorziene gevallen.
De heer raadsvoorzitter Jan Laceur verklaart de zitting gesloten.
Namens gemeenteraad,
André Reuse
algemeen directeur
Jan Laceur
raadsvoorzitter