Terug
Gepubliceerd op 22/01/2025

Notulen  gemeenteraad

wo 20/12/2023 - 20:00 raadzaal
Aanwezig: Jan Laceur, raadsvoorzitter
Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, gemeenteraadsleden
André Reuse, algemeen directeur
Verontschuldigd: Herman Vijt, burgemeester
Guy Bogaert-De Clercq, Ignace Sertijn, Frank Van Erum, gemeenteraadsleden

De heer raadsvoorzitter Jan Laceur opent de zitting.

  • Openbaar

    • Normaal

      • Proces-verbaal van de vorige zitting - goedkeuring

        BESLUIT:

        Keurt het proces-verbaal van 22 november 2023 met algemene instemming goed.

      • Deconnectiepolicy - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • De Wet houdende diverse arbeidsbepalingen van 3 oktober 2022.
        • Het decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017. 

        OVERWEGINGEN:

        • Er is een tendens naar meer plaats- en tijdsonafhankelijk werken, er is meer thuiswerk mogelijk geworden en er zijn veel meer technologische mogelijkheden geschapen om buiten de werkplek en buiten de werkuren bereikbaar en beschikbaar te zijn. 
        • Een vervaging van de grens tussen werk en privé is hiervan een gevolg en dit heeft mogelijk bijgedragen tot de sterke toename van burn-outs in de voorbije jaren in onze maatschappij. 
        • Het lokaal bestuur heeft heel wat activiteiten of acute kwesties die plaatsvinden buiten de standaard kantooruren. 
        • Het lokaal bestuur wil de mogelijke risico's voor het welzijn van de personeelsleden door deze factoren beperken. 
        • Er werd een deconnectiepolicy opgesteld die een referentiekader geeft voor bestuur, leidinggevenden en medewerkers om met vragen rond professionele communicatie binnen en buiten de werkuren om te kunnen gaan, en een gedeelde mentaliteit moet stimuleren met als doel het welzijn van de personeelsleden te bevorderen. 
        • Deze policy werd goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 17 oktober 2023.
        • Deze policy werd goedgekeurd door het managementteam op 14 september 2023.
        • Deze policy werd goedgekeurd door het vakbondsoverleg op 27 november 2023.

        BESLUIT:

        Enig artikel: Beslist de deconnectiepolicy voor het gemeentepersoneel goed te keuren als volgt:


        DECONNECTIEPOLICY

         Doelstelling, definitie en toepassingsgebied

         Er is meer thuiswerk mogelijk geworden en er zijn veel meer mogelijkheden geschapen om buiten de werkplek en buiten de werkuren bereikbaar en beschikbaar te zijn. Dit zorgt er soms voor dat de grenzen tussen de twee vervagen en dat het niet altijd duidelijk meer is wanneer medewerkers al dan niet aan het werk zijn met mogelijk onduidelijkheid en irritatie aan weerskanten tot gevolg. Goede afspraken omtrent professionele communicatie en connectie tijdens de normale werkuren, maken het mogelijk om daarbuiten te deconnecteren. Beide zijn noodzakelijk voor een goed evenwicht tussen werk en privé, wat op zijn beurt zorgt voor fittere en gemotiveerde medewerkers.

         Deconnectie: het recht van alle medewerkers om niet bereikbaar te zijn, geen e-mails, telefoontjes of werkgerelateerde berichten te ontvangen en te beantwoorden buiten de overeengekomen uren van bereikbaarheid. Een medewerker koppelt zo niet alleen fysiek los van de job, maar kan ook loskomen van werkgerelateerde informatie- en communicatietechnologieën. De werkgever mag je dan ook niet meer contacteren tenzij er onvoorziene of specifieke omstandigheden zijn die niet kunnen wachten. Enkel op deze manier ben je werkelijk vrij van het werk en kan je recupereren zonder signalen te moeten negeren en in het achterhoofd de druk te voelen om toch te reageren. Die recuperatietijd is nodig om de batterijen opgeladen te houden en fit te zijn voor de werktijd.

         Connectie: de plicht van de medewerkers om tijdens de normale werkuren op een transparante manier beschikbaar en bereikbaar te zijn via de overeengekomen professionele communicatiekanalen binnen de geldende afspraken binnen de dienst, zij het persoonlijk dan wel op dienstniveau via back-ups. Enkel op die manier kan de organisatie correct het onderscheid tussen werktijd en privétijd inschatten en respecteren (bv. voor telewerkers of medewerkers zonder tijdsregistratie) zonder dat dit ten koste gaat van de continuïteit van de essentiële dienstverlening die een lokaal bestuur moet bieden. Enige flexibiliteit (bv. verschuiven van vaste vrije dag) moet mogelijk zijn, mits het onderscheid tussen werktijd en privé duidelijk is.

         Om het deconnecteren vanuit de organisatie mogelijk te maken zorgen de medewerkers ervoor dat alle nodige informatie i.v.m. het werk conform de voorschriften van informatieveiligheid beschikbaar is voor de dienst en dat deze vindbaar en toegankelijk is voor de back-up. Bij een afwezigheid worden de nodige afspraken gemaakt voor de continuïteit van de dienst.

         Een werknemer die redelijke voorzorgen neemt voor een afwezigheid, kan dus niet verweten worden een vraag via telefoon of een werkgerelateerd bericht niet te beantwoorden buiten zijn normale werkuren, tijdens rustperiodes of periodes van opschorting van de uitvoering van de arbeid. In het geval van een dienstpermanentie, een noodtoestand of een dreigende aanzienlijke verstoring van essentiële dienstverlening die niet kan wachten tot de normale werktijden kan een medewerker alsnog worden gecontacteerd met inachtneming van de daarvoor voorziene compensaties.

         

        Communicatiestromen en bereikbaarheid


        Voor het verspreiden van berichten, delen van documenten maakt het lokaal bestuur gebruik van het office365-platform. Enkel programma’s opgenomen in het platform office 365 worden door het bestuur ondersteund en indien gewenst wordt hiervoor de nodige opleiding gegeven.

         

        Het bestuur voorziet voor elke medewerker met administratieve taken een @hamme.be mailadres waarop alle professionele communicatie wordt verstuurd.

        We verwachten dat communicatiekanalen op zo’n manier geraadpleegd worden dat de organisatie kan gevolgd worden. Onder organisatie verstaan we alle professionele communicatiestromen tussen  bestuur, medewerkers, burgers en derden. Er wordt verwacht dat minimum één maal per dagdeel de @hamme.be mailbox wordt gelezen en binnen een redelijke termijn de nodige antwoorden of minstens een ontvangbevestiging worden verstuurd. Verwacht niet van je collega’s dat ze onmiddellijk op elke mail antwoorden. Voor dringende zaken ga je langs of neem je de telefoon.

        Bundel je boodschappen en denk na over het meest efficiënte en doelmatige kanaal zodat er geen stroom aan berichten en rechtzettingen volgt. Mail alleen naar diegene(n) waar de inhoud voor bestemd is. Gebruik enkel CC, reply to all, BCC indien zinvol en sta erbij stil naar welke van de geadresseerden je terug moet antwoorden. Niet iedereen hoeft het hele proces te volgen, soms is enkel het resultaat voldoende.

         Dringende berichten worden via persoonlijk contact, Teamschat of telefoon overgebracht. Bij voorkeur houden we rekening met een telefonische bereikbaarheid (individueel of op dienstniveau) tijdens de dienstpermanentie-uren zoals vermeld in het arbeidsreglement. Professionele voicemailberichten worden in de mate van het mogelijke binnen twee werkdagen beantwoord.

         

        Sociale media

        Voor professionele communicatie werken we met de officiële accounts op de sociale media (mededelingen en promo). Voor elke pagina die opgericht wordt, wordt de communicatiedienst als medebeheerder aangeduid.
        Persoonlijke sociale media worden niet beschouwd als officiële communicatiekanalen. Er kan dus niet verwacht worden dat er via deze kanalen werkgerelateerd gecommuniceerd wordt.

         

        Bereikbaarheid tijdens ziekte, deeltijds werken, noodsituaties, vakantieperiodes

        Bij afwezigheid tijdens de normale werkuren van langer dan een werkdag stel je een autoreply in waar de duur van de afwezigheid en contactgegevens van de back-up vermeld staan. Elke medewerker let erop dat de aanwezigheidsstatus in outlook en de telefoontoepassing correct staan zodat de organisatie een correct en actueel beeld heeft van de aanwezigheid en beschikbaarheid van de medewerkers. Dit is noodzakelijk voor een professioneel onthaal en vlotte interne communicatie.

        Ziekte

        Bij ziekte worden de afspraken m.b.t. tot communicatie van het aanwezigheidsbeleid gerespecteerd. Op zijn beurt zal het bestuur enkel met de medewerker contact opnemen voor een overdracht in functie van de continuïteit van de dienst en het opvolgen van lopende dossiers. Een personeelslid dat wegens langdurige ziekte afwezig is, doet er (in de mate van het mogelijke) alles aan om de nodige info over lopende dossiers beschikbaar te stellen voor de back-up. Het bestuur verwacht niet dat tijdens een ziekteverlof de werkmailbox wordt geraadpleegd eens de initiële overdracht is gebeurd en de autoreply is ingesteld.

         Vakantieperiode

        Tijdens vakantieperiodes wordt het personeelslid niet geacht beschikbaar te zijn. Vóór je vakantie maak je binnen de dienst de nodige afspraken voor de opvolging van de lopende dossiers en communicatie en stel je een voldoende duidelijke autoreply (zie hierboven) in.

         Bij overmacht en tijdens noodsituaties

        In geval van overmacht of bij noodsituaties nemen personeelsleden/de leidinggevende telefonisch of
        persoonlijk contact op.

        Deeltijds werken

        Bij deeltijds werken gelden dezelfde afspraken zoals bij vakantieperiode vermeld.
        De leidinggevenden organiseren de dienst zodanig dat er een back-up voorzien is en dat de deeltijdse medewerker buiten de normale werkuren het recht op deconnectie gemakkelijk kan uitoefenen. Indien een weekrooster wordt verschoven, krijgt de deeltijdse medewerker de mogelijkheid om de vrije dag te verschuiven.

         Voor de specifieke afspraken rond telewerk verwijzen we naar de betreffende policy.

         Voor kaderleden zonder vastgelegde werktijden waakt de werkgever erover dat de werklast (met inbegrip van de eventuele doelstellingen die moeten worden bereikt) in verhouding staat tot de arbeidsduur. Ook zij communiceren transparant over hun beschikbaarheid en bereikbaarheid en hebben daarbuiten het recht op deconnectie.

         

          Algemene tips voor deconnectie

        • Zet werkgerelateerde meldingen en toestellen af tijdens je privétijd
        • Zorg dat je back-up de nodige info en toegangen heeft
        • Stel je beschikbaarheidsstatus in het telefoniesysteem, Outlookagenda, … correct in
        • Schakel je autoreply aan tijdens een afwezigheid, vermeld wanneer je terug bent en verwijs door bv. naar een dienstmailbox voor dringende zaken
        • Voorzie tijd in je planning voor en na een vakantie om je administratie goed af te werken en je mailbox te legen zodat je niet in stress vertrekt of terugkomt
        • Multitasken bestaat niet: voorzie zo nodig focustijd waarin je je meldingen afzet en je op één taak concentreert en communiceer hierover met je directe collega’s.
        • Neem je pauzes weg van schermen en digitale prikkels en ga bv. eens buiten. Telewerk niet in de ruimte waarin je je ’s avonds ontspant.
        • Niet iedereen heeft problemen met bereikbaar zijn of flexibele uren werken en soms is men geruster als men toch even iets kan afwerken of op iets kan reageren. Respecteer daarin elkaars levensritme en gezinssituatie en ervaar dit niet als druk voor wie daar niet voor kiest.
        • Sommige diensten werken nu eenmaal niet van negen tot vijf en dan kan er iets gebeuren buiten de normale werkuren. Vraag je wel af of iets niet kan wachten tot de volgende werkdag voor je iemand stoort in zijn privétijd.

        Medewerkers kunnen contact opnemen met hun leidinggevende, preventiedienst, vertrouwenspersoon of vakbondsvertegenwoordiger bij oneigenlijk gebruik van de digitale communicatiemiddelen.

      • Gemeentelijke administratieve sancties - aanstelling sanctionerend ambtenaar - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • De Wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, gewijzigd ingevolge de Wet van 21 december 2013 houdende diverse bepalingen Binnenlandse Zaken tot invoering van gemeentelijke administratieve sancties en inzonderheid artikel 60
        • Het koninklijk besluit van 21 december 2013 tot vaststelling van de kwalificatie- en onafhankelijkheidsvoorwaarden van de ambtenaar belast met de oplegging van de administratieve geldboete en tot inning van de boetes in uitvoering van de wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
        • Het Provincieraadsbesluit van 15 november 2023 waarin de provincieraad Piet Van Caenegem, licentiaat in de rechten, juridisch deskundige bij de Cel Administratieve Sancties van de Provincie Oost-Vlaanderen, heeft voorgedragen als sanctionerend ambtenaar met betrekking tot de Gemeentelijke Administratieve Sancties (GAS).
        • De invoering van de gemeentelijke administratieve sancties in Hamme via gemeenteraadsbesluit van 27 april 2011.

        OVERWEGINGEN:

        • De aanwijzing van een bijkomend sanctionerend ambtenaar is noodzakelijk om de continuïteit van de werking te verzekeren.
        • De aanwijzing van een bijkomende sanctionerend ambtenaar maakt dat de werklast bij de provinciale ambtenaren kan gedeeld worden met een extra kracht.
        • De aanwijzing van een bijkomende sanctionerend ambtenaar brengt geen bijkomende kosten met zich meegezien het feit dat de gemeente betaalt per behandeld dossier.
        • De schriftelijke communicatie van 4 december 2023, vanwege de provincie Oost-Vlaanderen, departement POLIS, dienst Beleid en Ondersteuning, Cel Administratieve Sancties, waarbij de gemeente uitgenodigd wordt om Piet Van Caenegem aan te wijzen als bijkomende sanctionerend ambtenaar belast met het opleggen van de administratieve geldboetes.

        BESLUIT:

        Artikel 1: Piet Van Caenegem wordt aangewezen als sanctionerend ambtenaar in het kader van de Gemeentelijke Administratieve Sancties (GAS).

        Artikel 2: Een afschrift van dit besluit wordt gezonden aan:

        • het Provinciebestuur Oost-Vlaanderen - departement POLIS - dienst Beleid en Ondersteuning - Cel Administratieve Sancties,
        • de Voorzitter van het Politiecollege,
        • de Procureur des Konings te Gent.
      • Uitbating leescafé en academiecafé - PPS Markt - vaststellen voorwaarden - besluit

        REGELGEVING:

        • De Wet van 7 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten.
        • Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikels 41 (bevoegdheden gemeenteraad), 56 § 3 (bevoegdheden college), artikels 285 en 286 (bestuurlijk toezicht).
        • De omgevingsvergunning van 18 juni 2019 voor de oprichting van de PPS creatieve campus met ondergrondse parking en woonontwikkeling.
        • De beslissing van de gemeenteraad van 27 maart 2019 waarbij het begrip dagelijks bestuur en de visumverplichting in het kader van het decreet voor het lokaal bestuur wordt geherdefinieerd.
        • De beslissing van de gemeenteraad van 31 maart 2021 waarbij beslist werd om de ruimtes voor de leescafé en academiecafé van de creatieve campus op het Marktplein te Hamme in concessie te geven en waarbij tevens de voorwaarden van de concessie alsook de procedure van de openbare oproep vastgesteld werden.
        • Het ontwerp van de concessieovereenkomst.
        • Het verslag van nazicht.
        • De in concessie te geven ruimtes, Marktplein, 9220 Hamme is kadastraal gekend als Hamme, 2° afdeling, Sie B met gereserveerde pré-cad 1339M en 1339N.

        OVERWEGINGEN:

        • De oorspronkelijke overeenkomst werd zoals door de gemeenteraad van 31 maart 2021 openbaar uitgeschreven. Er werden twee publicaties gedaan voor een oproep naar kandidaten voor de uitbating van horecazaken van de creatieve campus, nl. van 6 september 2021 tot en met 17 oktober 2021 en van 9 mei 2022 tot en met 29 juni 2022 zonder dat er kandidaturen werden ontvangen.
        • Er werden op vraag van het college van 9 augustus 2022 informele gesprekken gehouden met de geïnteresseerden die het lastenkohier hadden opgevraagd om te polsen naar hun interesse. Na de gesprekken werden nog steeds geen voorstellen ingediend.
        • Door het college van 6 juni 2023 werd er beslist met een open inloopmoment in de horecazaken op 4 juli 2023 opnieuw kandidaten aan te trekken.
          Twee voorstellen werden ontvangen.
        • 1 kandidaat werd weerhouden om verder mee in onderhandeling te gaan. Hij sluit inhoudelijk aan bij het concept van de academie- en leescafé zoals bedoeld in de concessievoorwaarden, goedgekeurd door de gemeenteraad van 31 maart 2021.
          De andere kandidaat wijkt te hard af van de oorspronkelijke voorwaarden en bepaalde eisen - zoals het inrichten van de binnentuin van de academie als speeltuin, een uitgebreid terras op het Marktplein, kermis/marktkramen mogen de toegang voor zijn twee zaken niet belemmeren of bemoeilijken, het plaatsen van twee containers van 5 meter in de tuin, automatische overdracht van de overeenkomst aan zijn zoon, voorstel om de duurtijd van de overeenkomst te veranderen naar 30 jaar  - zijn niet realiseerbaar.
        • De voorgestelde vergoeding van de aanvaarde kandidaat bedraagt 2.000 euro per maand (indexeerbaar) voor een periode van 15 jaar met verlenging mogelijk van 10 jaar (zoals de periode voorzien in het oorspronkelijk ontwerp).
        • De horecazaken zijn kadastraal gekend als Hamme, 2° afdeling, Sie B met gereserveerde pré-cad 1339M en 1339N.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Agnes Onghena, Gilles Verbeke
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1 : De uitbating van de horecazaken in de creatieve campus op het Marktplein toe te wijzen aan Cedric Cools, Moerheide 171, Hamme tegen een maandelijkse vergoeding van 2.000 euro. De horecazaken zijn kadastraal gekend als Hamme, 2° afdeling, Sie B met gereserveerde pré-cad 1339M en 1339N.

        Artikel 2 : De overeenkomst goed te keuren en de voorwaarden opgenomen in het ontwerp vast te stellen.

        Artikel 3 : Het college van burgemeester en schepenen te machtigen om de overeenkomst af te sluiten.

      • Samenwerkingsovereenkomst Gemeente Hamme met de VZW Jeugdhuis 't Klokhuis - aanpassing - besluit

        REGELGEVING:

        • Artikels 42 en 43 van het gemeentedecreet met betrekking tot de bevoegdheden van de gemeenteraad, in het bijzonder wat betreft het aangaan van samenwerkingsovereenkomsten.
        • De samenwerkingsovereenkomst gemeente Hamme - vzw Jeugdhuis 't Klokhuis zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van 18/12/2019.
        • De wet van 27 juni 1921, gewijzigd door de wet van 2 mei 2002 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingenDe wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen.
        • Het decreet van 6 juli 2012 houdende de ondersteuning en stimulering van het lokaal jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 27 maart 2019 over de bepaling van het begrip ‘dagelijks bestuur’ in het kader van het Decreet lokaal bestuur en de visumverplichting en de uitsluiting voor bepaalde verrichtingen van het dagelijks bestuur.

        OVERWEGINGEN:

        • Het gemeentebestuur wil vzw jeugdhuis 't Klokhuis en haar werking structureel financieel ondersteunen en bij deze ondersteuning in de werking van jeugdhuis 't Klokhuis nadrukkelijk inzetten op professioneel jeugdwerk en een sterk uitgebouwd vrijwilligerswerk.
        • De vraag van het Jeugdhuis 't Klokhuis om in het kader van het bovenlokaal project Jung goedgekeurd door het Agentschap Jeugd, Cultuur en Media de nodige ruimte ter beschikking te krijgen om het deel muziekbeleving te kunnen uitvoeren. VZW Jeugdhuis 't Klokhuis vraagt hiertoe specifiek de toelating om de repetitielokalen te mogen uitbaten om de dienstverlening naar gebruikers te verbeteren.
        • De vraag van team Jeugd om het beheer van het sanitair op het gelijkvloers exclusief aan Jeugdhuis 't Klokhuis toe te wijzen om de gebruikers te responsabiliseren in het onderhoud van dit sanitair.
        • Het positief advies van de gemeentelijke jeugdraad Hamme.

        BESLUIT:

        Artikel 1: Het gemeentebestuur geeft aan vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis volgende lokalen in huur, dewelke deel uitmaken van het gemeentelijk jeugdcentrum Den Appel:

        • Gelijkvloers: instuifruimte met berging, polyvalente zaal met berging en het sanitair gelegen op het gelijkvloers.
        • 1ste verdieping: bureel voor secretariaat van het jeugdhuis met aansluitende bergruimte, gebruik sanitair voor personeel van het jeugdhuis; repetitieruimte 1 & 2 en bijhorende bergingen in het badgesysteem gekend als rep. 1, rep. 2, rep. 3 en jh 2 welke dienen gebruikt te worden in het kader van muziekbeoefening of het faciliteren ervan.
        • Omgeving: terras ter hoogte van de instuif en het terras ter hoogte van de poort voor occasionele activiteiten.

        Deze infrastructuur bevindt zich op het perceel dat als volgt is gekadastreerd, Hamme, 1° afd. Sie A, nr. 25C.

        In het bijzonder is de toepassing van de Handelshuurwet uitgesloten.

        Artikel 2: Het gemeentebestuur voorziet jaarlijks een nominatieve werkingstoelage. Zie artikel 27 verder in deze overeenkomst.

        Als het gemeentebestuur geen werkingstoelage meer voorziet kan vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis eenzijdig de overeenkomst stopzetten zonder enige opzeg vanaf 1/1 van het jaar waarvoor geen toelage wordt voorzien.

        Deze overeenkomst houdt ook de samenwerking in die tussen de partijen onderling wordt afgesproken betreffende de uitbating van het jeugdcentrum en het gebruik van de lokalen die geen deel uitmaken van deze overeenkomst.

        Huur

        Artikel 3 De bestemming van de infrastructuur mag niet worden gewijzigd.

        Artikel 4: De verhuring gaat in op 1 januari 2020 en eindigt op 31 december 2025. De overeenkomst kan jaarlijks stilzwijgend verlengd worden.

        Artikel 5: Beide partijen kunnen op ieder moment een einde maken aan de uitvoering van de huidige overeenkomst mits een vooropzeg van minstens 6 maanden, te melden per aangetekende brief.

        Artikel 6: De huurprijs wordt vastgesteld op 575 euro per maand en wordt ten laatste iedere vijfde van de maand betaald op rekeningnummer BE89 0910 0028 6985 op naam van Gemeentebestuur Hamme met de vermelding “huur ’t Klokhuis – JC Appel”.

        Artikel 7: Een huurwaarborg is niet van toepassing.

        Artikel 8: Het verbruik van water, gas, elektriciteit zijn ten laste van het gemeentebestuur.. De tussenkomst van vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis in de energiekosten wordt vastgesteld op 450 euro/maand en wordt ten laatste iedere vijfde van de maand betaald op rekeningnummer BE89 0910 0028 6985 met de vermelding “energiekosten ’t Klokhuis – JC Appel”. Kosten inzake telefonie en internet voor de gehuurde ruimten zijn ten laste van vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis.

        Artikel 9: Alle belastingen en taksen van gemeentelijke, provinciale, gewestelijke, federale overheden of andere openbare besturen in verband met lokalen en terreinen zijn ten laste van het gemeentebestuur.

        Artikel10: Belastingen, accijnzen, retributies of rechten verschuldigd ten gevolge van de exploitatie zijn ten laste van vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis.

        Artikel 11: De eigendom waarvan hier sprake, wordt verhuurd in de staat waarin het goed zich bevindt, goed gekend door vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis, die verklaart het te hebben bezichtigd en in alle details te hebben onderzocht. Bij het verstrijken van deze overeenkomst zal vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis het moeten achterlaten in de staat waarin deze het verkregen heeft bij de start van de ingebruikname, rekening houdend met wat beschadigd zou zijn door een normaal gebruik of slijtage. Vzw jeugdhuis ’t Klokhuis verklaart zich akkoord met de plaatsbeschrijving en het fotoverslag aangehecht aan de oorspronkelijke samenwerkingsovereenkomst en het nieuw fotoverslag aangehecht aan de voorliggende overeenkomst.

        Artikel 12: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis staat zelf of via externe contacten in voor de inrichting en uitbating van de gehuurde ruimtes

        Artikel 13: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis verbindt zich ertoe de gehuurde infrastructuur goed te onderhouden.

        Artikel 14: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis staat in voor het onderhoud van de ruimten die in artikel 1 van deze overeenkomst zijn beschreven. Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis laat de gebruikte circulatiegedeelten proper achter. Wanneer het gemeentebestuur vaststelt dat vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis op een af andere manier zijn onderhoudsverplichtingen niet nakomt, dan kan het gemeentebestuur het initiatief nemen om de lokalen een onderhoudsbeurt te geven of de nodige herstellingswerken uitvoeren. Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis zal hiervan voorafgaand verwittigd worden. De kosten hiervan zullen gefactureerd worden aan vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis.

        Artikel 15: De omgeving wordt, wat betreft verharding, beplanting en accommodatie, opgenomen in het onderhoudsprogramma van het gemeentebestuur. Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis laat na activiteiten de onmiddellijke omgeving netjes achter, in het bijzonder de toegang tot het jeugdcentrum, de sanitaire ruimten op het gelijkvloers en het terras ter hoogte van de instuif.

        Artikel 16: Beide partijen verbinden zich ertoe alle herstellingen die krachtens de huurwet ten laste van de partijen zijn te zullen uitvoeren.

        Artikel 17: Het is vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis verboden de in huur gekregen lokalen of ruimten, hetzij volledig of gedeeltelijk, in onderverhuur te geven, uitgezonderd het ter beschikking stellen van de ruimten in het kader van de jeugdhuiswerking. Enkel met voorafgaandelijke schriftelijke toestemming van het gemeentebestuur kan van dit artikel worden afgeweken. In geen geval zal de gebruiker zich kunnen beroepen op stilzwijgende toestemming.

        In geen geval mag vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis of de gebruiker in de infrastructuur zijn hoofdverblijfplaats vestigen, voor bewoning gebruiken of deze gebruiken voor de uitoefening van kleinhandel of een ambachtelijke bedrijvigheid die onder de handelshuurwet valt. Het adres van de maatschappelijke zetel van vzw Jeugdhuis ’t Klokhuis mag gevestigd zijn op het adres van JC Den Appel.

        Artikel 18: Het gemeentebestuur heeft volgende polissen afgesloten:

        •  Een brandpolis voor het volledige gebouw en voor de gemeentelijke inboedel van JC Den Appel in hoedanigheid als eigenaar. Hierin voorziet het gemeentebestuur een gratis afstand van verhaal voor het gebouw naar alle gebruikers, verenigingen, huurders (incl. vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis) voor zover zij geen commerciële activiteiten (winstbejag) beogen.
        • De verplichte objectieve aansprakelijkheidspolis bij brand en ontploffing voor alle ruimten in het gebouw.

        Artikel 19: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis verbindt zich ertoe om minimaal volgende polissen af te sluiten gedurende de hele duur van de overeenkomst:

        • Een brandpolis voor de inboedel die zich bevindt in de lokalen die het voorwerp uitmaken van deze  samenwerkingsovereenkomst en zoals vermeld in artikel 1 van deze overeenkomst.
        • Een polis die de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de organisatie dekt.
        • Jaarlijks zal vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis de bewijzen van verzekering leveren evenals van de betaling van de laatste vervallen premies.

        Artikel 20: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis mag geen structurele wijzigingen aanbrengen zonder voorafgaandelijk en schriftelijke toelating van het gemeentebestuur.

        Artikel 21: Indien het gemeentebestuur, vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis of andere medegebruikers structurele wijzigingen wensen aan te brengen aan JC Den Appel, inclusief de omgeving, dan zal dit gebeuren in overleg met de betrokken partijen.

        Artikel 22: Als vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis de infrastructuur toch wijzigt, zonder toelating te hebben bekomen, mag het gemeentebestuur, bij het einde van de overeenkomst, hetzij de infrastructuur aanvaarden in zijn nieuwe staat zonder enige vergoeding verschuldigd te zijn aan vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis, hetzij van deze laatste eisen dat deze de infrastructuur opnieuw in zijn oorspronkelijke staat herstelt op eigen kosten. Zijn er wijzigingen uitgevoerd met toelating van het gemeentebestuur, dan komen zij bij het einde van de overeenkomst van rechtswege toe aan het gemeentebestuur. Deze is hiervoor geen vergoeding verschuldigd.

        Artikel 23: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis is verplicht het gemeentelijk reglement goedgekeurd door de gemeenteraad van 28 november 2007 in verband met publiektoegankelijke inrichtingen waarbij de minimumnormen inzake brandpreventie vastgesteld zijn na te leven. Dit reglement bepaalt o.a. de maximumcapaciteit van de inrichting, het vrijwaren van nooduitgangen, het aanbrengen van versieringen, enz.

        Artikel 24: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis oefent medetoezicht uit op het geheel van gebouwen en de omliggende terreinen en signaleert onmiddellijk iedere schade of nalatigheid van welke aard ook aan het gemeentebestuur.

        Artikel 25: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis dient te waken over de veiligheid, de openbare orde, de goede zeden en het goede nabuurschap met de andere gebruikers.

        Artikel 26: Het gemeentebestuur staat in voor de veiligheid van het gebouw en voorziet daartoe de nodige middelen: blustoestellen, evacuatieplan en noodverlichting.

        Samenwerkingsconvenant

        Artikel 27: Het gemeentebestuur keert jaarlijks een werkingstoelage uit aan vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis.

        Deze bestaat uit:

        • Basis werkingstoelage: €3000
        • Weddentoelage: 80% van de door het jeugdhuis zelf betaalde rechtstreekse en onrechtstreekse loonkosten voor een personeelslid met een minimum tewerkstelling van 0,80 voltijds equivalent met een maximum weddetoelage van €35.000 op jaarbasis. Niet in aanmerking komen de huisvestingskosten, werkingskosten en materiaalkosten verbonden aan de tewerkstelling alsook de verplaatsingskosten in verband met werkopdrachten.
        • Vrijwilligerstoelage: een vrijwilligerstoelage kan worden uitbetaald indien de maximum weddetoelage van €35.000 niet behaald wordt.
        • Het bedrag weddentoelage + vrijwilligerstoelage samen kan nooit meer bedragen dan €35.000. Deze toelage is enkel van toepassing voor vrijwilligers -lid van het jeugdhuis- en voor taken die de werking van het jeugdhuis ten goede komen. Het jeugdhuis gaat in dialoog met het gemeentebestuur over de inhoud van dit takenpakket indien hiervan gebruik wordt gemaakt.

        De totale werkingstoelage is begrensd tot een verhouding van 49,9% t.o.v. de totale inkomsten van vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis op jaarbasis. De werkingstoelage wordt opgedeeld in:

        • Enerzijds een forfaitair bedrag van 33.000 euro, nominatief te voorzien in het budget van de gemeente en uit te betalen in 12 maandelijkse schijven van 2.750 euro. Elke schijf wordt ten laatste iedere 4de van de maand betaald op rekeningnummer BE580012 5597 3679 op naam van Jeugdhuis ‘t Klokhuis met de vermelding “subsidie ’t Klokhuis”;
        • anderzijds een nader te bepalen saldo, integraal uitbetaald na goedkeuring van het financieel en inhoudelijk verslag en ten laatste op het einde van de zesde maand van het jaar volgend op het jaar waar de toelage betrekking op heeft.

        Artikel 28: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis dient een jeugdhuiswerking uit te bouwen in de ter beschikking gestelde ruimten volgens haar statuten en onder onderstaande voorwaarden.

        Algemene voorwaarden

        •  Doelgroep: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis richt zich in de eerste plaats naar jongeren uit de gemeente Hamme vanaf 15 jaar (15 jaar zijn of worden in de maand van aansluiting). Specifieke activiteiten of initiatieven naar andere leeftijdsgroepen worden hiermee niet uitgesloten.

        •  Lidmaatschap: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis werkt met lidmaatschap. Leden dienen te beschikken over een lidkaart.

        •  Bereik: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis bereikt jaarlijks min. 100 jongeren. Een ledenlijst wordt bijgehouden op de zetel van de vzw.

        •  Statuut: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis heeft het vzw-statuut.

        •  Laagdrempelig: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis hanteert billijke prijzen voor activiteiten en consumpties.

        •  Beroepskrachten: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis stelt min. een beroepskracht met een minimum tewerkstelling van 0,80 voltijds equivalent te werk die instaat voor de coördinatie van de jeugdhuiswerking en die de jongeren ondersteunt in de realisatie van hun ideeën en activiteiten. Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis voorziet in de nodige werkingsmiddelen om deze taak naar behoren te kunnen vervullen.

        Functies van de werking Ontmoeting

        •  Instuif: De instuif is open gedurende min. 15 uur/week, gespreid over min. 3 dagen. Enkel de uren voor 1 u worden meegerekend.

        •  Activiteiten: Ontmoeting kan ook via de activiteiten bewerkstelligd worden: recreatief,  informatief, cultureel, sportief, …

        Vorming

        •  Beroepskrachten: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis besteedt aandacht aan de bijscholing van de personeelsleden in functie van de jeugdhuiswerking.

        •  Kader en leden: De vrijwilligers (medewerkers en/of beheerders) volgen jaarlijks samen min. 32 uur externe vorming met een sociaal-culturele invulling in functie van de jeugdhuiswerking.

        Informatie

        •  Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis informeert jongeren via kanalen die eigen zijn aan hun leefwereld (bvb. sociale netwerksites). Het jeugdhuis houdt de vinger aan de pols wat betreft nieuwe communicatievormen onder jongeren en speelt hierop in.

        •  Evaluatie: Met het oog op de betrokkenheid van de jongeren is er per jaar min. 1 evaluatiemoment over de jeugdhuiswerking (inhoudelijk, financieel).

        Activiteiten

        •  Algemeen: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis geeft voorrang aan de uitwerking van ideeën en plannen van de jongeren en treedt hierbij waar mogelijk op als ondersteuner op inhoudelijk, financieel en/of infrastructureel vlak. Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis tracht dit te organiseren vanuit een jongerenoverleg, een denktank, en is vrij om voor de uitwerking één of meerdere werkgroepen op te richten.

        •  Reguliere activiteiten: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis organiseert op jaarbasis min. 12 eigen activiteiten met min. maandelijks 1 activiteit. Ze zorgt daarbij voor voldoende variatie tussen recreatieve, sportieve, culturele en maatschappelijke activiteiten (fuiven, optredens, quizzen, wedstrijden, voorstellingen (theater, film, …), gezelschapsspelenavonden, debatten, …). Waar mogelijk wordt naar toonmomenten gewerkt (optredens, tentoonstelling, …). Activiteiten die eenmalig werden georganiseerd maar die daarna een zekere periodiciteit kennen kunnen elk niet als afzonderlijke activiteit gezien worden.

        •  Bovenlokaal project gesubsidieerd vanuit de Vlaamse overheid: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis dient aanvullend bij de Vlaamse overheid een aanvraag tot het bekomen van een subsidie voor een bovenlokaal project in, zolang de Vlaamse overheid deze middelen voorziet. De subsidies worden aangewend volgens de voorwaarden zoals de Vlaamse overheid die voorschrijft. De jongeren worden aangespoord om mee te werken of deel te nemen aan de activiteiten die vanuit dit project ontstaan.

        Maatschappelijke participatie

        •  Jeugdraad: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis is lid van de gemeentelijke jeugdraad en tracht zoveel mogelijk de algemene vergaderingen bij te wonen.

        •  Andere: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis werkt waar mogelijk samen met andere jeugdwerkpartners, jongeren of externe organisaties.

        Artikel 29: Het tekenen van deze overeenkomst impliceert het erkennen en bevestigen van de jeugdhuiswerking volgens de jeugdhuismethodiek (Formaat jeugdhuiswerk Vlaanderen vzw).

        Artikel 30: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis dient, gelet op de bestemming van de ter beschikking gestelde ruimten, lid te zijn van Formaat jeugdhuiswerk Vlaanderen vzw.

        Artikel 31: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis gaat akkoord met een uitsluiting van het gemeentelijke reglement Subsidiëring Jeugdhuizen.

        Artikel 32: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis moet jaarlijks een jaarverslag neerleggen bij het gemeentebestuur. Dit jaarverslag is een kwalitatieve en kwantitatieve weergave van het afgelopen werkingsjaar, zowel inhoudelijk als financieel. Dit moet ingediend worden uiterlijk op het einde van de vijfde maand van het jaar volgend op het te evalueren jaar.

        Het inhoudelijk jaarverslag dient volgende gegevens te bevatten:

        Kwalitatief luik

        •  Benadering van de doelgroep, opties en aanpak

        •  Accommodatie (gebruik, inrichting, …)

        •  Beroepskrachten (inzet, taken, verhouding, bovenlokaal project, …)

        •  Vrijwilligers (inzet, taken, verhouding, bovenlokaal project, …) met in het bijzonder een omschrijving van de taken van vrijwilligers die in aanmerking komen voor een vrijwilligerstoelage

        •  Omschrijving en invulling van de functies ontmoeting, vorming, informatie, activiteiten en eventuele bijkomende functies

        •  Een algemene evaluatie van de werking met eventuele werkpunten voor het komende werkjaar

        Kwantitatief luik

        • Ledenaantal

        • Openingsuren

        • Aard en aantal van de eigen activiteiten (zie deze onder de verschillende functies): wat, waar, wanneer, deelnemers, ….

        • Aard en aantal van activiteiten door externe organisatoren: wat, waar, wanneer, deelnemers, …

        • Overzicht van de inkomsten en uitgaven

         De financiële gegevens bestaan uit

        • De jaarrekening

        • Een verslag over de financiële toestand van de vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis.

        Artikel 33: Dit verslag wordt door beide partijen besproken op een evaluatiegesprek. De datum hiervan wordt onderling overeengekomen maar valt hoe dan ook voor het einde van de zesde maand volgend op het te evalueren jaar.

        Artikel 34: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis legt het tariefreglement voor het gebruik van instuif en polyvalente zaal voor aan het gemeentebestuur ter inzage. Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis hanteert billijke prijzen voor dit gebruik. Deze gebruiksvergoeding komt ten goede aan vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis. Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis neemt in dit tariefreglement een voorrangsrecht voor wat betreft de reservatie van instuif en polyvalente zaal voor activiteiten van de jeugddienst van het gemeentebestuur op.

        Artikel 35: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis is vrij in de keuze van de drankenhandelaar.

        Artikel 36: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis kan bij de gemeentelijke jeugddienst als aanspreekpunt van het gemeentebestuur terecht.

        Artikel 37: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis of de gebruikers engageren zich om voor activiteiten tussen 100 en 500 personen het formulier “melding kleine evenementen” en voor activiteiten met meer dan 500 personen het formulier “melding grote evenementen” in te dienen.

        Artikel 38: De instuif en polyvalente zaal worden als afzonderlijke ruimten beschouwd.

        Artikel 39: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis heeft de mogelijkheid activiteiten aan te kondigen op de door het gemeentebestuur voorziene locaties (informatiescherm, afficheborden) .

        Artikel 40: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis en de gebruikers leven het huishoudelijk reglement van JC Den Appel na.

        Artikel 41: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis neemt deel aan een jaarlijks gebruikersoverleg om de werking van het JC Den Appel te evalueren en bij te sturen waar nodig.

        Artikel 42: Vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis staat zelf in voor het bergen van het afval op de door het gemeentebestuur voorziene locatie en is ten laste van vzw jeugdhuis ‘t Klokhuis.

      • Procedure en beoordelingscriteria toewijzing kinderopvangplaatsen bij uitbreidingsronde - aanpassing - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • Decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby’s en peuters.
        • Het Subsidiebesluit van 22 november 2013 tot uitvoering van het decreet betreffende de organisatie van kinderopvang.
        • Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
        • Het besluit van de Vlaamse regering van 19 juni 2020 betreffende de toekomstige toekenningen van subsidiebeloftes vanaf 1 april 2021.
        • De meerjarenprogrammatie 2020-2024 en de septemberverklaring 2023 van de Vlaamse regering waarbij extra budget geïnvesteerd wordt in de kinderopvang van baby's en peuters.

        OVERWEGINGEN:

        • Begin 2021 lanceerde het Agentschap Opgroeien een meerjarenprogrammatie voor uitbreiding van kinderopvangplaatsen. 
        • Om als lokaal bestuur onze adviesrol op te nemen werd op de gemeenteraad van 26 november 2020 een beoordelingsprocedure goedgekeurd waaraan ingediende dossiers gescoord worden. 
        • De septemberverklaring 2023 waarin verder budget voorzien werd met betrekking tot kinderopvang om in te zetten voor een lagere ratio, extra plaatsen en de mensen die in de kinderopvang werken.
        • In augustus 2023 werd een nieuwe oproep voor uitbreiding van kinderopvangplaatsen met inkomenstarief (trap 2A) gelanceerd en de aanvraag voor Hamme werd ontvankelijk verklaard. In latere communicatie volgt het aantal te realiseren plaatsen.
        • Het feit dat Agentschap Opgroeien mede op basis van het advies van het lokaal bestuur een beslissing neemt over de ontvankelijke aanvragen.
        • Het positief advies van het Lokaal overleg kinderopvang (LOK) van 12 november 2023.

        BESLUIT:

        Artikel 1: De gemeenteraad keurt de herwerking van onderstaande procedure en de gehanteerde criteria inzake de adviesformulering voor het toekennen van kinderopvangplaatsen van baby's en peuters goed.

        Artikel 2: Heft het besluit van de gemeenteraad van 26 november 2020 betreffende de procedure en beoordelingscriteria toewijzing kinderopvangplaatsen bij uitbreidingsronde op.

        Art. 3: Het college van burgemeester en schepenen is belast met de uitvoering van deze beslissing.

        PROCEDURE EN CRITERIA VOOR ADVIES OVER TOEWIJZEN PLAATSEN IN DE KINDEROPVANG VAN BABY'S EN PEUTERS BIJ UITBREIDINGSRONDES VAN HET AGENTSCHAP OPGROEIEN

        Artikel 1: De aanvraag

        Een organisator kinderopvang die een aanvraag voor uitbreiding indient bij het Agentschap Opgroeien is verplicht deze aanvraag ook bekend te maken bij het lokaal bestuur. De deadline voor het indienen van de aanvraag zal in de oproep van het Agentschap staan.

        Een aanvraag tot advies aan het lokaal bestuur opstart/uitbreiding van kinderopvanginitiatieven in het kader van een uitbreidingsronde  wordt als volgt gedaan:

        Het college van burgemeester en schepenen deelt de datum van de zitting, waarop de aanvragen behandeld worden, mee aan de partners van het LOK.

        Deze datum zal ook via de Facebook-pagina van de gemeente Hamme worden gepubliceerd.

         

        Artikel 2: Bekendmaking procedure en aanvraag indienen

        Deze  procedure en advies zal via de website van de gemeente worden kenbaar gemaakt. 

        De organisator kinderopvang kan terecht voor vragen over de criteria en beoordelingsprocedure bij Huis van het Kind:

        • Administratief centrum – Nieuwstraat 11 Hamme
          • Huis van het Kind: 052 47 55 35    
          • huisvanhetkind@hamme.be
        • Aanvragen:

          • Per gewone  post te richten aan:  College van Burgemeester & Schepenen, Marktplein 1 , 9220
          • EN
          • per e-mail  (gescand word-document) : huisvanhetkind@hamme.be

        Een ontvangstbevestiging zal per e-mail binnen de week (7 kalenderdagen) worden verstuurd.

         

        Artikel 3: Adviesformulering

        Het college van burgemeester en schepenen zal op het college de aanvraag bespreken en aftoetsen op basis van de vastgelegde criteria.

        Het college van burgemeester en schepenen formuleert zijn advies en de daaraan gekoppelde score op een zitting van het college, datum van deze zitting zal wanneer de oproep van de uitbreidingsronde wordt gelanceerd, worden meegedeeld aan de partners van het LOK.

         

        Artikel 4: De beslissing

        •    Afweging tot het geven van negatief advies op basis van (zie richtlijnen Agentschap Opgroeien):
        1.  in geval de aanvraag niet tegemoet komt aan de specifieke lokale behoeften aan kinderopvang.
        2.  in geval de organisator niet meewerkt aan het lokaal loket kinderopvang. 

        of

        •     Afweging tot het geven van  een positief advies :

        Dit advies wordt geformuleerd in de vorm van een score op basis van de vastgelegde criteria. Het lokaal bestuur kan score 0 geven, dit betekent evenwel geen negatief advies. De aanvraag start dan mogelijk wel met een lagere score dan andere aanvragen.

         

        Artikel 5: Criteria, op basis van o.a. de omgevingsanalyse in de meerjarenplanning:

        • Ligging: Voorrang aan initiatieven gelegen in het centrum van de gemeente, gezien de kwetsbare groepen daar meer gehuisvest zijn dan in de buitenwijken (Zogge, St Anna, Moerzeke en Kastel). We baseren ons hiervoor op de kansarmoede-indicatoren in het onderwijs. Het sociale vangnet is tevens ook groter in de buitenwijken. We baseren ons hiervoor op het gebruik van de vakantiewerking BKO.
          1. Centrum : 2/2
          2. Buiten centrum: 0/2
        • Toegankelijkheid: De openingsdagen en uren van de voorziening (of de toekomstige voorziening) zijn maximaal beschikbaar. Voorrang aan voorzieningen die alle weekdagen open zijn.  Maximale openingsuren laten flexibele werkomstandigheden toe.
        1.   Het opvanginitiatief is meer dan 11 uren per dag open:
          • Minstens een halfuur vroeger  dan standaardopeningsuren tussen 7u en 18u, = 1/1

          • Minstens een halfuur langer dan de standaard  openingsuren tussen 7u en 18u= 1/1

          • Of het opvanginitiatief  kan aantonen dat het gemiddeld 11u open is maar extra       vroege ochtendopvang aanbiedt (d.w.z. voor 6u30) of late avondopvang kan garanderen (na 18u30) = 1 extra punt

          • Motivering: het LLK krijgt meermaals de vraag naar opvang die buiten de reguliere openingsuren vallen. D.w.z. voor 7u en na 18u.

        2.   Het opvanginitiatief is meer dan 220 dagen per jaar open = 2/2 (= standaard openingsdagen) Opvanginitiatieven die kunnen aantonen op basis van hun huishoudelijk reglement dat ze extra dagen open zijn buiten de standaard openingsdagen.
          • < 220 dagen open 0/2

          • 220- 224 dagen open 1/2

          • 225 of meer dagen open 2/2

          • Motivering: Hoe meer dagen en opvanginitiatief open is , hoe meer tegemoet kan komen aan de opvangvraag van de ouders;


        3.   Occasionele opvang, zijnde uitzonderlijke, kortdurende opvang, beperkt in tijd/dagen):
          • De opvangvoorziening voorziet plaatsen voor dringende opvangvragen (=tijdelijk  opvang  binnen de maand kunnen realiseren voor een periode van max. 6 maanden) 1/1

          • het opvanginitiatief biedt regelmatig (minstens 10x per jaar) occasioneel weekend-/en nachtopvang aan. (Opvang op zaterdag, zondag of op weekdagen tussen 22u-6u) 1/1

          • Motivering: de vraag naar occasionele opvang stijgt. Door in te zetten op het aanbieden van occasionele opvang kunnen we meer kansen creëren op vlak van sociale en economische groei voor maatschappelijk kwetsbare gezinnen.

            Maar ook andere ouders die opvang nodig aan hebben buiten de gekende opvang uren kunnen we op deze manier tegemoet komen.

            Via het huishoudelijk reglement of de schriftelijke overeenkomst kunnen opvanginitiatieven aantonen hier aan te voldoen.


        •  Betrouwbaarheid:
        1. Is de organisator lid (voor een nieuw initiatief: engageert zich) van het LOK, d.w.z. er wordt steeds iemand afgevaardigd van het opvanginitiatief zodat de aanwezigheid kan verzekerd worden. 1/1
        2. Neemt actief deel aan het LOK overleg, d.w.z. engageert zich voor projecten die hier uit voortvloeien. 1/1
        3. Engageert de organisator zich binnen het digitaal loket, en onderschrijft de minimale samenwerkingsafspraken (=actief deelnemen aan het digitaal loket (Opvang.Vlaanderen) D.w.z. elke opvangvraag registreren en binnen gepaste termijnen (=2weken) reageren op opvangaanvragen die via het platform binnen komen.): 2/2

        • Bereikbaarheid:
        1. De voorziening is bereikbaar met de auto.  1/1
        2. Er mogelijkheid om in de nabijheid te parkeren, hiermee bedoelen we minstens 1 straatplaats aan de opvanglocatie of minstens 1 parkeerplaats aan de opvangvoorziening:   1/1
        3. De voorziening is bereikbaar met het openbaar vervoer binnen een straal  van  500 m 0.5/0.5
        4. er is in de opvangvoorziening voldoende ruimte voorzien voor Maxi-Cosi/ buggy:  0.5/0.5

        •  Begrijpbaarheid: 

        Werking met kwetsbare ouders (gezinnen in kansarmoede, gezinnen met taalkloof en/of cultuurkloof, ouders met een beperking, ouders met psychische problemen, enz.).

        De voorziening toont aan dat ze laagdrempelig werkt naar kwetsbare ouders toe.

        1. De opvangvoorziening heeft een samenwerking (of gaat er één aan) met voorzieningen die werken met kwetsbare doelgroepen (OCMW, HvhK, Leerpunt)  1p
        2. de opvangvoorziening past zijn communicatie aan aan de doelgroep (bv. pictogrammen bij anderstalige gezinnen, communicatie in gemeenschappelijke taal, eenvoudig en begrijpbaar HHR,..) 1p
        3. de opvangvoorziening houdt in zijn werking rekening met de culturele verscheidenheid van gezinnen (bv. rekening houden met voedingskeuze van gezinnen,...)  1p
        4. De opvangvoorziening vraagt  geen waarborg aan kwetsbare gezinnen  1p
        5. De opvangvoorziening voorziet extra respijtdagen bovenop de 18 wettelijke  1p
        6. De boete bij niet verwittigde afwezigheid naast de respijtdagen bedraagt niet meer dan de dagprijs die het gezin normaal moet betalen  1p
        7. De organisator zet in op ouderbetrokkenheid, sociale steun en sociale cohesie (werkt mee met HvhK rond projecten van warme transitie naar de kleuterklas en ouder-kind activiteiten van HvhK) 1p
        8. Ligging in een buurt die interessant is voor tewerkstelling of opleiding vb. in een straal van 500 meter van een sociaal-economieproject,  opleidingsentrum CVO-Leerpunt, ... 1p

         Totaalscore: 8/8

         

        OF

        Nieuwe organisatoren delen bij hun toelichting over hun dossier mee hoe zij laagdrempelig kunnen werken naar kwetsbare gezinnen en hoe ze hen zullen bereiken. Via het huishoudelijk reglement of de schriftelijke overeenkomst kunnen opvanginitiatieven hun intentie aantonen hier aan te willen voldoen.

         

        Artikel 6: Totaalscore: staat op 24 (te delen door 3)

         
        Artikel 7: Communicatie advies

        De aanvrager krijgt, binnen de week,  het advies toegestuurd per mail en per gewone postzending.

         

         Artikel 8: Hoorrecht

        De organisator, die er om verzoekt (via mail), kan toelichting geven bij zijn dossier op een volgend college van Burgemeester en schepenen.

        Het college kan op basis van de toelichting de score bijsturen.

         

        Artikel 9: Terugkoppeling

        •   De aanvrager krijgt tegelijkertijd  op het moment van adviesoverdracht naar het Agentschap Opgroeien, het advies toegestuurd per mail.
        •   Er wordt op de eerstvolgende LOK-vergadering  terugkoppeling gegeven  over de aanvragen en de geformuleerde adviezen.

         

        Artikel 10: Bevoegdheid procedureopvolging en beslissingen 

        Het  college van burgemeester en schepenen is bevoegd inzake het concrete verloop van de procedure, toepassing criteria en toekenning score, het formuleren en communiceren van het advies aan de betrokken partijen.

         

        Artikel 11: Uitzondering

        Het college van burgemeester en schepenen kan bij overmacht en/of gegronde redenen afwijkingen toestaan binnen deze procedure.

      • BNIP Flandriencross - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • De omzendbrief van 10 december 1987 op evenementen.
        • De nieuwe gemeentewet, in het bijzonder artikels 133 tot en met 135 m.b.t. de bevoegdheden van de burgemeester.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, meer bepaald artikelen 40 en 41 met betrekking tot de bevoegdheden van de gemeenteraad.
        • Het Koninklijk Besluit betreffende de nood -en interventieplannen van 22 mei 2020.
        • De ministeriële Omzendbrief NPU1 betreffende de nood -en interventieplannen van 26 oktober 2006.
        • De wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid.
        • De ministeriële Omzendbrief NPU2 van 30 maart 2009 betreffende het Nood- en Interventieplan van de Provinciegouverneur.
        • De ministeriële Omzendbrief NPU4 van 30 maart 2009 betreffende de Disciplines monodisciplinaire noodplannen.

        OVERWEGINGEN:

        • De gemeentelijke veiligheidscel kan voor risico’s ten gevolge van bepaalde manifestaties of grote evenement beslissen tot de opmaak van een bijzonder nood- en interventieplan.
        • Op zaterdag 27 januari 2024 wordt in de gemeente Hamme de Flandriencross voor de 9de maal georganiseerd. Naar schatting zullen hier 10 000 toeschouwers worden verwacht.
        • Door de aard en omvang van dit evenement dient een bijzonder nood- en interventieplan te worden opgemaakt in functie van de organisatie van de hulpverlening en de multidisciplinaire coördinatie.

        BESLUIT:

        Artikel 1: Het bijzonder nood- en interventieplan ‘Flandriencross 2024’ goed te keuren.

        Artikel 2: Een exemplaar van het BNIP te verspreiden onder de geadresseerden, zoals vermeld in het bijzonder nood- en interventieplan.

      • Acties Team Jeugd en jeugdraad - vaststellen machtiging tot het heffen van retributies en de voorwaarden ervan - besluit

        REGELGEVING:

        • Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikel 41 betreffende het toevertrouwen van bepaalde bevoegdheden aan het college van burgemeester en schepenen.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 20 januari 2020 betreffende de vaststelling van machtiging tot het heffen van retributies en de voorwaarden van acties van de gemeentelijke jeugddienst en jeugdraad.

        OVERWEGINGEN:

        • De gemeenteraad kan het college van burgemeester en schepenen machtigen tot het heffen van bepaalde retributies en de voorwaarden van acties van de gemeentelijke jeugddienst en jeugdraad.
        • Een versoepelde werking past binnen de uitgangspunten van het decreet lokaal bestuur en sluit aan bij de wijze waarop retributies voor de federale en gewestelijke overheden worden vastgesteld. Ook daar beperkt het wetgevend orgaan zich tot het verlenen van de machtiging en het uittekenen van het kader terwijl het uitvoerend orgaan zorgt voor de bepaling van de concrete bijzonderheden.
        • De werkingskosten per initiatief of activiteit kunnen erg verschillen en het is dus praktischer en efficiënter voor de werking van de jeugddienst om de retributies per activiteit vast te laten stellen door het college van burgemeester en schepenen op basis van een gedetailleerde raming van de kostprijs per initiatief of activiteit.

        BESLUIT:

        Artikel 1: Machtigt het college van burgemeester en schepenen tot het heffen van retributies en tot het vaststellen van de voorwaarden ervan voor de gemeentelijke acties voor kinderen en jongeren en voor de producten rechtstreeks verbonden aan deze activiteiten.

        Artikel 2: De retributie is verschuldigd door elke deelnemer aan een activiteit georganiseerd door het gemeentelijke Team Jeugd of door elke afnemer van een product rechtstreeks verbonden aan deze activiteit. Het college van burgemeester en schepenen zal hierop uitzonderingen bepalen, met name vrijstellingen (bvb. sponsors, geschenkexemplaren, bijzondere acties, ...) en kortingen (abonnementen, speciale doelgroepen, ok-jongerenpas, ...).  Specifiek zal er minstens een korting van 50% voorzien worden voor houders van een ok-jongerenpas. De tarieven worden bepaald op basis van een raming van de kostprijs per activiteit of per product.

        Artikel 3: Deze machtiging geldt voor de periode van 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024.

        Artikel 4: De ontvangsten van deze retributies worden geboekt op de artikelen 0750-00/7010003 en 0750-00/7000099 van het exploitatiebudget.

         

      • Gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing - besluit

        REGELGEVING:

        • Artikel 170, §4, van de Grondwet, met betrekking tot de financiën.
        • Artikel 464, 1, 1°, van het Wetboek Inkomstenbelastingen van 10 april 1992.
        • De artikelen 2.1.4.0.2 en artikel 3.1.0.0.4 van het decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit.
        • Decreet van 18 november 2016 houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering van de provincies.
        • Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.

        OVERWEGINGEN:

        • Ingevolge het gewijzigde artikel 2.1.4.0.1 van de Vlaamse Codex Fiscaliteit stijgt de basisheffing van de onroerende voorheffing in het Vlaams Gewest vanaf het aanslagjaar 2018 van 2,5 % naar 3,97 % van het kadastraal inkomen.
        • Het gewijzigde artikel 2.1.4.0.1, §2, eerste lid, van de Vlaamse Codex Fiscaliteit verplicht de gemeenten om hun gemeentelijke opcentiemen dientengevolge aan te passen: 'Voor iedere gemeente van het Vlaams Gewest mag het tarief, vermeld in artikel 2.1.4.0.1, op zichzelf de opbrengst van de gemeentelijke opcentiemen van het aanslagjaar waarin dit artikel in werking treedt niet verhogen ten opzichte van het vorige aanslagjaar.'
        • De gemeente moet haar opcentiemen ten opzichte van het aanslagjaar 2017 delen door 1,588 om de fiscale druk op hetzelfde niveau te behouden.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Voor het aanslagjaar 2024 worden ten bate van de gemeente 1.039 opcentiemen geheven op de onroerende voorheffing.

        Artikel 2: De vestiging en de inning van de gemeentebelasting gebeuren door toedoen van de Vlaamse Belastingdienst.

      • Aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting - besluit

        REGELGEVING:

        • De artikelen 464 tot en met 470/2 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 betreffende de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Leo Van der Vorst, Mario Michils
        Resultaat: Met 19 stemmen voor, 4 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt voor het aanslagjaar 2024 een aanvullende belasting gevestigd ten laste van de rijksinwoners die belastbaar zijn in de gemeente op 1 januari van het aanslagjaar.

        Artikel 2: De belasting wordt vastgesteld op 8,00 % van de overeenkomstig artikel 466 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 berekende grondslag voor hetzelfde aanslagjaar. Deze belasting wordt gevestigd op basis van het inkomen dat de belastingplichtige heeft verworven in het aan het aanslagjaar voorafgaande jaar.

        Artikel 3: De vestiging en de inning van de gemeentelijke belasting zullen door het toedoen van het bestuur der directe belastingen geschieden, overeenkomstig de bepalingen vervat in de artikelen 466 e.v. van het Wetboek van de inkomstenbelastingen.

      • Algemene heffing op bedrijven en vrije beroepen - besluit

        REGELGEVING:

        • Artikel 6 van de wet van 24 december 1996 betreffende de vestiging en de invordering van de provincie- en gemeentebelastingen.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 3 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 houdende vaststelling van een algemene heffing op bedrijven en vrije beroepen.

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Met ingang van 1 januari 2024 wordt ten behoeve van de gemeente Hamme, een jaarlijkse algemene heffing op bedrijven en vrije beroepen geheven, voor een termijn eindigend op 31 december 2024.

        Artikel 2: De algemene gemeentebelasting op bedrijven en vrije beroepen is verschuldigd door alle natuurlijke en rechtspersonen die op 1 januari van het belastingjaar, als hoofdactiviteit en/of bijkomende activiteit op het grondgebied van de gemeente:

        • een nijverheids-, landbouw- of handelsbedrijf exploiteren;
        • een vrij beroep of een zelfstandige activiteit uitoefenen.

        Artikel 3: §1. De belasting is verschuldigd afzonderlijk per vestiging, hoe dan ook genaamd, gelegen op het grondgebied van de gemeente en door de belastingplichtige gebruikt of tot zijn gebruik is voorbehouden.

        §2. De belasting wordt, ongeacht de kadastrale indeling vastgesteld rekening houdend met de totale bebouwde en onbebouwde oppervlakte van het goed waarop de vestiging zich bevindt. Als bebouwde oppervlakte wordt die van de laagste bovengrondse verdieping in aanmerking genomen.

        Artikel 4: De basisbelasting wordt als volgt vastgesteld:

        A. Voor land – en tuinbouwbedrijven:

         A.1. Landbouwbedrijven:

        Voor de schijf      tot       7,5 ha

        74,00 EUR

        Voor de schijf      boven  7,5 ha  tot 12 ha

        105,00 EUR

        Voor de schijf      boven   12 ha  tot 25 ha

        148,00 EUR

        Voor de schijf      boven   25 ha

        247,00 EUR

         Onder ‘landbouw’ wordt verstaan: akkerbouw, bosbouw en (pluim)veeteelt.

        A.2. Tuinbouwbedrijven

        A.2.1. Uitsluitend in open lucht.

        Voor de schijf tot       1 ha

        74,00 EUR

        Voor de schijf boven  1 ha  tot 3 ha

        105,00 EUR

        Voor de schijf boven  3 ha  tot 6 ha

        148,00 EUR

        Voor de schijf boven  6 ha

        247,00 EUR

        A.2.2. Uitsluitend onder glas.

        Voor de schijf tot            999 m²

        74,00 EUR

        Voor de schijf van      1.000  m² tot 6.999 m²

        105,00 EUR

        Voor de schijf van      7.000  m² tot 14.999 m²

        148,00 EUR

        Voor de schijf vanaf  15.000 m²

        247,00 EUR

        Gemengde tuinbouwbedrijven (exploitaties zowel in open lucht als onder glas) die in beide categorieën vallen, betalen een bedrag dat overeenkomt met de hoogste schijf waarin ze vallen.

        B. Voor de andere bedrijven en de vrije beroepen:

        Tot

        49 m²

        123,00 EUR

        van 50 m² tot

        99 m²

        154,00 EUR

        Van 100 m² tot

        249 m²

        185,00 EUR

        Van 250 m² tot

        499 m²

        310,00 EUR

        Van 500 m² tot

        749 m²

        371,00 EUR

        Van 750 m² tot

        999 m²

        635,00 EUR

        van 1.000 m² tot

        4.999 m²

        930,00 EUR

        van 5.000 m² tot

        9.999 m²

        1240,00 EUR

        van 10.000 m² tot

        24.999 m²

        1859,00 EUR

        van 25.000 m² tot

        49.999 m²

        2478,00 EUR

        meer dan 50.000 m²

         

        3100,00 EUR

        Artikel 5: Vrijstellingen en verminderingen:

        §1. Is vrijgesteld van deze belasting:                       

        De belastingplichtige die de activiteit bedoeld in artikel 2 van dit besluit heeft aangevat in het jaar dat het aanslagjaar voorafgaat EN die vóór de aanvang van de bedoelde activiteit de hoedanigheid van uitkeringsgerechtigde werkloze of schoolverlater had, of die genoot van een bestaansminimum.

        Deze vrijstelling kan slechts voor 3 opeenvolgende jaren worden toegepast.

        §2. Op de overeenkomstig artikel 4 van dit besluit berekende belasting wordt een vermindering toegestaan van:

        • 25% voor de belastingplichtigen die in gezinsverband leven en elk een in dit reglement afzonderlijk belastbare activiteit uitoefenen.
        • 50% voor de werkloze belastingplichtigen, die onder de voorwaarden gesteld door de Rijksdienst voor Arbeidsbemiddeling, een bijberoep mogen uitoefenen. Deze vermindering kan slechts voor 3 opeenvolgende jaren worden toegepast.
        • 50% voor de belastingplichtige die op 1 januari van het dienstjaar de activiteit bedoeld in artikel 2 van dit besluit heeft aangevat in het jaar dat het aanslagjaar voorafgaat. Deze vermindering kan slechts voor 3 opeenvolgende jaren worden toegepast.

        §3. De verminderingen waarvan sprake in §2 zijn cumuleerbaar, zonder dat evenwel de belasting minder mag bedragen dan 25,00 EUR.

        Artikel 6: Elke belastingplichtige is gehouden per vestiging aangifte te doen bij middel van een door het gemeentebestuur ter beschikking gesteld formulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de er in vermelde datum moet worden teruggestuurd. De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen. De aangifte blijft geldig tot ze wordt opgezegd.

        Artikel 7: Bij gebreke van een aangifte of bij onvolledige aangifte wordt de belastingplichtige van ambtswege belast, conform artikel 6 van de wet van 24 december 1996 betreffende de vestiging en de invordering van de provincie- en gemeentebelastingen.

        Artikel 8: Overtredingen op de aangifteverplichting geven aanleiding tot volgende belastingverhogingen:

        • eerste overtreding: ambtshalve gevestigde aanslag + 10%
        • tweede overtreding: ambtshalve gevestigde aanslag + 50%
        • derde overtreding: ambtshalve gevestigde aanslag + 100%

        De overtredingen op de aangifteverplichting worden vastgesteld door de ambtenaren van het gemeentebestuur van Hamme, speciaal daartoe aangesteld door het college van burgemeester en schepenen. De vastgestelde overtredingen worden genoteerd in processen – verbaal die bewijskracht hebben tot het tegendeel bewezen is.

        De belastingverhoging wordt ingekohierd samen met het recht.

        Artikel 9: De heffing wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. De belasting moet worden betaald binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

        Artikel 10: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

      • Algemene heffing op gezinnen - besluit

        REGELGEVING:

        • Wetboek van de inkomstenbelastingen.
        • Wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen van 14 juli 1994.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 3 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 betreffende het belastingreglement algemene heffing op gezinnen.

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils
        Resultaat: Met 17 stemmen voor, 6 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Met ingang van 1 januari 2024 wordt ten behoeve van de gemeente Hamme een jaarlijkse algemene heffing op gezinnen geheven voor een termijn eindigend op 31 december 2024.

        Artikel 2: Deze heffing is ten laste van ieder gezin dat op 1 januari van het aanslagjaar is ingeschreven in de bevolkingsbestanden van de gemeente en waarvan geen enkel lid onderworpen is aan de algemene heffing op bedrijven en vrije beroepen.

        Artikel 3: §1. Onder gezin wordt verstaan:

        • hetzij een persoon die gewoonlijk alleen woont;
        • hetzij een vereniging van twee of meer personen die, al dan niet door familiebanden gebonden, gewoonlijk éénzelfde woning of woongelegenheid betrekken en samen leven.

        §2. De heffing wordt gevestigd ten laste van een gezinsverantwoordelijke, d.w.z. namens één van de gezinsleden ouder dan 18 jaar, dat in het gezin eigen belangen en desgevallend die van de medegezinsleden behartigt en zich tegenover derden als dusdanig kenbaar gemaakt heeft, optreedt of gekend is.

        Artikel 4: §1. De belasting is verschuldigd per woning of woongelegenheid, hoe dan ook genaamd, op het grondgebied van de gemeente Hamme gelegen en door het gezin gebruikt of tot gebruik voorbehouden als hoofdverblijf.

        §2. Een woning of woongelegenheid wordt beschouwd als gelegen in de gemeente wanneer zij haar adres heeft in de gemeente of de hoofdingang in de gemeente gelegen is.

        Artikel 5: De belasting wordt bepaald op 40,00 euro per gezin.

        Artikel 6: Het begonnen jaar is volledig verschuldigd, met dien verstande dat alleen de op 1 januari bestaande toestand in aanmerking genomen wordt.

        Artikel 7: Kunnen ontheffing van deze belasting bekomen:

        • De gezinnen die het bewijs leveren dat de gezinsverantwoordelijke op 1 januari van het aanslagjaar geniet van het recht op maatschappelijke integratie op basis van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie.
        • De gezinnen die het bewijs leveren dat de gezinsverantwoordelijke van het gezin op 1 januari van het aanslagjaar geniet van de voorkeurtarieven inzake de verzekering voor geneeskundige verzorging op basis van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, met latere wijzigingen.

        Artikel 8: De heffing wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

        Artikel 9: De heffing is betaalbaar binnen de twee maand na toezending van het aanslagbiljet.

        Artikel 10: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

      • Belasting op de huis-aan-huisverspreiding van niet-geadresseerde drukwerken met handelskarakter - besluit

        REGELGEVING:

        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 betreffende de belasting op de huis-aan-huisverspreiding van niet-geadresseerde drukwerken met handelskarakter.

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        • De huis-aan-huis verspreiding van reclamebladen brengt een enorm volume papier met zich mee, hetgeen de ophaal ervan aanzienlijk verzwaart.
        • De huis-aan-huis verspreiding van reclamebladen werkt ook de vervuiling van de openbare wegen in de hand door rondslingerend papier.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt voor een termijn ingaande op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024 een gemeentebelasting gevestigd op de voor de bestemmelingen kosteloze verspreiding aan huis van niet-geadresseerde drukwerken met handelskarakter.

        Artikel 2: Onder verspreiding aan huis wordt verstaan op het grondgebied van de gemeente (of een deel ervan) achterlaten van drukwerk zonder adressering in de brievenbussen en zonder initiatief van de bestemmeling.

        Onder drukwerk met handelskarakter wordt verstaan elke publicatie die er toe strekt bekendheid te geven aan commerciële activiteiten, handelszaken en merknamen, en die erop gericht is de potentiële klant er toe te bewegen gebruik te maken van de diensten en/of producten van de adverteerder tegen betaling.

        Artikel 3: De belasting is verschuldigd door de fysieke persoon of rechtspersoon die de opdracht gaf aan de drukker om te drukken.

        Wanneer deze persoon geen aangifte heeft gedaan of niet gekend is, wordt de belasting gevestigd lastens de persoon die op het drukwerk als verantwoordelijke uitgever wordt vermeld.

        De drukker en de fysieke persoon of rechtspersoon onder wiens naam, handelsnaam, logo of embleem het drukwerk wordt verspreid zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.

        Artikel 4: De belasting wordt vastgesteld op:

        • 0,0025 EUR per blad per verspreid exemplaar voor alle drukwerken van 1 tot 4 bladen en tot maximum A4-formaat
        • 0,02 EUR per verspreid exemplaar voor alle drukwerken vanaf 5 bladen en tot maximum A4-formaat

        Grotere formaten worden omgerekend naar A4-formaat.

        Artikel 5: Van de belasting is vrijgesteld de verspreiding van drukwerken waarvan de bedrukte oppervlakte voor 50% of meer ingenomen wordt door tekst en/of afbeelding zonder handelskarakter.

        Artikel 6: Van de belasting zijn eveneens vrijgesteld:

        • sportverenigingen zonder winstoogmerk, voor zover ze sociale of culturele doeleinden hebben
        • plaatselijke culturele verenigingen voor zover ze folders uitgeven voor eigen organisaties
        • publiciteit gevoerd door vormingsinstellingen en plaatselijke onderwijsinstellingen

        Artikel 7: De belastingplichtige is gehouden ten minste 24 uren voor de verspreiding van het drukwerk hiervan aangifte te doen aan het gemeentebestuur. Hierbij dient de belastingplichtige een blanco specimen van het te verspreiden drukwerk, een verklaring van het aantal exemplaren en een overzicht van de straten waar de folder zal bedeeld worden, ter beschikking te stellen.

        Voor de periodieke verspreiding mag de aangifte bij voorbaat gedaan worden voor een periode van hoogstens 12 maanden.

        Artikel 8: Bij gebreke van een aangifte of bij onvolledige aangifte kan de belasting ambtshalve gevestigd worden volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep. Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college van burgemeester en schepenen aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure - de elementen waarop de aanslag gebaseerd is evenals de wijze van bepalingen van deze elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen volgend op de datum van de verzending van de betekening om zijn opmerkingen voor te dragen.

        Artikel 9: De bij artikel 8 van dit reglement ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag gelijk aan de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt ingekohierd.

        Artikel 10: De belasting wordt ingevorderd bij wijze van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

        Artikel 11: De kohieren worden door de financieel beheerder ingevorderd.

        Artikel 12: De belasting moet betaald worden binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

        Artikel 13: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

      • Belasting op drijfkracht en vermogen van motoren - besluit

        REGELGEVING:

        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 houdende het belastingreglement op drijfkracht en vermogen van motoren.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: §1. Er wordt voor een periode ingaand op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024 een gemeentebelasting van 9 EUR per eenheid en per breuk van KW gevestigd op de motoren gebruikt voor nijverheids-, landbouw- en handelsdoeleinden, evenals op deze gebruikt door de beoefenaars van vrije beroepen, ongeacht de krachtbron welke deze in beweging brengt, vanaf een globale capaciteit van 18,38 KW.

        §2. De belasting is verschuldigd voor de motoren die de belastingplichtige voor de exploitatie van zijn inrichting of van haar bijgebouwen gebruikt. Dienen als bijgebouw van een inrichting beschouwd te worden: iedere instelling of onderneming, iedere werf van om het even welke aard, die gedurende een ononderbroken tijdvak van minstens drie maanden op het grondgebied van de gemeente gevestigd is.

        §3. Voor de motoren, gebruikt voor een zoals in vorige paragraaf bedoeld en op het grondgebied van een andere gemeente overgebracht bijgebouw, is geen gemeentebelasting verschuldigd voor het tijdvak van het gebruik in de andere gemeente.

        §4. Wanneer, hetzij een inrichting, hetzij een zoals hierboven bedoeld bijgebouw, geregeld en duurzaam een verplaatsbare motor gebruikt voor de verbinding met één of meer bijgebouwen, of met een verkeersweg, is daarvoor de belasting enkel verschuldigd, indien hetzij de inrichting zelf, hetzij het voornaamste bijgebouw in de gemeente gevestigd is.

        Artikel 2: De kracht van de hydraulische toestellen wordt uitgedrukt in KWh. 

        Artikel 3: De belasting wordt niet geheven op:

        1. de (reserve) motor die gans het jaar dat onmiddellijk aan het belastingjaar voorafgaat niet werd gebruikt; deze non-activiteit moet blijken uit desbetreffende, om de drie maanden te hernieuwen, schriftelijke berichten aan het gemeentebestuur, zoals voorzien bij artikel 6 van dit reglement. Wat het eerste jaar van de belastingheffing aangaat, is het bewijs van non-activiteit evenwel met alle mogelijke rechtsmiddelen te leveren;
        2. de motor gebruikt voor het aandrijven van een voertuig dat onder de verkeersbelasting valt of speciaal van deze belasting is vrijgesteld;
        3. de motor van een draagbaar toestel;
        4. de motor die een elektrische generator drijft, voor het gedeelte van zijn vermogen dat overeenstemt met dat benodigd voor het drijven van een generator;
        5. de door de perslucht aangedreven motor;
        6. de motorkracht welke uitsluitend gebruikt wordt voor toestellen tot bemaling;
        7. de motoren van vaartuigen dienende voor het transport van goederen, alsmede deze aan boord van bedoelde vaartuigen gebruikt.

        Artikel 4: Iedere belastingplichtige, houder van in of buiten werking zijnde motoren, waarvan hij al dan niet eigenaar is, moet er aangifte van doen door middel van het formulier dat hem ten huize zal besteld worden door het gemeentebestuur. De belastingplichtige die het formulier niet zou ontvangen hebben moet deze aangifte spontaan doen binnen dezelfde termijn(en). Ook de kracht van de volgens artikel 3 van dit reglement, onbelastbare motoren dient te worden aangegeven.

        Artikel 5: §1. De verdwijning of het definitief buiten gebruik stellen in de loop van het jaar voorafgaand aan het aanslagjaar van een belastbare motor, brengt een belastingvermindering met zich mee. Deze vermindering gaat in vanaf de maand volgend op het bericht, gezonden aan het gemeentebestuur, betreffende de verdwijning of het buiten gebruik stellen.

        §2. Het stilleggen van een ononderbroken tijdvak gelijk aan of groter dan een maand, met uitzondering van de jaarlijks verplichte vakantieperiode, geeft aanleiding tot een belastingvermindering in verhouding tot het aantal maanden dat het toestel gedurende het jaar voorafgaand aan het aanslagjaar ononderbroken buiten werking is geweest. Met een inactiviteit voor een duur van één maand wordt gelijkgesteld de activiteit die beperkt is tot één dag op vier weken of één week werk na vier weken inactiviteit in de bedrijven die met de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening een akkoord hebben aangegaan inzake de activiteitsvermindering om een massaal ontslag van personeel te voorkomen.

        §3. Om deze evenredige vermindering te kunnen genieten moet de belanghebbende aan het gemeentebestuur schriftelijk bericht gegeven hebben van de dag waarop de motor stilligt en na de dag waarop hij terug in werking wordt gesteld. Een ontvangstbewijs zal aan de belanghebbende worden afgeleverd.

        Dit bericht moet om de drie maanden hernieuwd worden. De vermindering van belasting geldt van de maand af volgende op de datum van ontvangst van het bericht van stillegging tot de maand volgend op deze van wederinwerkingstelling.

        De berichtgeving is van substantiële aard en op straffe van verval voorgeschreven.

        §4. Wat het eerste jaar van belastingheffing aangaat, is het bewijs van tijdelijke non-activiteit of van de definitieve buiten gebruikstelling nochtans met alle mogelijke rechtsmiddelen te leveren.

        Indien vastgesteld wordt dat de motor werkt voor het geven van het bericht van wederinwerkingstelling, zal geen vermindering toegestaan worden, hoelang de stillegging ook heeft geduurd.

        Artikel 6: De belasting wordt gevestigd op grond van belastbare motorenkracht tijdens het jaar voorafgaand aan het aanslagjaar. Ze wordt berekend per maand en elk gedeelte ervan wordt voor een volledige maand geteld. Indien een motor evenwel tijdens dezelfde maand belastbaar is in verschillende gemeenten, is de belasting verschuldigd aan de gemeente met het grootste aantal dagen gebruik.

        Is dit aantal gelijk dan wordt de belasting evenredig per halve maand verdeeld.

        Een motor die voor de eerste maal in werking wordt gesteld, is belastbaar vanaf de volgende maand.

        Artikel 7: Bij staking van bedrijfsactiviteiten op het grondgebied van de gemeente in de loop van het belastingjaar om welke reden ook, wordt bij afwijking van bepaalde in voorafgaand artikel, een bijzondere, eventueel bijkomende, aanslag gevestigd, berekend op basis van de motoren tijdens voren bedoeld jaargedeelte of jaar gebruikt en verbonden aan het jaar waarin de staking van de bedrijfsactiviteiten plaats heeft.

        De belastingplichtigen die onder de toepassing van deze bepaling vallen zijn verplicht, uiterlijk acht dagen na de staking van de bedrijfsactiviteiten, hiervan aangifte te doen bij het gemeentebestuur.

        Artikel 8: De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

        Artikel 9: De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

        De kennisgeving van aanslagbiljet aan de belastingplichtige gebeurt onverwijld na de uitvoerbaarverklaring van het kohier.

        Artikel 10: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

      • Belasting op reclamevoertuigen op de openbare weg - besluit

        REGELGEVING:

        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 betreffende het belastingreglement op reclamevoertuigen op de openbare weg.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Tegenstanders: Agnes Onghena, Gilles Verbeke
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 19 stemmen voor, 2 stemmen tegen, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt voor een termijn aanvang nemend op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024 een belasting geheven op het gebruik van de openbare weg of het openbaar domein voor publicitaire doeleinden d.m.v. reclamevoertuigen, lastens de natuurlijke of rechtspersoon die de reclame voert.

        Artikel 2: Onder reclamevoertuigen wordt verstaan: aanhangwagens of voertuigen, al dan niet uitgerust met een motor, dewelke op de openbare weg of het openbaar domein worden geplaatst met het oog op louter publicitaire doeleinden.

        Artikel 3: Worden niet als reclamevoertuig aanzien: de voertuigen die publiciteit voeren die betrekking heeft op de handel of de nijverheid van de vervoerder en bovendien uitsluitend dienen voor het vervoer van koopwaar, de voertuigen die bijkomstig voorzien zijn van publiciteit en niet met uitsluitend publicitaire doeleinden de openbare weg gebruiken.

        Artikel 4: De belasting wordt vastgesteld op € 25 per dag en per voertuig. Breuken van dagen worden als volledige dagen geteld.

        Artikel 5: De belastingplichtige is gehouden ten minste 24 uren voor het plaatsen van het reclamevoertuig aangifte te doen aan het gemeentebestuur.

        Artikel 6: Deze belasting wordt contant geïnd tegen afgifte van een betalingsbewijs. Wanneer de contante inning niet kan worden uitgevoerd wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.

        Artikel 7: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

        Artikel 8: Verwijl- en moratoriumintresten zijn toepasselijk zoals inzake directe rijksbelastingen.

      • Belasting op het verwijderen van onrechtmatige aanplakkingen op gemeentelijke aanplakborden - besluit

        REGELGEVING:

        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 betreffende de gemeentebelasting op het verwijderen van onrechtmatige aanplakkingen op gemeentelijke aanplakborden.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.

        OVERWEGINGEN:

        • Er worden regelmatig inbreuken vastgesteld op dit reglement.
        • De gemeentelijke overheid heeft de taak de openbare reinheid op het grondgebied maximaal te verzekeren.
        • Het verwijderen van onrechtmatige aanplakkingen op de gemeentelijke aanplakborden voor de gemeentelijke overheid betekent jaarlijks een aanzienlijke uitgave.
        • Een gemeentelijk belastingreglement kan een middel zijn om, ten eerste, de kosten voor het verwijderen van onrechtmatige aanplakkingen, en, ten tweede, het probleem van het onrechtmatig aanplakken te verhelpen.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt voor de periode ingaand op 1 januari 2024 tot 31 december 2024 een gemeentebelasting geheven op het verwijderen van onrechtmatige aanplakkingen  door de diensten van het gemeentebestuur, van allerhande aanplakkingen op de gemeentelijke aanplakborden.

        Artikel 2: De belasting is verschuldigd door diegene die onrechtmatig heeft aangeplakt.

        Artikel 3: De belasting wordt vastgesteld op 123,95 euro voor het verwijderen van affiches per gemeentelijk aanplakbord.

        Artikel 4: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.

        Artikel 5: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

        Artikel 6: De regels betreffende de invordering, de verwijl- en moratoire intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek en de verjaring inzake rijksbelasting op de inkomsten zijn toepasselijk op deze gemeentebelasting.

      • Belasting op het bewaren van dieren - besluit

        REGELGEVING:

        • De wet op de dierenbescherming van 14 augustus 1986 in het bijzonder arikel9 §2 in fine.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022, betreffende het belastingreglement op het bewaren van dieren.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        • Het is wenselijk de kosten voor de bewaring van loslopende dieren van de eigenaars van deze dieren terug te vorderen.
        • Artikel 9 §2 van de wet op de dierenbescherming voorziet de mogelijkheid van dergelijke terugvordering.
        • In het kader van de Politiezone Hamme-Waasmunster, is het wenselijk, in beide gemeenten een zelfde tarifering toe te passen voor gelijkaardige prestaties.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt voor een termijn ingaand op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024 een gemeentebelasting geheven op het bewaren van dieren.

        Artikel 2: De belasting is verschuldigd door de eigenaar van het dier.

        Artikel 3: Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld als volgt: een forfaitair bedrag van 90 euro per bewaard dier verhoogd met 8,70 euro verblijfskost per dag met een minimum van 14 dagen.

        Artikel 4: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.

        Artikel 5: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

        Artikel 6: Tegen de beslissing van het college van burgemeester en schepenen kan beroep worden ingesteld bij de rechtbank van eerste aanleg te Gent door middel van een verzoekschrift op tegenspraak, waarvan sprake is in de artikelen 1034 bis tot 1034 sexies van het Gerechtelijk Wetboek. Het beroep moet, op straffe van verval, worden ingesteld binnen drie maanden vanaf de kennisgeving van de beslissing aan de bezwaarindiener of zijn vertegenwoordiger.

        Artikel 7: Verwijl- en moratoriumintresten zijn toepasselijk zoals inzake directe rijksbelastingen.

      • Belasting op tweede verblijven - besluit

        REGELGEVING:

        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 betreffende de gemeentebelasting op tweede verblijven.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.
        • De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke
        Resultaat: Met 19 stemmen voor, 4 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt voor een termijn ingaand op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024 een gemeentebelasting geheven op tweede verblijven, gelegen op het grondgebied van de gemeente Hamme, ongeacht het feit of ze al dan niet ingeschreven zijn in de kadastrale legger.

        Artikel 2:

        1. Als tweede verblijf wordt beschouwd: elke constructie met woon- of verblijfgelegenheid – hoe primitief ook -  en waarvoor op het adres van het tweede verblijf niemand is ingeschreven in de bevolkingsregisters voor het hoofdverblijf.

        2. Worden niet beschouwd als tweede verblijf:

        1. het lokaal uitsluitend bestemd voor het uitoefenen van een beroepsactiviteit;
        2. de tenten, verplaatsbare caravans en woonaanhangwagens, tenzij zij minstens zes maanden opgesteld blijven om als woongelegenheid te kunnen dienen;
        3. de leegstaande woongelegenheid waarvan het bewijs wordt voorgelegd dat zij gedurende het aan het belastingjaar voorafgaand kalenderjaar niet als tweede verblijf werd aangewend.

        Artikel 3: De belasting is verschuldigd door diegene die op 1 januari van het aanslagjaar eigenaar of vruchtgebruiker is van het tweede verblijf, de hoedanigheid van tweede verblijf wordt op diezelfde datum beoordeeld.

        Artikel 4: Het jaarlijks bedrag van de belasting wordt vastgesteld als volgt:

        • De belasting wordt vastgesteld op 500 euro voor een tweede verblijf gelegen in een zone met bestemming “woongebied in de ruime zin”.
        • De belasting wordt vastgesteld op 180 euro voor een tweede verblijf gelegen in een zone met bestemming “natuur- of bosgebied”.
        • De belasting wordt vastgesteld op 125 euro voor een tweede verblijf gelegen in een zone met bestemming “recreatiegebied” of met bestemming “agrarisch gebied in de ruime zin”.

        Artikel 5: De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier.

        Artikel 6: Het belastingkohier wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen.

        Artikel 7: De belasting is eisbaar na ontvangst, door de financieel beheerder, van het uitvoerbaar kohier. Zij is betaalbaar binnen de twee maand volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet.

        Artikel 8: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.   

      • Belasting op sommige tussenkomsten van de lokale politie - besluit

        REGELGEVING:

        • Koninklijk besluit van 28 mei 1991 en het ministerieel besluit van 08 oktober 1993.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 betreffende het belastingreglement op sommige tussenkomsten van de lokale politie.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        • Het weghalen, bewaren en stallen van autovoertuigen en het nodeloos alarmeren van de politie veroorzaakt heel wat bijkomende kosten voor het gemeentebestuur.
        • Een gemeentelijk belastingreglement kan helpen het beroep op het gemeentebestuur en meer in het bijzonder op de politie voor bovengenoemde prestaties tot een minimum te herleiden.
        • Het is wenselijk in het kader van de Politiezone Hamme-Waasmunster in beide gemeenten een zelfde tarifering toe te passen voor gelijkaardige prestaties.
        • Uit de praktijk blijkt dat het billijk is om het nodeloos alarmeren van de politie pas vanaf de derde nodeloze oproep aan te rekenen.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt voor een termijn ingaand op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024 een gemeentebelasting geheven op sommige tussenkomsten van de  lokale politie.

        Artikel 2: De belasting is verschuldigd door degenen die de interventie noodzakelijk maken. Degene die hen opdracht of toelating gaf en de eigenaar, voor zover aangenomen en bewezen kan worden dat de eigenaar effectief schuldig of medeplichtig is, zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.

        Artikel 3: Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld als volgt:

        §1. Het weghalen van autovoertuigen: terugvorderen van de door de gemeente betaalde takelkosten. Het gemeentebestuur zal de door haar te betalen factuur van de takelkosten ter staving van de aanslag voorleggen aan de belastingplichtige.

        §2. Het bewaren en stallen van autovoertuigen: 6,25 euro/dag. Elke begonnen dag wordt als een volledige dag geteld.

        §3. Nodeloos alarmeren van de politie zoals bepaald in het K.B. van 28 mei 1991 en het M.B. van 08 oktober 1993: 150 euro per oproep vanaf het derde nodeloos alarm.

        §4. Vervoer van dronken personen of van personen die zich in soortgelijke toestand bevinden ten gevolge van het gebruik van verdovende of hallucinatieverwekkende middelen naar huis, naar een verpleeginstelling of naar een politiekantoor: 150,00 euro.

        §5. Vervoer van bestuurlijk aangehouden personen naar een politiekantoor of naar een andere eindbestemming die naargelang het geval meer aangewezen zou kunnen zijn (thuis, verpleeginstelling, bij de meerderjarige die het ouderlijk gezag of feitelijk toezicht uitoefent, enz.): 150,00 euro.

        Artikel 4: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.

        Artikel 5: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

        Artikel 6: Verwijl- en moratoriumintresten zijn toepasselijk zoals inzake directe rijksbelastingen.

      • Belasting op ambtshalve door de gemeente of door derden in opdracht van de gemeente uitgevoerde werken - besluit

        REGELGEVING:

        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 betreffende de belasting op ambtshalve door de gemeente of door derden in opdracht van de gemeente uitgevoerde werken.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        • Het is billijk om de kosten gemaakt door de gemeente of door derden in opdracht van de gemeente, voor derden uitgevoerde werken terug te vorderen.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt voor een periode ingaand op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024 een kohierbelasting geheven om de kosten op ambtshalve door de gemeente of door derden in opdracht van de gemeente, voor derden uitgevoerde werken, terug te vorderen.

        Artikel 2: De belasting is verschuldigd door de perso(o)n(en): natuurlijke of rechtspersonen die – na ingebrekestelling – nalaten te voldoen aan de hen opgelegde verplichtingen opgenomen in een wet, decreet, reglementaire bepaling of zelfs gemeentelijke vergunning of gemeentelijke verordening. Een ingebrekestelling is niet vereist indien er sprake is van onmiddellijk gevaar. In geval twee of meer natuurlijke of rechtspersonen nalatig zijn, zijn zij hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.

        Artikel 3: De belasting wordt vastgesteld als volgt:

        1. Voor de inzet van gemeentepersoneel:

        • titularis schaal D/E: € 17,53 per uur
        • titularis schaal C/D: € 19,88 per uur
        • titularis schaal B: € 27,17 per uur
        • titularis schaal A: € 34,81 per uur
        • Ieder begonnen uur telt voor een volledig uur

        2. Ingezet materieel/prestaties:

        a. Voertuigen (vergoeding per begonnen uur):

        • Personenauto: € 6,00
        • Bestelwagen (tot 0,75 ton): € 12,00
        • Lichte vrachtwagen (0,75 tot 3,5 ton): € 19,00
        • Vrachtwagen (meer dan 3,5 ton): € 37,00
        • Veegmachine: € 35,00
        • Kleine tractor + aanhangwagen: € 37,00
        • Grote tractor + aanhangwagen: € 50,00
        • Minigraafmachine: € 25,00
        • Grote graafmachine: € 35,00

        b. Gereedschappen (vergoeding per begonnen uur):

        • Eigen gereedschap: € 10,00 per ingezette machine werkend op een elektrische of ontploffingsmotor
        • Ontstoppingsmachine: € 50,00
        • Stroomgenerator: € 25,00
        • Compressor met breekhamer van 10 kg: € 25,00
        • Kleine landbouwmachines: € 20,00
        • Gehuurd materieel: indien het bestuur beroep dient te doen op het huren van materieel om de werken uit te voeren, dan wordt de kostprijs van deze huur doorgerekend aan de belasting plichtige(n). De kostprijs wordt bepaald aan de hand van de factuur voor huur van het materieel.

        c. Tijdelijke verkeerssignalisatie:

        Per bord/baken/hek (inclusief steunen en voeten):

        • Periodes van minder dan 7 dagen: € 1,00 per stuk per dag
        • Periodes langer dan 1 week: € 15,00 per begonnen week

        3. Verwerkte materialen:

        Worden aan kostprijs doorgerekend aan de belastingplichtige(n). De kostprijs wordt bepaald aan de hand van een recente factuur van aankoop van het materiaal door ons bestuur.

        4. Inzet van derden bij de uitvoering van de gevraagde prestatie(s):

        Worden aan kostprijs doorgerekend aan de belastingplichtige(n). De uiteindelijke kostprijs van de prestatie(s) wordt bepaald aan de hand van de factuur die ons bestuur ontvangt van de derde-ondernemer.

        Artikel 4: De kohieren inzake gemeentebelastingen worden vastgesteld en uitvoerbaar verklaard ten laatste op 30 juni van het jaar dat volgt op het aanslagjaar, door het college van burgemeester en schepenen van de gemeente.

        Artikel 5: De belasting is betaalbaar binnen de twee maanden na verzending van het aanslagbiljet.

        Artikel 6: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

      • Belasting op de foorinrichtingen opgericht op privaat terrein - besluit

        REGELGEVING:

        • Het gemeenteraadsbesluit dd. 14 december 2022, houdende het taksreglement op de foorinrichtingen opgericht op privaat terrein.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Voor een termijn ingaand op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024 wordt een belasting geheven op de foorinrichtingen opgericht op privaat terrein. De belasting is verschuldigd door de uitbater van de inrichting.

        Artikel 2: Deze belasting zal berekend worden in evenredigheid tot de oppervlakte van de inrichting aan 0,50 EUR /m².

        Artikel 3: De foorkramer zal minstens acht dagen voordat hij de uitbating van zijn inrichting begint, aan het college van burgemeester en schepenen, een verklaring sturen waarin hij het opstellen van zijn inrichting laat kennen, alsook de aard en de oppervlakte hiervan, alsmede de duur van de opstelling.

        Artikel 4: Het opmeten van de beslagen oppervlakte gebeurt door de zorgen van het gemeentebestuur.

        Artikel 5: De belasting is éénmalig verschuldigd voor de duur van de bezetting.

        Artikel 6: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.

        Artikel 7: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

      • Belasting op de tijdelijke privatisering van het openbaar domein bij het uitvoeren van bouwwerken, onderhouds- en instandhoudingswerken en andere werken die het innemen van het openbaar domein vereisen - besluit

        REGELGEVING:

        • Gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 betreffende de belasting op tijdelijke privatisering van het openbaar domein bij het uitvoeren van bouw- en/of afbraakwerken.
        • Decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.

        OVERWEGINGEN:

        • Het gebruik van het openbaar domein bij bouw- en/of afbraakwerken vormt hinder voor het verkeer .
        • Het is daarom aangewezen een belasting op de tijdelijke privatisering van het openbaar domein bij het uitvoeren van bouw- en/of afbraakwerken te behouden.
        • Bij de praktische toepassing van dergelijke belasting bij andere gemeentebesturen is gebleken dat er vaak discussie bestaat over de juiste periode van de inname van het openbaar domein. Echter, dit valt moeilijk te controleren zodat beter wordt geopteerd voor een tarief per 15 kalenderdagen.
        • Gelet op de digitalisering van de aanvraag.
        • Gelet op de financiële toestand van de gemeente.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt voor het aanslagjaar 2024 een gemeentebelasting gevestigd op de tijdelijke privatisering van het openbaar domein bij het uitvoeren van bouw–, verbouw- en /of afbraakwerken.

        Artikel 2: De belasting is verschuldigd voor:

         1° het plaatsen van materiaal, materieel en voertuigen, die nodig zijn voor de uitvoering van de geplande werken. De oppervlakte die in aanmerking wordt genomen, is diegene van de rechthoek die rond het voorwerp of de groep voorwerpen, die de openbare weg innemen, kan getrokken worden.

         2° het afsluiten of laten afsluiten van een deel van het openbaar domein.

        Artikel 3: §1. De belasting is verschuldigd door de aanvrager van de machtiging tot inneming van het openbaar domein.

        §2. De aannemer van de werken, de eigenaar, de huurder, de bewoner, de bouwheer, de architect of alle andere personen die bij de privatisering betrokken partij zijn, zijn hoofdelijk gehouden tot het betalen van de belasting.

        Artikel 4: De belasting wordt vastgesteld als volgt:

        • voor de eerste 15 kalenderdagen: vrijstelling;
        • van de 16e tot de 45e kalenderdag: 3,00 euro/m²;
        • vanaf de 46e kalenderdag: 6,00 euro/m² per periode van 15 kalenderdagen.

        Delen van een m² worden als een volledige m² beschouwd;

        De belasting is ondeelbaar en steeds voor een ganse periode van 15 kalenderdagen verschuldigd.

        Artikel 5: Van de belasting zijn vrijgesteld de tijdelijke privatiseringen in opdracht van instellingen die ingevolge bijzondere wetten vrijgesteld zijn van alle gemeentelijke belastingen.

        Artikel 6: §1. De aanvraag tot inname van het openbaar domein dient online ingediend te worden via het e-loket binnen de hierna vermelde termijnen:

        • Innames met geen of beperkte impact op het verkeersverloop: minimum 3 werkdagen voorafgaand aan de inname van de openbare ruimte.

        In bovenstaande gevallen is enkel een beslissing van de gemachtigd ambtenaar nodig.

        • Elke andere inname: minimum 20 werkdagen voorafgaand aan de inname van de openbare ruimte.

        In deze laatste gevallen is een beslissing van het college van burgemeester en schepenen nodig.

        § 2. Naar aanleiding van deze aangifte wordt aan de belastingplichtige een vergunning afgeleverd voor de privatisering van het openbaar domein. Deze vergunning dient verplicht geafficheerd te worden op de plaats waar de inname van het openbaar domein gebeurt.

        § 3. Deze aangifte geldt tevens als fiscale aangifte.

        Artikel 7: Bij innames zonder vergunning vervalt de vrijstelling van de eerste 15 kalenderdagen en wordt deze vrijstelling vervangen door een belasting van 9,00 euro per m².

        Artikel 8: Vooraleer de vergunning wordt afgeleverd is de belastingplichtige verplicht een bedrag gelijk aan de vermoedelijke belasting in bewaring te geven tegen afgifte van een ontvangstbewijs. Het in bewaring gegeven bedrag zal van ambtswege als een verworven contantbelasting worden geboekt en ten opzichte van de belastingplichtige met een kwitantie worden bevestigd nadat de inname is beëindigd. Betaalde bedragen zijn niet terugvorderbaar.

        Artikel 9: Wanneer de contante inning niet kan worden uitgevoerd, wordt de belasting ingekohierd en is ze eisbaar overeenkomstig het decreet van 30 mei 2008, en latere wijzigingen, betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelastingen.

        Artikel 10: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

      • Belasting op het openen van straten, verbreden, verlengen of rechttrekken van straten - besluit

        REGELGEVING:

        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 houdende de gemeentebelasting op het openen, verbreden, verlengen of rechttrekken van straten.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt voor een termijn ingaand op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024, een belasting geheven overeenkomstig de beschikkingen van de onderhavige verordening op het openen, verbreden, verlengen of rechttrekken van straten.

        Artikel 2: Deze belasting is verschuldigd door alle eigenaars of gelijkgestelde wier onroerende goederen palen aan verkeerswegen welke tijdens de heffingstermijn van deze verordening en op kosten van de gemeente zullen geopend, verbreed, verlengd of rechtgetrokken worden.

        Artikel 3: §1. De belasting bezwaart de eigendom. Zij is verschuldigd door de bezitter, zoals inzake onroerende voorheffing.

        Zij is voor het ganse jaar verschuldigd door de persoon die op 1 januari van het belastingjaar eigenaar is van het aangeslagen goed.

        §2. Wat het eerste belastingjaar aangaat zal de taks nochtans verschuldigd zijn door de bezitter van het betrokken onroerend goed op het ogenblik van de volledige verwerving der nodige gronden of van de voltooiing der werken. Deze voltooiing wordt bepaald door het proces – verbaal en vastgesteld bij besluit van het college van burgemeester en schepenen.

        §3. Het eerste dienstjaar van de belasting stemt overeen met het kalenderjaar, tijdens hetwelk het werk zal voltooid zijn (in voorkomend geval voorlopige aanvaarding) of de grondverwervingen volledig doorgevoerd.

        §4. Wanneer het werk echter slechts voltooid wordt (voorlopige aanvaarding) of de grondverwervingen volledig doorgevoerd worden tijdens het laatste kwartaal van een kalenderjaar, zal het eerste dienstjaar van de belasting overeenstemmen met het eerste daaropvolgend kalenderjaar.

        §5. In geval van eigendomsoverdracht is de nieuwe eigenaar de taks verschuldigd, te rekenen van 1 januari die volgt op de datum van de akte die hem de eigendom toekent.

        §6. Ingeval de eigendom nochtans belast is met recht van erfpacht of opstal, zal de belasting eisbaar zijn van de bezitter, ten titel van erfpacht of opstal.

        Artikel 4: De opbrengst van de belasting zal in principe gelijk zijn aan de intrest en de aflossing van het gebruikte kapitaal.

        Aflossingstermijn en intrestvoet zijn in principe dezelfde als voor de lening door de gemeente aangegaan tot financiering van de grondverwervingen en (of) de werken.

        Ingeval de gemeente de uitgaven met eigen middelen financiert zal het verschuldigde kapitaal met tien jaarlijkse afkortingen worden afbetaald.

        In dit geval zal de intrest aan marktwaarde worden aangerekend voor de leningen met terugbetalingstermijn van 10 jaar.

        De schuldenaar van de belasting kan zich nochtans ontmaken van de betaling van jaarlijkse belasting:

        1. Hetzij door zijn globaal aandeel ineens te vereffenen.
          In dit geval dient hij daartoe een schriftelijk ter post aangetekende aanvraag te richten tot het gemeentebestuur binnen de maand volgend op het hem tegen ontvangstbewijs afgeleverd bericht waarbij hem het beëindigen van de grondverwervingen en/of de werken, alsmede het door hem verschuldigd aandeel wordt bekend gemaakt.
        2. Hetzij na één of meerdere jaarlijkse afkortingen betaald te hebben het saldo van de overblijvende belastingschuld ineens af te betalen.
          In dit geval moet hij daartoe een schriftelijk ter post aangetekende aanvraag richten tot het gemeentebestuur vóór 1 januari van het dienstjaar, waarin hij de betaling van de jaarlijkse afkortingen zou willen staken.

        Belastingbedragen van 50 EUR in min moeten steeds in éénmaal worden afbetaald.

        Artikel 5: De globale waarde van de aangeworven percelen grond voor het openen, verbreden, verlengen of rechttrekken van straten door de gemeente, of voor haar rekening uitgevoerd, zal aan de gemeente terugbetaald worden door de aanpalende eigenaars door middel van een belasting, genaamd ‘openingstaks’.

        Artikel 6: De eenheid van deze belasting zal vastgesteld worden door de globale prijs van de verworven percelen grond, afgezien van de waarde van de gebouwen, die er zich gebeurlijk op bevonden, te delen door de totale lengte van de boordeigendommen aan weerszijden van de weg op de rooilijn.

        De belasting, door de aanpalende eigenaars verschuldigd, wordt verrekend pro-rata van het aantal strekkende meter eigendom op de rooilijn gemeten.

        Nochtans, zo de weg gemeen is met een andere gemeente, zal de deling geschieden door de totale lengte der eigendommen, uitsluitend aan de zijde van Hamme.

        De belasting mag niet meer dan 6 m² per strekkende meter van het goed aan de rooilijn treffen.

        Artikel 7: De belasting wordt uitgesteld:

        1. Wanneer de huidige belastingplichtige vrijgesteld is ingevolge de wetten en besluiten.
        2. Voor de terreinen waarop het niet mogelijk is, of ingevolge overheidsbeslissing, niet toegelaten is te bouwen.

          Het bouwverbod moet een algemeen en absoluut karakter hebben.
          Het uitstel wordt niet toegepast of wordt opgeheven:
        1. zo er gelijk welk bouwwerk, al ware het slechts een afsluitingsmuur, opgericht wordt.
        2. zo de toestand, die aanleiding heeft gegeven tot het uitstel, gewijzigd wordt en zo de voorschriften van onderhavig taksreglement er op toepasselijk worden.

              3. de niet-bebouwde eigendommen in de landelijke zone.

        Bij de voorziene opheffing van uitstel, beginnen de afbetalingen te lopen van 1 januari af van het jaar, volgend op de opheffing. De verjaring mag niet ingeroepen worden.                             

        Artikel 8: Voor de eigendommen, gelegen op de hoeken van straten en pleinen wordt de belastbare lengte enkel gerekend langs de grootste zijde, vermeerderd met de lengte van de afgeronde of afgeknotte hoek.

        Indien de grondverwervingen of de werken, vermeld onder artikel 1 van dit reglement alleen uitgevoerd worden langs de kleinst ontwikkelde kant, dan zal de aanslag hierop gevestigd worden.

        Worden de werken uitgevoerd langs de grootst ontwikkelde kant, nadat zij uitgevoerd werden langs de kleinste, dan zal de belastbare lengte, alvorens tot de grondslag te dienen voor de aanslag, eerst verminderd worden met het aantal strekkende meter eigendom aan de kleinste kant.

        In geen geval zal de ontlasting meer dan 30 lopende meter mogen bedragen.

        Artikel 9: De eigendommen, welke op twee straten uitgeven, zonder nochtans een hoek te vormen, zijn belastbaar voor de twee zijden.

        Artikel 10: De bepalingen van het vroeger van kracht zijnde belastingreglement, toegepast bij het vaststellen van het eerste kohier op vroeger uitgevoerde werken, blijven op deze werken van toepassing.

        Artikel 11: De belasting wordt ingevorderd bij middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

        Artikel 12: De belasting is betaalbaar binnen de twee maanden na verzending van het aanslagbiljet. De kennisgeving van het aanslagbiljet aan de belastingplichtige gebeurt onverwijld na de uitvoerbaarverklaring van het kohier.

        Artikel 13: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

        Artikel 14: De regels betreffende de invordering, de verwijlintresten en moratoire intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek en de verjaring inzake rijksbelasting op de inkomsten zijn toepasselijk op deze gemeentebelastingen.

      • Belasting op het overwelven van grachten - besluit

        REGELGEVING:

        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 betreffende de belasting op het overwelven van grachten langs percelen langs gemeentelijke openbare wegen.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: §1. Vanaf 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024 wordt een belasting geheven op het overwelven van grachten langs percelen langs de gemeentelijke openbare wegen.              

        §2. Deze belasting wordt vastgesteld op 125 EUR per strekkende meter.

        Zij is verschuldigd door de aanvrager.

        Artikel 2: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.

        Artikel 3: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

        Artikel 4: De regels betreffende de invordering, de verwijlintresten en moratoire intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek en de verjaring inzake rijksbelasting op de inkomsten zijn toepasselijk op deze gemeentebelasting.

      • Belasting op het weghalen en verwijderen van afvalstoffen, gestort of achtergelaten op niet-reglementaire plaatsen of tijdstippen of in niet-reglementaire recipiënten - besluit

        REGELGEVING:

        • De Grondwet, inzonderheid artikel 170, §4 met betrekking tot de financiën
        • Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
        • Wetboek van de Inkomstenbelastingen.
        • Het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, inzonderheid op artikel 15.
        • Het besluit van de Vlaamse regering van 5 december 2003 tot vaststelling van het Vlaams reglement inzake afvalvoorkoming en –beheer (VLAREA).
        • Het besluit van de Vlaamse Regering van 7 januari 2008 tot vaststelling van het Uitvoeringsplan Milieuverantwoord beheer van Huishoudelijke Afvalstoffen  en van 28 januari 2000 tot vaststelling van het Uitvoeringsplan Gescheiden Inzameling Bedrijfsafval van Kleine Ondernemingen.
        • Het gemeentelijke belastingreglement van 14 december 2022, houdende vestiging van een belasting op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de gemeente.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.
        • Politieverordening betreffende de inzameling en het beheer van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare afvalstoffen, zoals goedgekeurd in de gemeenteraad van 19 februari 2020.

        OVERWEGINGEN:

        • De gemeente wordt regelmatig met sluikstorten geconfronteerd.
        • Het opsporen van de sluikstorter vergt supplementaire inspanningen.
        • Het vorderen van een redelijke vergoeding van de overtreder, voor de door de gemeente geleverde diensten, dient als een maatregel van goed bestuur beschouwd te worden.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: § 1. De belasting op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de gemeente is een kohierbelasting ten laste van de in artikel 2 van dit reglement vermelde personen.

        § 2. Met ingang van 1 januari 2024 en voor een termijn eindigend op 31 december 2024 wordt een belasting gevestigd op het ambtshalve opruimen van sluikstorten door of in opdracht van de gemeente.

        Artikel 2: De belasting is verschuldigd door iedere persoon die afvalstoffen achterlaat, opslaat of stort op openbare en private wegen, plaatsen en terreinen op een wijze die niet overeenstemt met het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, de gemeentelijke politieverordening betreffende het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen en het gebruik van het containerpark en andere wettelijke bepalingen.

        Artikel 3: § 1. Bij het ambtshalve opruimen van sluikstorten door de gemeente wordt het bedrag van deze belasting als volgt vastgesteld:

        1.Voor de inzet van gemeentepersoneel:

        • Titularis schaal D/E: 17,53 € per uur
        • Titularis schaal C/D: 19,88 € per uur
        • Titularis schaal B: 27,17 € per uur
        • Titularis schaal A: 34,81 € per uur
        • Ieder begonnen uur telt voor een volledig uur

        2.Ingezet materieel/prestaties:

        a. Voertuigen (vergoeding per begonnen uur):

        • Personenauto: 6,00 €
        • Bestelwagen (tot 0,75 ton): 12,00 €
        • Lichte vrachtwagen (0,75 tot 3,5 ton): 19,00 €
        • Vrachtwagen (meer dan 3,5 ton): 37,00 €
        • Veegmachine: 35,00 €
        • Kleine tractor + aanhangwagen: 37,00 €
        • Grote tractor + aanhangwagen: 50,00 €
        • Minigraafmachine: 25,00 €
        • Grote graafmachine: 35,00 €

        b. Gereedschappen (vergoeding per begonnen uur):

        • Eigen gereedschap: 10,00 € per ingezette machine werkend op een elektrische of ontploffingsmotor
        • Ontstoppingsmachine: 50,00 €
        • Stroomgenerator: 25,00 €
        • Compressor met breekhamer van 10 kg: 25,00 €
        • Kleine landbouwmachines: 20,00 €
        • Gehuurd materieel: indien het bestuur beroep dient te doen op het huren van materieel om de werken uit te voeren, dan wordt de kostprijs van deze huur doorgerekend aan de belasting plichtige(n). De kostprijs wordt bepaald aan de hand van de factuur voor huur van het materieel.

        c. Tijdelijke verkeerssignalisatie:

        Per bord/baken/hek (inclusief steunen en voeten):

        • Periodes van minder dan 7 dagen: 1,00 € per stuk per dag
        • Periodes langer dan 1 week: 15,00 € per begonnen week

        3.Verwerkte materialen:

        Worden aan kostprijs doorgerekend aan de belastingplichtige(n). De kostprijs wordt bepaald aan de hand van een recente factuur van aankoop van het materiaal door ons bestuur.

        4. 0,70 EURO per kilometer transport van de afvalstoffen;

        5. 0,20 EURO per kg opgeruimde afvalstoffen;

        De voormelde bedragen zijn verschuldigd per aangevangen uur en/of ingezamelde kg en/of begonnen km.

        § 2. In ieder geval wordt een administratieve kost aangerekend van 40,00 EURO.

        § 3. Bij het ambtshalve opruimen van sluikstorten door derden in opdracht van de gemeente wordt het factuurbedrag van deze derde, vermeerderd met een administratieve kost van 40 EURO, doorgerekend aan de in artikel 2 van dit reglement vermelde belastingplichtige.

        Artikel 4: De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

        Artikel 5: De in artikel 2 van dit reglement vermelde belastingplichtige beschikt voor de betaling van de belasting over een termijn van twee maanden vanaf de verzending van het aanslagbiljet.

        Artikel 6: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

        Artikel 7: Ter kennis zal eveneens een afschrift worden toegezonden aan de OVAM.

      • Belasting op de vergunningsaanvragen en meldingen bedoeld in artikel 5 van het decreet van 25/4/2014 betreffende de omgevingsvergunning – besluit

        REGELGEVING:

        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000, gewijzigd bij besluit van 30 maart 2001, 8 maart 2002 en 5 juni 2009.
        • Het besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, die de stedenbouwkundige vergunning, de verkavelingsvergunning en de milieuvergunning integreert.
        • Het besluit van de Vlaamse regering van 20 januari 2017 houdende de mogelijkheid voor gemeentebesturen om de opstart van de omgevingsvergunning uit te stellen tot uiterlijk 1 juni 2017.
        • Decreet houdende de nadere regels tot implementatie van de omgevingsvergunning van 2 juni 2017. 
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 betreffende de belasting op de vergunningsaanvragen en meldingen bedoeld in artikel 5 van het decreet van 25/4/2014 betreffende de omgevingsvergunning.

        OVERWEGINGEN:

        • Het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning trad in werking vanaf 1 januari 2018 ten gevolge van het decreet van 2 juni 2017: vanaf deze datum worden stedenbouwkundige handelingen, verkavelingen en de exploitatie van ingedeelde inrichtingen en activiteiten onderworpen aan één procedure, ingesteld door het decreet betreffende de omgevingsvergunning.
        • De bestaande reglementen aangaande deze materie werden daartoe samengevoegd tot één reglement, zijnde het reglement 'belasting op de vergunningsaanvragen en meldingen bedoeld in artikel 5 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning'.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Voor een termijn ingaand op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024 wordt een gemeentebelasting geheven op de aanvraag van omgevingsvergunningen.

        Artikel 2: Indien de omgevingsvergunning aangevraagd wordt voor het verkavelen van gronden, is de belasting verschuldigd door de eigenaar van de te verkavelen gronden. Indien de omgevingsvergunning aangevraagd wordt voor het exploiteren of veranderen van een ingedeelde inrichting of activiteit, is de belasting verschuldigd door de exploitant van de ingedeelde inrichting of activiteit. Indien de omgevingsvergunning aangevraagd wordt voor stedenbouwkundige handelingen, is de belasting verschuldigd door de bouwheer.

        Artikel 3: De belasting bedraagt:

        • 12,50 euro voor stedenbouwkundige werken van geringe omvang (kleiner dan 100 m³), niet inbegrepen de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit die daaraan verbonden kan zijn.
        • 12,50 euro voor meldingsplichtige stedenbouwkundige handelingen.
        • 62,00 euro voor aanvraag stedenbouwkundig attest.
        • 62 euro voor een eengezinswoning, niet inbegrepen de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit die daaraan verbonden kan zijn.
        • 62,00 euro per woongelegenheid voor de aanvragen tot het bouwen, verbouwen of herbouwen van meergezinswoningen.
        • 125 euro voor de aanvragen tot het bouwen, verbouwen of herbouwen van gebouwen, installaties, infrastructuren met commerciële, socio-culturele, pedagogische e.a. functies, zoals industriële bedrijven, ambachtelijke bedrijven, ateliers en werkplaatsen, winkels, warenhuizen, horeca, kantoren, ziekenhuizen, rustoorden, sportcomplexen, logement-huizen enz., niet inbegrepen de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit die daaraan verbonden kan zijn.
        • 50,00 euro per lot van een aangevraagde verkaveling.
        • 25,00 euro per lot voor de wijziging van een verkaveling.
        • 50 euro voor de meldingen van ingedeelde inrichtingen of activiteiten van klasse 3.
        • 25 euro voor de vereenvoudigde meldingen van ingedeelde inrichtingen of activiteiten van klasse 3 (ingedeelde inrichtingen of activiteiten bij een woning en onlosmakelijk verbonden aan de woonfunctie).
        • 250 euro voor de exploitatie of verandering van een ingedeelde inrichting of activiteit van klasse 2 en voor de mededeling van omzetting van een milieuvergunning klasse 2 naar een omgevingsvergunning voor onbeperkte termijn indien dit niet kan via de korte procedure.
        • 500 euro voor de exploitatie of verandering van een ingedeelde inrichting of activiteit van klasse 1 zonder MER- of VR-verplichting en voor de mededeling van omzetting van een milieuvergunning klasse 1 naar een omgevingsvergunning voor onbeperkte termijn indien dit niet kan via de korte procedure.
        • 1000 euro voor de exploitatie of verandering van een ingedeelde inrichting of activiteit van klasse 1 met MER- of VR-verplichting.
        • 250 euro voor de verandering van een ingedeelde inrichting of activiteit klasse 3 die daardoor een ingedeelde inrichting of activiteit klasse 2 wordt.
        • 75 euro voor de mededeling van kleine verandering van een ingedeelde inrichting of activiteit van klasse 2.
        • 100 euro voor de mededeling, via de korte procedure, van omzetting van een milieuvergunning naar een omgevingsvergunning voor onbeperkte termijn.
        • 500 euro voor het wijzigen van de milieuvoorwaarden van een ingedeelde inrichting of activiteit klasse 1.
        • 250 euro voor het wijzigen van de milieuvoorwaarden van een ingedeelde inrichting of activiteit klasse 2.
        • 50 euro voor een melding van de overdracht van de vergunning voor een ingedeelde inrichting of activiteit.
        • 75 euro voor een tijdelijke ingedeelde inrichting of activiteit of een eenmalige activiteit.


        Artikel 4: Het belastingbedrag zal verhoogd worden met:

        • De publicatiekosten voor het openbaar onderzoek zoals dit blijkt uit de facturen van de desbetreffende krantengroepen.
        • De kosten van aangetekende zendingen met betrekking tot de organisatie van het openbaar onderzoek.
        • De kosten van de aangetekende zendingen betreffende het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek indien de aanvraag niet digitaal ingediend werd.
        • De kosten van de aangetekende zendingen betreffende het meedelen van de beslissing indien de aanvraag niet digitaal ingediend werd.


        Artikel 5: Vrijstelling van belasting wordt verleend aan:

        • de staat, het gewest, de provincies en de gemeenten voor de ingedeelde inrichtingen of activiteiten bestemd voor een dienst van openbaar nut;
        • de Intercommunales;
        • het O.C.M.W. en de kerkfabrieken;
        • instellingen die zich inlaten met onderwijs, zieken- en bejaardenzorg;
        • inrichtingen geëxploiteerd door beschutte werkplaatsen;
        • autonome gemeentebedrijven.


        Artikel 6: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.

        Artikel 7: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

        Artikel 8: De regels betreffende de invordering, de verwijlintresten en moratoire intresten, de vervolgingen, de voorrechten, de wettelijke hypotheek en de verjaring inzake rijksbelasting op de inkomsten zijn toepasselijk op deze gemeentebelasting.

      • Belasting op opgravingen - besluit

        REGELGEVING:

        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het gemeenteraadsbesluit dd. 14 december 2022, houdende het belastingreglement op de opgravingen.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.

        OVERWEGINGEN:

        • De financiële toestand van de gemeente.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt vanaf 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024 een belasting geheven op de ontgraving van kisten en de verplaatsing en de ontgraving van asurnen op de gemeentelijke begraafplaatsen.

        Artikel 2: De aanslagvoet bedraagt:        

        • 600,00 EUR voor de ontgraving van een kist;          
        • 150,00 EUR voor de verplaatsing en voor de ontgraving van asurnen;              
        • 150,00 EUR voor de ontgraving van een asurne uit een columbariumnis of urnenveld vóór beëindiging van de concessietermijn, met de bedoeling de assen uit te strooien.

        Artikel 3: De belasting is niet verschuldigd voor:

        1. De opgravingen die op bevel van de gerechtelijke overheid gedaan worden.
        2. De opgravingen, genoodzaakt door het overbrengen van een oud op een nieuw kerkhof, van lijken die ter aarde werden besteld in een in concessie gegeven begraafplaats, concessie die op dat ogenblik nog geldend is.
        3. De opgravingen van voor het Vaderland gestorven militairen en burgers tijdens de wereldoorlogen.

        Artikel 4: De belasting is verschuldigd door degene die om de opgraving verzoekt.

        Artikel 5: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.

        Artikel 6: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

      • Activeringsheffing op onbebouwde gronden in woongebied en onbebouwde kavels - besluit

        REGELGEVING:

        • Pachtwet van 4 november 1969.
        • Decreet houdende de Vlaamse Wooncode van 15 juli 1997.
        • Decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Artikel 3.2.5 en volgende van het decreet grond- en pandenbeleid van 27 maart 2009.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 houdende vestiging van de activeringsheffing op onbebouwde bouwgronden in woongebied en onbebouwde kavels.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.

        OVERWEGINGEN:

        • Het is wenselijk de aanslag te berekenen per vierkante meter in plaats van per meter straatbreedte.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke
        Resultaat: Met 19 stemmen voor, 4 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt vanaf 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024 een activeringsheffing geheven op onbebouwde bouwgronden in woongebied en onbebouwde kavels.

        Artikel 2: Het bedrag wordt vastgesteld op 0,60 euro per vierkante meter oppervlakte van de bouwgrond of kavel, evenwel met een minimum aanslag van 300,00 euro per bouwgrond of kavel. 

        Voor het tweede opeenvolgende aanslagjaar waarin de heffing wordt gevestigd op dezelfde bouwgrond of kavel, wordt de aanslagvoet verhoogd tot 1,20 EUR per vierkante meter oppervlakte van de bouwgrond of kavel, met een minimale aanslag van 600,00 EUR per bouwgrond of kavel.

        Voor het derde opeenvolgende aanslagjaar waarin de heffing wordt gevestigd op dezelfde bouwgrond of kavel, wordt de aanslagvoet verhoogd tot 1,80 EUR per vierkante meter oppervlakte van de bouwgrond of kavel, met een minimale aanslag van 900,00 EUR per bouwgrond of kavel.

        Vanaf het vierde opeenvolgende aanslagjaar waarin de heffing wordt gevestigd op dezelfde bouwgrond of kavel, wordt de aanslagvoet verhoogd tot 2,40 EUR per vierkante meter oppervlakte van de bouwgrond of kavel, met een minimale aanslag van 1200,00 EUR per bouwgrond of kavel.

        Artikel 3: De activeringsheffing is verschuldigd door de persoon die op 1 januari van het heffingsjaar eigenaar is van de bouwgrond of kavel. In geval van overdracht onder levenden, wordt de hoedanigheid van eigenaar beoordeeld op de datum van de authentieke akte tot vaststelling van de overdracht. Indien er een erfpacht of opstalrecht bestaat, is de heffing verschuldigd door de erfpachter of opstalhouder. In geval van mede-eigendom, zijn de niet-vrijgestelde mede-eigenaars hoofdelijk gehouden tot betaling van de verschuldigde activeringsheffing.

        Artikel 4: Als niet bebouwde bouwgrond wordt beschouwd elke grond waarop de oprichting van een voor bewoning bestemd gebouw niet is aangevat op 1 januari van het belastingsjaar.

        Als niet bebouwde kavels worden beschouwd: alle kavels, als zodanig vermeld in een niet vervallen verkavelingsvergunning, met uitzondering van deze waarop, op 1 januari van het dienstjaar waarop de belasting betrekking heeft, de oprichting van een voor bewoning of industrie bestemd gebouw reeds werd aangevat overeenkomstig de stedenbouwkundige hoofdbestemming van de kavel en overeenkomstig een uitvoerbare en niet vervallen omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen.

        Artikel 5: Van de activeringsheffing zijn vrijgesteld:

        1. de eigenaars van één enkele onbebouwde bouwgrond in woongebied of onbebouwde kavel, bij uitsluiting van enig ander onroerend goed gelegen in België of het buitenland. Deze vrijstelling geldt slechts gedurende de 5 dienstjaren die volgen op de verwerving van het goed.                  
        2. de sociale woonorganisaties als vermeld in artikel 2 §1, eerste lid, 26°, van de Vlaamse Wooncode;
        3. de bouwheren of verkavelaars die optreden in uitvoering van een realisatieovereenkomst Sociaal Woonaanbod als vermeld in artikel 4.1.11, op voorwaarde dat het in artikel 4.1.13 vermelde attest wordt verkregen;  
        4. de ouders met kinderen ten laste, beperkt tot één onbebouwde grond of kavel per kind ten laste;
        5. de autonome gemeentebedrijven.

        Artikel 6: De activeringsheffing wordt niet geheven op bouwgronden en kavels die tijdens het heffingsjaar niet voor bebouwing kunnen worden bestemd:

        1. ingevolge hun inrichting als collectieve voorzieningen, met inbegrip van hun aanhorigheden;
        2. ingevolge de Pachtwet van 4 november 1969, waarbij het bewijs van de pacht door alle middelen rechtens mag worden geleverd;
        3. ingevolge hun werkelijke en volledige aanwending voor land-of tuinbouw, gedurende het hele jaar;
        4. ingevolge een bouwverbod of enige andere erfdienstbaarheid tot openbaar nut die woningbouw onmogelijk maakt;
        5. ingevolge een vreemde oorzaak die de heffingsplichtige niet kan worden toegerekend, zoals de beperkte omvang van bouwgronden of kavels, of hun ligging, vorm of fysieke toestand.

        Artikel 7: De activeringsheffing wordt opgeschort in hoofde van de houders van een in laatste administratieve aanleg verleende verkavelingsvergunning, en dit gedurende één jaar te rekenen vanaf 1 januari van het jaar dat volgt op de afgifte van de vergunning in laatste administratieve aanleg, respectievelijk, wanneer de verkaveling werken omvat, vanaf 1 januari van het jaar dat volgt op het jaar van afgifte van het in artikel 4.2.16, §2 VCRO vermelde attest, desgevallend voor die fase van de verkavelingsvergunning waarvoor het attest wordt verleend.

        Artikel 8: Enkel de vrijstellingen zoals bepaald in artikels 5, 6 en 7 van dit reglement worden toegepast.

        Artikel 9: De opname van de belastbare kavel of grond zal door de zorgen van het college van burgemeester en schepenen gebeuren, ingevolge aangifte te doen bij middel van een door het gemeentebestuur ter beschikking gesteld formulier dat door de belastingplichtige, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de erin vermelde datum moet worden ingestuurd.

        De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is gehouden aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen voor 31 november van het aanslagjaar.

        Artikel 10: Bij gebrek aan aangifte binnen de gestelde termijn, of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, kan de belasting ambtshalve ingekohierd worden.

        Overtredingen op de aangifteverplichting geven aanleiding tot volgende belastingverhogingen:

        • eerste overtreding: ambtshalve gevestigde aanslag + 10%
        • tweede overtreding binnen een periode van 3 jaar: ambtshalve gevestigde aanslag + 50%
        • vanaf de derde overtreding binnen een periode van 5 jaar: ambtshalve gevestigde aanslag + 100%

        De overtredingen op de aangifteverplichting worden vastgesteld door de ambtenaren van het gemeentebestuur van Hamme, speciaal daartoe aangesteld door het college van burgemeester en schepenen. De vastgestelde overtredingen worden genoteerd in processen-verbaal die bewijskracht hebben tot het tegendeel.

        De belastingverhoging wordt ingekohierd, samen met het recht.

        Artikel 11: De heffing wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. De belasting moet worden betaald binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

        Artikel 12: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

        Artikel 13: De aan deze belasting onderworpen kavels kunnen niet aangeslagen worden in de belasting op de niet-bebouwde gronden, gelegen in het woongebied en palende aan een openbare uitgeruste weg.

      • Belasting op de afgifte van administratieve stukken en het afsluiten van huwelijken - besluit

        REGELGEVING:

        • Het gemeenteraadsbesluit van 18 mei 2022 inzake het archief- en bezoekersreglement.
        • Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 17 mei 2022 op het vaststellen van de voorwaarden voor de raadpleging van de registers van de burgerlijke stand, de bevolkingsregisters en het vreemdelingenregister en het verkrijgen van informatie uit deze registers voor genealogische, historische of wetenschappelijke doeleinden.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 14 december 2022 betreffende de belasting op de afgifte van administratieve stukken en het afsluiten van huwelijken.
        • Wet van 14 augustus 1974 betreffende de afgifte van paspoorten.
        • Koninklijk Besluit van 16 juli 1992 betreffende het verkrijgen van informatie uit de bevolkingsregisters en uit het vreemdelingenregister artikel 3 en artikel 6.
        • Koninklijk Besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs, gewijzigd bij koninklijk besluit van 28 april 2011
        • Het besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000, gewijzigd bij besluit van 30 maart 2001, 8 maart 2002 en 5 juni 2009.
        • Het Koninklijk Besluit van 1 oktober 2001 en gelet op de omzendbrief C23.1-92 van 2 augustus 2004
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen dd. 30 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.
        • Koninklijk besluit van 5 maart 2017 bepaling van de verblijfsvergunningen waarvoor de gemeenten retributies kunnen innen voor het vernieuwen, verlengen of vervangen ervan en tot bepaling van het maximumbedrag.
        • Ministerieel besluit van 15 maart 2013 tot vaststelling van het tarief van de vergoedingen ten laste van de gemeenten voor de uitreiking van de elektronische identiteitskaarten voor Belgen, de elektronische identiteitsdocumenten voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar, de elektronische kaarten en elektronische verblijfsdocumenten, afgeleverd aan vreemde onderdanen, en de biometrische kaarten en biometrische verblijfstitels, afgeleverd aan vreemde onderdanen van derde landen en wijzigingsbesluiten.
        • De omzendbrief van 6 november 2023 betreffende het tarief van de vergoedingen ten laste van de gemeenten voor de uitreiking van elektronische identiteitskaarten en -documenten vanaf 1 januari 2024.
        • De omzendbrief van 6 november 2023 van de FOD Binnenlandse Zaken betreffende de modernisering van de elektronische verblijfsdocumenten afgegeven aan vreemdelingen onder de 12 jaar en de omzendbrieven van 7 en 8 december 2023 ivm de implementatie en de tarieven voor deze documenten (aanvragen mogelijk vanaf 15 januari 2024).
        • De artikelen 119 t.e.m. 136 van de wet van 18 juni 2018 houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing (Belgisch staatsblad 2 juli 2018) en de bijhorende omzendbrief dd. 11 juli 2018 (Belgisch staatsblad 18 juli 2018).
        • Het Koninklijk besluit van 10 december 1996 betreffende de verschillende identiteitsdocumenten voor kinderen onder de twaalf jaar en het Koninklijk besluit van 22 oktober 2013 tot wijziging van dit besluit.
        • Omzendbrief KB/ABB 2019/2 betreffende de gemeentefiscaliteit.

        OVERWEGINGEN:

        • Cfr. de Omzendbrief d.d. 6 november 2023 van de FOD Binnenlandse Zaken betreffende de indexering van de tarieven voor het afleveren van de elektronische identiteits- en verblijfsdocumenten werden de nieuwe tarieven vanaf 1 januari 2024 bekendgemaakt.
        • Cfr. de omzendbrief d.d. 6 november 2023 van de FOD Binnenlandse Zaken betreffende de modernisering van de elektronische verblijfsdocumenten voor vreemdelingen onder de 12 jaar en de omzendbrieven van 7 en 8 december 2023 ivm de implementatie en de tarieven voor deze documenten (aanvragen mogelijk vanaf 15 januari 2024).
        • Het tarief van de gemeentebelasting op afgifte van elektronische identiteitsdocumenten werd in zitting van 8 december 2019 vastgelegd met het oog op het gelijk blijven van de kostprijs van de elektronische identiteitsdocumenten voor ten minste 6 jaar, behoudens stevige wijzigingen in het tarief dat wordt opgelegd, waardoor het noodzakelijk zou zijn om de prijzen toch te herzien.
        • Voor 2023 was het nodig om de vraagprijs voor de identiteitsdocumenten voor de burger, in het bijzonder deze aangevraagd via spoed- of extreme spoedprocedure, op te trekken omdat het tarief van de FOD Binnenlandse Zaken de vraagprijs overschreed. Het voorstel zoals uitgewerkt en goedgekeurd in 2023 had de intentie om de vraagprijs voor de burger voor 3 jaar op hetzelfde niveau te houden. Voor 2024 lukt dit nog. Het aandeel gemeentebelasting is evenwel zeer gering geworden waardoor voor 2025 wellicht een nieuwe bijsturing nodig is.
        • De FOD Binnenlandse Zaken stelt dat in het kader van één en dezelfde verblijfsprocedure van een niet-Belg de kost niet hoger mag zijn dan die die aan een Belg zou worden aangerekend voor de afgifte van een identiteitskaart. In dat kader van een en dezelfde aanvraagprocedure kunnen er dus niet meerdere malen een retributie of aanmaningskost worden geëist en dienen bijlagen gratis afgeleverd te worden.
        • Het gemeentebestuur mag voor de afgifte van een identiteitsbewijs aan vreemdelingen jonger dan 12 jaar max. 2 euro vorderen. Het gaat hier immers om een papieren kaartje met minimale aanmaakkost, niet te vergelijken met een kids-ID voor Belgische onderdanen waarbij een productiekost door de FOD Binnenlandse Zaken wordt aangerekend aan de gemeente. Verder dient dit identiteitsbewijs vernieuwd te worden bij wijziging van de verblijfsplaats of adres, bij verandering van naam, voornaam of nationaliteit of wanneer de geldigheidsduur is verstreken. In het kader van de modernisering van de verblijfsdocumenten voor vreemdelingen onder de 12 jaar wordt dit type kaart vervangen door een bankkaartmodel zoals vreemdelingen vanaf 12 jaar.
        • Adresaanvragen of inlichtingen uit het bevolkingsregister zijn beperkt en worden verstrekt mits het voorleggen van de correcte rechtsgrond. Bepaalde aanvragers bv. vrije beroepen kunnen via eigen kanalen deze informatie verkrijgen.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils
        Resultaat: Met 17 stemmen voor, 6 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Er wordt een belasting geheven op de afgifte van administratieve stukken, voornaamswijzigingen en de afgifte van identiteitskaarten, identiteitsdocumenten voor kinderen jonger dan 12 jaar en verblijfsdocumenten voor vreemdelingen, door het gemeentebestuur, ingaand op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024. Voor elektronische verblijfsdocumenten voor vreemdelingen jonger dan 12 jaar ingaand op 15 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024. De afgifte van de papieren identiteitsbewijzen voor vreemdelingen jonger dan 12 jaar wordt stopgezet op 14 januari 2024.

        De belasting is verschuldigd door natuurlijke personen of rechtspersonen aan wie het stuk wordt afgeleverd.

        Artikel 2: Het bedrag van de gemeentebelasting voor de afgifte van administratieve stukken en afsluiten van huwelijken wordt vastgesteld als volgt:

        1. Elektronische identiteitskaarten en elektronische verblijfsdocumenten afgeleverd aan personen vanaf de leeftijd van 12 jaar:

        • Op de aflevering van een elektronische identiteitskaart aan Belgen of een verblijfsdocument aan vreemdelingen vanaf 12 jaar (eID/eVK (EU, EU+, F,F+, N en M)), aangevraagd in gewone procedure, wordt een gemeentebelasting geheven van 0,90 euro.
        • Op de aflevering van de overige elektronische verblijfsdocumenten aan vreemdelingen (A/B/H/I/J/K/L), aangevraagd in gewone procedure, wordt een gemeentebelasting geheven van 0,40 euro.
        • Op de aflevering van een elektronische identiteitskaart aan Belgen of een verblijfsdocument aan vreemdelingen vanaf 12 jaar, aangevraagd in spoedprocedure met levering in de gemeente binnen 1 werkdag, bedraagt de gemeentebelasting 3,60 euro.
        • Op de aflevering van een elektronische identiteitskaart aan Belgen vanaf 12 jaar, aangevraagd in extreme spoedprocedure met gecentraliseerde levering (in Brussel) binnen 1 werkdag, bedraagt de gemeentebelasting 1,70 euro.

        Deze belastingen komen bovenop de bedragen die door de FOD Binnenlandse Zaken van de gemeente worden geïnd.

        • Voor de herdruk van pin- of pukcodes wordt een retributie aangerekend van 5 euro.

        2. Elektronische identiteits- en verblijfsdocumenten afgeleverd aan personen jonger dan 12 jaar:

        • Op de aflevering van een kids-ID aan Belgen jonger dan 12 jaar, aangevraagd in gewone procedure wordt een gemeentebelasting geheven van 0,30 euro.
        • Op de aflevering van een kids-ID aan Belgen jonger dan 12 jaar, aangevraagd in spoedprocedure met levering in de gemeente binnen 1 werkdag, bedraagt de gemeentebelasting 3,00 euro.
        • Op de aflevering van een kids-ID aan Belgen jonger dan 12 jaar, aangevraagd in spoedprocedure met gecentraliseerde levering (in Brussel) binnen 1 werkdag, bedraagt de gemeentebelasting 3,10 euro.
        • Op de aflevering van een identiteitsbewijs aan vreemdelingen jonger dan 12 jaar, dewelke kan aangevraagd worden tot 14 januari 2024, wordt een gemeentebelasting geheven van 2,00 euro.
        • Op de aflevering van een elektronisch verblijfsdocument aan vreemdelingen jonger dan 12 jaar (eVK EU, EU+, F, F+ en M), aangevraagd in gewone procedure vanaf 15 januari 2024, wordt een gemeentebelasting geheven van 0,30 euro.
        • Op de aflevering van een elektronisch verblijfsdocument aan vreemdelingen jonger dan 12 jaar (eVK A, B, K en L), aangevraagd in gewone procedure vanaf 15 januari 2024, wordt een gemeentebelasting geheven van 0,30 euro.
        • Op de aflevering van een elektronisch verblijfsdocument aan vreemdelingen jonger dan 12 jaar (eVK EU, EU+, F, F+ en M), aangevraagd in spoedprocedure met levering in de gemeente binnen 1 werkdag vanaf 15 januari 2024, wordt een gemeentebelasting geheven van 3,00 euro.
        • Op de aflevering van een elektronisch verblijfsdocument aan vreemdelingen jonger dan 12 jaar (eVK (A, B, K en L), aangevraagd in spoedprocedure met levering in de gemeente binnen 1 werkdag vanaf 15 januari 2024, wordt een gemeentebelasting geheven van 3,60 euro.

        Deze belastingen komen bovenop de bedragen die door de FOD Binnenlandse Zaken van de gemeente worden geïnd.

        • Voor de herdruk van pin- of pukcodes wordt een retributie aangerekend van 5 euro.

        3. Verblijfsbewijzen voor vreemdelingen:

        Attest van immatriculatie (model A en B):

        • Eerste afgifte: 1,50 euro
        • Verlenging: gratis

        4. Afgifte van paspoorten & reisdocumenten:

        Het bedrag van de gemeentebelasting voor de afgifte van paspoorten in uitvoering van de Wet van 14 augustus 1974 en gelet op het KB van 1 oktober 2001, gelet op de Omzendbrief van 2 augustus 2004 en op de omzendbrief van 20 september 2017, wordt als volgt vastgesteld:

        Voor de gewone procedure:

        • Paspoort Belgen: 12 euro
        • Paspoort voor minderjarigen: 12 euro
        • Reisdocumenten vluchtelingen, staatlozen en vreemdelingen: 12 euro

        Voor de spoed- en extreme spoedprocedure:

        • Paspoort Belgen: 18 euro  
        • Paspoort voor minderjarigen: 18 euro
        • Reisdocumenten vluchtelingen, staatlozen en vreemdelingen: 18 euro

        5. Slachtbewijzen

        • Per slachtbewijs 3 euro

        6. Verlenen stedenbouwkundige inlichtingen en stedenbouwkundige uittreksels

        6.1 Verlenen van stedenbouwkundige inlichtingen betreffende onroerende goederen: 62 euro per onroerend goed.

        6.2 Verlenen van een uittreksel uit het plannenregister: 25 euro per onroerend goed.

        6.3 Verlenen van een uittreksel uit het vergunningenregister: 25 euro per onroerend goed.

        7. Adresaanvragen of inlichtingen uit het bevolkingsregister:

        Voor de toepassing van adresaanvragen of inlichtingen uit het bevolkingsregister wordt rekening gehouden met het KB van 16 juli 1992 betreffende het verkrijgen van informatie uit de bevolkingsregisters en uit het vreemdelingenregister art. 3 en art 6.

        7.1. verstrekken van lijsten: 0,50 euro per blad met een minimum van 5 euro

        7.2. Genealogische opzoekingen en opzoekingen voor derden:   

        • 5 euro voor een prestatie van minder dan 15 minuten
        • 12,50 euro voor een prestatie van 15 minuten tot en met 30 minuten
        • 25 euro voor een prestatie van 30 minuten tot en met 1 uur
        • 25 euro vanaf meer dan 1 uur per extra half uur

        Zijn van belasting vrijgesteld:

        • de stukken die krachtens een wet, KB of een andere overheidsverordening kosteloos moeten worden afgegeven;
        • de stukken die afgeleverd worden aan behoeftige personen, de behoeftigheid wordt door ieder overtuigend bewijsstuk gestaafd;
        • de machtiging betreffende godsdienstige of politieke manifestaties
        • de machtigingen betreffende activiteiten die als dusdanig reeds het voorwerp uitmaken van een belasting of retributie ten voordele van de gemeente;
        • de stukken die afgeleverd worden aan de rechterlijke of administratieve overheden;
        • de stukken die afgeleverd worden aan eenieder die verklaart dat deze moeten voorgelegd worden om een tewerkstelling te bekomen, te kunnen solliciteren of aan examens of proeven deel te nemen met het oog op een eventuele aanwerving;
        • de stukken (uittreksels en voor eensluidend verklaarde afschriften) die afgeleverd worden ten behoeve van sociale doeleinden (sociale huisvesting, sociaal telefoontarief en provinciale tegemoetkoming in het telefoontarief, studiebeurs, kinderbijslag, OCMW, ziekenfonds, vakbonden).

        De particulier of rechtspersoon die om een verzending van de administratieve stukken verzoekt, is eveneens de verzendingskosten verschuldigd aan het bestuur, zelfs als de afgifte kosteloos is.

        8.Afsluiten huwelijk:

        8.1. Trouwboekje: voor trouwboekjes, exclusief de taks voor het huwelijksgetuigschrift in het boekje aangebracht: 15 euro.

        8.2. Ceremonietaks: 50 euro. 

        9. Aanvraag van een rijbewijs, een voorlopig rijbewijs en een internationaal rijbewijs.

        Er wordt voor de aflevering van een papieren rijbewijs een vergoeding gevorderd zoals voorzien in het Koninklijk Besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs, gewijzigd bij koninklijk besluit van 28 april 2011.

        Er wordt 4 euro gevoegd bij de kostende prijs die de gemeente aan de FOD Mobiliteit en Vervoer moet betalen (16 euro).

        Er wordt voor aflevering van het rijbewijs in bankkaartmodel een vergoeding gevorderd zoals voorzien in het Koninklijk Besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs, gewijzigd bij koninklijk besluit van 28 april 2011. Er wordt 4 euro gevoegd bij de kostende prijs die de gemeente aan de FOD Mobiliteit en Vervoer moet betalen (20 euro), zowel voor de eerste aflevering als voor de duplicaten.

        Bij eventuele wijzigingen in de kostprijs die door de FOD Mobiliteit en Vervoer aangerekend wordt, zal het vermeld tarief aangepast worden, op die wijze dat het bedrag van de gemeentebelasting onveranderd blijft.

        10. Prijs print-outs

        De bedragen voor eventuele print-outs aan derden, bijvoorbeeld in het kader van afgifte uittreksels inzake openbaarheid van bestuur, worden als volgt vastgelegd:

          • € 0,15 per A4-pagina, zwart-wit
          • € 0,25 per A3-pagina, zwart-wit
          • € 1,20 per A4-pagina, kleur
          • € 2,50 per A3-pagina, kleur

        11. Wijziging voornaam

        11.1 De belasting voor voornaamswijziging wordt vastgesteld op 250,00 euro zonder mogelijkheid tot vermindering.

        11.2 Bij een voornaamswijziging die wordt aangevraagd door transgenders, wordt de belasting vastgelegd op 25 euro.

        11.3 Vreemdelingen die bij hun nationaliteitsverklaring geen voornaam hebben en een verzoek indienen om een voornaam te krijgen, zijn vrijgesteld van de belasting.

        De belasting dient te worden geïnd op het moment dat de verklaring tot voornaamswijziging wordt afgelegd.

        Artikel 3: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingswijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.

        Artikel 4: De belasting is niet van toepassing op de afgifte van stukken welke krachtens een wet, een koninklijk besluit of een overheidsverordening reeds aan betaling van een recht ten behoeve van de gemeente onderworpen is.

        Uitzondering wordt gemaakt voor de rechten welke de met het afgeven van reispassen belaste gemeenten ambtshalve toekomen en waarvan in het besluit van de regent van 26 juli 1948 sprake is.

        Artikel 5: Zijn van belasting vrijgesteld:

        • de rechterlijke overheden;
        • de openbare besturen en de daarmee gelijkgestelde instellingen;
        • de instellingen van openbaar nut.

        Artikel 6: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

         

      • Belasting op plaatsrechten op markten en foren - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • Het gemeenteraadsbesluit van 26 oktober 2022, houdende het taksreglement op plaatsrechten op markten en foren en op andere plaatsen van de gemeente.
        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.

        OVERWEGINGEN:

        • Voorheen werden er geen belastingen geheven op niet openbaar georganiseerde activiteiten.Tegelijk was er wel een belasting voor bloemverkopers.Een ondernemer die producten verkoopt in Hamme, via een vaste winkel of via ambulante activiteit op bijvoorbeeld de wekelijkse zaterdagmarkt, die werd belast. Maar een ijskar dit ijsjes verkoopt op ons grondgebied, die wordt hier niet op belast. 
        • Tevens voorzien we in vooraf bepaalde plaatsen waar ambulante activiteiten kunnen plaatsen vinden op het openbaar domein.
        • Hieronder de toevoegingen die hebben plaatsgevonden:
          • OCCASIONELE AMBULANTE VERKOOP OP OPENBAAR DOMEIN:

            1. Op rondtrekkende wijze
              250 euro voor april, mei, juni, juli, augustus en september
            2. Ambulante activiteit met vooraf bepaalde plaats
              10 euro per verkoopdag
            3. Ambulante activiteit met niet vooraf bepaalde plaatsen
              10 euro per verkoopdag 

            De overige standgelden bleven ongewijzigd.

        • De financiële toestand van de gemeente.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Ten behoeve van de gemeente Hamme, zullen volgende plaatsrechten op de markten en op andere plaatsen van de gemeente die tot het openbaar domein behoren, geheven worden voor een termijn ingaand op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2024.

        Artikel 2: De tarieven worden als volgt samengesteld:

        OCCASIONELE AMBULANTE VERKOOP OP OPENBAAR DOMEIN:

        1. Op rondtrekkende wijze
          250,00 € voor april, mei, juni, juli, augustus en september

        2. Ambulante activiteit met vooraf bepaalde plaats
          10,00 € per verkoopdag

        3. Ambulante activiteit met niet vooraf bepaalde plaatsen
          10,00 € per verkoopdag

        MARKTEN:

        1. wekelijkse zaterdagmarkt:

          • vaste standplaatsen (abonnementen voor drie maanden): 0,62 EUR per lopende meter, per marktdag.
          • standplaatsen op risico:
            • marktkramen tot 4 meter: 6 EUR per kraam
            • marktkramen boven de 4 meter: 10 EUR per kraam

        2. wekelijkse zondagmarkt: wordt in concessie gegeven tegen een opbrengst van 744 euro per kwartaal, te betalen door de concessiehouder(s).

        3. bloemenverkopers aan begraafplaatsen ter gelegenheid van Allerheiligen:
        • 31 EUR voor max. 5 dagen. De standplaatsen mogen ten vroegste 4 dagen vóór Allerheiligen ingenomen worden.                            

        FOREN:

        a. Kermissen:

        Deze tarieven gelden per lopende meter.

        HAMME
        carnaval

        HAMME
        kleine kermis

        HAMME
        grote kermis

        MOERZEKE
        carnaval

        MOERZEKE
        kleine kermis

        MOERZEKE
        grote kermis

         

        9,78

        9,78

        9,78

        3,83

        3,83

        3,83

        alleen wulken, suikerspin, suikerkraam, snoepkraam

        13,18

        17,85

        22,10

        11,05

        11,05

        11,05

        hotdogs, pitta, belegde broodjes, hamburgers

        15,30

        18,28

        21,25

        11,05

        11,05

        11,05

        wulken + broodjes

        17,85

        22,10

        26,78

        4,68

        4,68

        4,68

        levende paarden, kindervliegtuig, visspel, schietkraam, krachtbal, pottenkraam,

        derbyrace, muizenspel, bak-pikspel, ballenspel, yellyball, ringenspel, koordjetrek,

        magnetenspel, rugbyspel, rugbybal, kleine loterij (radio-spel), boksbal, rad,

        fortuin, basketbalspel, cinéscoop

        17,85

        22,10

        26,78

        5,10

        5,10

        5,10

        rattenspel, casino, tombola, stedenspel, kindervliegmolen, spookkasteel,

        boogschieten, flessenschieten

        22,53

        26,78

        31,03

        5,10

        5,10

        5,10

        kindermolen, kinderbuggy, paardenmolen

        22,53

        26,78

        31,03

        5,10

        5,10

        5,10

        schuivenspel, bulldozerspel, bumpers, hobbykranen

        23,80

        28,05

        32,73

        6,38

        6,38

        6,38

        autoscooter

        26,78

        31,03

        35,70

        7,65

        7,65

        7,65

        rupsmolen, automatische spelen, vliegmolen, bidule, polype,

        lambada, grote molen, cakewalk

        31,03

        35,70

        39,95

        11,05

        11,05

        11,05

        frituur

         

        b. Wijkkermissen:

        • vrijstelling

        c. Winterkermis:

        • vrijstelling

        De standplaatsen voor kermissen in Hamme-Centrum en Moerzeke-centrum zullen volgens voormelde tarieven contractueel vastgelegd worden.

        De contracten worden in de loop van de eerste maand volgend op de installatie van de nieuwe gemeenteraad hernieuwd voor een periode van zes jaar.

        De standplaatsen zullen volgens voormelde tarieven contractueel vastgelegd worden door het schepencollege, rekening houdend met de aard van de inrichting.

        Voormelde tarieven gelden voor de ganse duur van de kermissen.

        Artikel 3:

        1. De foorinrichting mag niet gewijzigd of vervangen worden zonder schriftelijke verwittiging aan het gemeentebestuur en het akkoord van deze laatste.
        2. Het gemeentebestuur blijft steeds vrij de plaats op de kermis aan te duiden.
        3. Het standgeld per kermis dient in zijn geheel 14 dagen voor de betreffende kermis te worden overgeschreven op bankrekeningnummer 091-0002869-85 van het gemeentebestuur van Hamme.
        4. De inname van de toegewezen kermisplaatsen kan gebeuren vanaf de woensdag vóór zondag van de kermis vanaf 12.30 u.
        5. Het is absoluut verboden om vroeger met het opstellen te beginnen.
        6. Bijzondere regeling inzake geluidshinder: Kermismuziek of andere uitbatinggeluiden mogen niet overdreven storend zijn voor de naburige inwoners en moeten ophouden om 22.00 u. op de zon-, feest,- en weekdagen en om 23.00 u. op zaterdagen en vooravonden van feestdagen, alsook op de zondag en maandag van carnaval.
        7. Indien de foorreiziger zich niet kan aanbieden is hij gehouden het gemeentebestuur te verwittigen, ten laatste één week voor de plaatsen worden ingenomen.
        8. De foorreiziger is gehouden zijn standplaats volledig te ontruimen en op te kuisen alvorens de kermisplaats te verlaten.

        Artikel 4: De lengte der kramen zal berekend worden op de meest belastbare gebruikte lengte:

        Het gedeelte van een meter wordt steeds voor een lopende meter aangerekend.

        In geval van geschil bij de meting zullen de kramers of kooplieden zich gedragen en onderwerpen, zonder beroep, aan de meting door een afgevaardigde van het college van burgemeester en schepenen.

        Artikel 5: Zijn van betaling vrijgesteld:

        De voorwerpen welke ter gelegenheid van openbare veilingen op de straat worden gebracht voor huizen, waar de veiling plaats heeft, zo ook voorwerpen welke verkocht worden bij openbare verkoop, alsmede dieren, die op de dagen der jaarmarkten mededingen aan prijskampen door de gemeente uitgeschreven of door haar gesteund.

        Artikel 6: De belasting is contant te betalen tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting.

        Artikel 7: De belastingschuldige kan een bezwaar tegen deze belasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen van de gemeente. Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

      • Erotische inrichtingen - belastingreglement - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40§3 dat de bevoegdheid tot het vaststellen van reglementen bij de gemeenteraad legt.
        • Het uitbatingsreglement erotische inrichtingen zoals besproken in gemeenteraadszitting van heden.

        OVERWEGINGEN:

        • In het kader van de uitbating van erotische inrichtingen wordt een jaarlijkse belasting en een openingsbelasting ingesteld.
        • De bedragen komen respectievelijk op 1500 en 6000 euro te liggen.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils
        Resultaat: Met 17 stemmen voor, 6 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: De aanslagvoet van de openingsbelasting is vastgesteld op 6.000,00 euro. Het is een éénmalige  belasting die verschuldigd is bij elke opening van een nieuwe handelsactiviteit van een erotische inrichting. Elke wijziging van uitbating wordt gelijkgesteld met een nieuwe handelsactiviteit.   

        De aanslagvoet van de jaarlijkse belasting is vastgesteld op 1.500,00 euro per erotische inrichting. De jaarlijkse belasting gaat in vanaf het jaar volgend op het jaar van inkohiering van de openingsbelasting, of bij gebreke hiervan, vanaf de inwerkingtreding van huidig belastingreglement.   

        De openingsbelasting en de jaarlijkse belasting zijn ondeelbaar. Ze zijn verschuldigd voor het ganse kalenderjaar, welke ook de aanvangs- of stopzettingsdatum van de economische activiteit of wijziging van uitbating in het jaar is. Er wordt geen enkele korting of teruggave van de belasting gedaan, om welke reden dan ook.  

        Artikel 2: De belasting is verschuldigd door de uitbater van de erotische inrichting, ongeacht of de  maatschappelijke zetel in de gemeente gelegen is of niet.  

        Artikel 3: De belastingplichtige ontvangt van het gemeentebestuur een aangifteformulier dat door hem, behoorlijk ingevuld en ondertekend, voor de erin vermelde datum moet worden teruggestuurd naar gemeentebestuur Hamme ter attentie van departement financiën, Marktplein 1, 9220 Hamme.  

        De belastingplichtige die geen aangifteformulier heeft ontvangen, is ertoe gehouden, uiterlijk op 30 september van het aanslagjaar, aan het gemeentebestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen.  

        Bij gebrek aan aangifte, bij laattijdige, onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, wordt de belasting ambtshalve gevestigd op basis van gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt.  

        Vooraleer de belasting ambtshalve wordt gevestigd, brengt het gemeentebestuur de belastingplichtige met een aangetekende brief op de hoogte van de redenen waarom ze gebruik maakt van deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van die elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van die kennisgeving om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.  

        Artikel 4: De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. Ze dient betaald te worden binnen de twee (2) maanden na de verzending van het aanslagbiljet. De vestiging, de invordering en de geschillenprocedure, gebeuren volgens de bepalingen vervat in het gelijknamige decreet van 30 mei 2008, en latere wijzigingen.  

      • Erotische inrichtingen - uitbatingsreglement - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • De wet van 10 november 2006 betreffende de openingsuren in handel, ambacht en dienstverlening.
        • De wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, in het bijzonder artikel 4§1 dat bepaalt dat het college van burgemeester en schepenen kan overgaan tot een administratieve schorsing of intrekking van de vergunning; een tijdelijke of definitieve sluiting van de inrichting.
        • Wet van 4 mei 2020 tot wijziging van de wet van 22 december 2019 betreffende een regeling voor rookvrije plaatsen en ter bescherming van de bevolking tegen tabaksrook, en van de wet 24.01.1977 betr. de bescherming van de gezondheid van de gebruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten, wat het rookverbod in de auto betreft.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40 §3 dat bepaalt dat de gemeenteraad de gemeentelijke reglementen vaststelt.
        • De invoering van de gemeentelijke administratieve sancties in Hamme via gemeenteraadsbesluit van 27 april 2011.
        • Verordening op nachtwinkels en private bureaus voor telecommunicatie, zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 26 maart 2014.
        • Belastingsreglement shishabars zoals goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 27 oktober 2021.
        • Het belastingreglement erotische inrichtingen zoals besproken in gemeenteraadszitting van heden.

        OVERWEGINGEN:

        • De gemeente Hamme wil sociale fraude en uitbuiting tegengaan en zorgen voor een menswaardig kader.
        • Eventuele erotische inrichtingen zullen zich aan bepaalde voorwaarden moeten houden inzake de leef- en werkomstandigheden, de uitbating en de openbare gezondheid.
        • Dit reglement zorgt ervoor dat de uitbatingen beter worden opgevolgd en gecontroleerd op het vlak van veiligheid en hygiëne. Er worden voorwaarden gesteld waaraan de uitbatingen moeten voldoen waardoor de politie ook een beter zicht heeft op wie er werkt en in welke omstandigheden.
        • Erotische inrichtingen kunnen door de aard en tijdstip van hun activiteit voor overlast zorgen. Het is aldus aangewezen om, teneinde een eventuele groei van dergelijke ondernemingen in goede banen te leiden en de kwaliteit ervan hoog te houden, aan dergelijke inrichtingen uitbatingsvoorwaarden op te leggen.
        • Het advies van de politieraad in zitting van 12 december 2023.

        BESLUIT:

        Artikel 1: definities  

        • Aanvrager: in naam van een onderneming namelijk natuurlijk persoon of rechtspersoon.

        • Brandveiligheidsonderzoek: een brandveiligheidsonderzoek zal gebeuren door de brandweer en omvat alle aspecten van brandveiligheid, zoals voorzien in de wetgeving. 

        • Kernwinkelgebied: Het door het gemeentebestuur afgebakende zone zoals voorzien in het Strategisch Commercieel Plan.

        • Handelspand: Het onroerend goed waarin de handels- of horecazaak wordt uitgebaat, of een dienstverlener met vrij publiek toegankelijke ruimte. 

        • Handelszaak: Elke commerciële onderneming waarvoor een inschrijving in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) is vereist en die de uitoefening van een kleinhandels- of horecazaak tot hoofddoel heeft. 

        • Horecazaak: Bedrijfstak die bestaat uit commerciële dienstverlenende ondernemingen die logies verstrekken en/of publiek toegankelijke inrichting waar voedingswaren of dranken worden verkocht en ter plaatse kunnen worden genuttigd. 

        • Ondernemer: Natuurlijke of rechtspersoon die een onderneming heeft waarvoor een inschrijving in de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) is vereist 

        • Publiektoegankelijke ruimte: Elke inrichting of deel van een inrichting waar andere personen dan de uitbater en de personen die betrokken zijn bij de uitbating, toegang kunnen hebben, ook als dit slechts eenmalig of sporadisch is. Het feit dat er inkomstgelden moeten betaald worden of de bezoekers over een lidkaart moeten beschikken om toegang te kunnen krijgen tot een gedeelte van een gebouw doet geen afbreuk aan het publiek toegankelijk karakter. 

        • Private werkruimte: werkruimte, afgescheiden van de rest van de inrichting, bestemd voor feitelijke seksuele handelingen. 

        • Uitbater/exploitant: de natuurlijke persoon of personen, de feitelijke vereniging of de rechtspersoon ongeacht hun eventuele hoedanigheid van handelaar, voor wiens rekening en risico de inrichting wordt uitgebaat; 

        • Erotische inrichting: een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin, tegen betaling, onder welke vorm ook en ongeacht het aantal betalende aanwezigen, al dan niet in combinatie met kleinhandel en/of andere dienstverlening van welke aard dan ook, zoals ook bijvoorbeeld: 

        • vertoningen of voorstellingen van pornografische aard plaatsvinden, zoals seksbioscoop, peepshows, sekstheater en ongeacht het aantal betalende toeschouwers; 

        • dienstverleningen van seksuele of pornografische aard plaatsvinden, zoals parenclubs, erotische massagesalons, huizen van ontucht en prostitutie. 

        • Uitbatingsvergunning: vergunning voor het uitbaten van een erotische inrichting  op de aangeduide vestigingseenheid verleend door de burgemeester nadat voldaan is aan een aantal uitbatingsvoorwaarden. 

        • Vestigingseenheid: elke plaats die men geografisch gezien kan identificeren door een adres, waar ten minste een activiteit van de onderneming wordt uitgeoefend of van waaruit de activiteit kan uitgeoefend worden. 

          

        Artikel 2: toepassingsgebied  

        §1. Er wordt een openingsbelasting en jaarlijkse belasting geven op erotische massagesalons gelegen op het grondgebied van de gemeente Hamme via het toepasselijk reglement.  

        §2. Onverminderd de overige toepasselijke regelgevingen is de uitbating van een erotische inrichting, zowel in het kader van hoofdactiviteit als in het kader van nevenactiviteit, op het grondgebied van de gemeente Hamme onderworpen aan de bepalingen van dit reglement.  

        §3. Het is verboden om, zelfs op bedekte wijze en ongeacht het profijt, huizen, kamers of welke inrichting ook te gebruiken en/of te laten gebruiken als erotische inrichting wanneer dit aanleiding geeft tot openbare ordeverstoring (met inbegrip van overlast).  

        Artikel 3: vergunningsplicht  

        §1. Elke erotische inrichting, gelegen op het grondgebied van de gemeente Hamme, mag slechts uitgebaat worden op voorwaarde dat zij, voor aanvang van de uitbating, beschikt over een uitbatingsvergunning, afgeleverd door de burgemeester. 

         §2. De uitbater van een erotische inrichting moet in het bezit zijn van:  

        • een uitbatingsvergunning; 

        • een omgevingsvergunning, indien er sprake is van vergunningsplicht in het kader van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO). 

         §3. Dit reglement is enkel van toepassing op de uitbatingsvergunning. 

         §4. Gevestigde uitbatingen die al open waren voor de inwerkingtreding van dit reglement genieten van een overgangsperiode van 6 maanden, ingaand op het moment van de inwerkingtreding van dit reglement, om te voldoen aan de voorwaarden en modaliteiten uit dit reglement; evenwel zijn erotische inrichtingen gelegen om het grondgebied van Hamme die hun activiteit startten voor de goedkeuring van die belastingreglement vrijgesteld van de openingsbelasting. 

        §5. Voor eenzelfde vestigingseenheid kan slechts één uitbatingsvergunning aangevraagd en afgeleverd worden voor eenzelfde periode.  

        §6. De vergunningen zijn geldig zolang aan alle voorwaarden van onderhavig reglement is voldaan, tenzij in de vergunning anders bepaald. 

        §7. De uitbater is verplicht alle wijzigingen in de erotische inrichting die een verandering uitmaken ten opzichte van de (brand)veiligheid, alle wijzigingen van gegevens opgegeven in de aanvraag (met inbegrip van elke functiewijziging), elke wijziging van zaakvoerder/bestuurder/vennoot binnen dezelfde rechtspersoon, en bij uitbreiding van de vestigingsplaats onmiddellijk te melden.  

        De wijzigingen dient men te melden aan de gemeente Hamme, Marktplein 1, 9220 Hamme, en dit ter attentie van departement Omgeving en ondernemen, team ondernemen, ten laatste 30 dagen na wijziging, op een van volgende wijzen:  

        • per e-mail (ondernemen@hamme.be

        • per post; 

        • persoonlijk. 

        De bewijslast dat aan deze verplichting is voldaan, bestaat in hoofde van de uitbater. 

        §8. Bij een wijziging van de zaakvoerder/bestuurder/vennoot binnen dezelfde rechtspersoon moet een nieuw uittreksel uit het strafregister voor de zaakvoerder/bestuurder/vennoot van het land van de woonplaats of een hieraan gelijkwaardig document, desgevallend behoorlijk beëdigd vertaald (art. 595 Sv – max. 1 maand oud), ingediend worden. 

        §9. Bij iedere wijziging van vestigingseenheid, wijziging met betrekking tot de uitbater of nieuwe zaak dient er een nieuwe uitbatingsvergunning aangevraagd te worden. Men kan pas starten met de uitbating voor zover werd voldaan aan alle voorwaarden van dit reglement. 

        In de volgende gevallen is er sprake van een wijziging met betrekking tot de uitbater:  

        • indien het gaat om een natuurlijke persoon als uitbater: de overdracht naar een andere persoon of naar een rechtspersoon of de uitbreiding met een bijkomend persoon; 

        • indien het gaat om een rechtspersoon als uitbater: wijziging van rechtsvorm of de overdracht van de rechtspersoon naar een andere rechtspersoon of natuurlijke persoon of de fusie met of overname door een andere rechtspersoon. 

        In de volgende gevallen is er sprake van een nieuwe zaak: 

        • bij een nieuwbouw; 

        • wanneer inzake de hoofdfunctie van een bebouwd onroerend vastgoed een functiewijziging, geheel of gedeeltelijk, plaatsvindt overeenkomstig art. 4.2.1 6° van de gecoördineerde codex Ruimtelijke Ordening en het uitvoeringsbesluit vergunningsplichtige functiewijzigingen. 

        • wanneer er in een bestaande erotische inrichting een wijziging gebeurt, met impact op de openbare veiligheid en/of brandveiligheid. 

        De burgemeester kan beslissen om in bovenstaande gevallen en indien er reeds een uitbatingsvergunning werd afgeleverd voor desbetreffende locatie gemotiveerd af te wijken van de procedure, zoals beschreven in artikel 6 van dit reglement. 

        Elke wijziging of stopzetting van een economische activiteit dient onder verantwoordelijkheid van de belastingplichtige onmiddellijk en per aangetekend schrijven te worden meegedeeld aan het gemeentebestuur van Hamme, ter attentie van departement omgeving en ondernemen, team ondernemen, Marktplein 1, 9220 Hamme.  

        Artikel 4: aanvraagprocedure  

        §1. Voor het verkrijgen van de vergunning dient de uitbater een schriftelijke aanvraag in bij het departement Omgeving en ondernemen, team ondernemen, aan de hand van een daartoe voorzien aanvraagformulier. De aanvraag bestaat minstens uit: 

        • een volledig ingevuld en ondertekend aanvraagformulier; 

        • een kopie van inschrijving bij de Kruispuntbank van Ondernemingen; 

        • een kopie van de statuten (indien uitbating door een rechtspersoon); 

        • een overzicht van alle (rechts)personen die in welke hoedanigheid ook betrokken zijn bij de uitbating van de erotische inrichting, met opgave van de naam, de voornaam, de nationaliteit en het arbeidsstatuut (werknemer/zelfstandige/vrijwilliger) evenals een kopie van de identiteitskaart en een bewijs van aansluiting/aangifte bij de sociale zekerheid van al deze(rechts)personen indien dit wettelijk verplicht is; 

        • uittreksels uit het strafregister van het land van de woonplaats of een hieraan gelijkwaardig document, desgevallend behoorlijk beëdigd vertaald (art. 595 Sv – max. 1 maand oud) van alle personen die in welke hoedanigheid dan ook betrokken zijn bij de exploitatie van de erotische inrichting; 

        • een bewijs dat de aanvrager kan beschikken over de aangevraagde vestigingseenheid (vb.

        eigendomsakte of huurcontract – eventueel onder opschortende voorwaarde van het verkrijgen van een vestigingstoelating); 

        • een kopie van bewijs van onderschrijven verzekeringspolis burgerrechtelijke aansprakelijkheid ingeval van brand en ontploffing. 

        Indien van toepassing ook: 

        • een overzicht van alle oprichtingskosten en investeringen, evenals alle financieringsbronnen die hiervoor aangewend werden of worden met opgave van een onderscheid tussen eigen vermogen en vreemd vermogen, inclusief stavingsstukken voor de financieringsbronnen, en met opgave van de bankrekeningnummers die gebruikt (zullen) worden voor de exploitatie; 

        • een kopie van het actuele aandeelhoudersregister; 

        • een bewijs van aanvraag van de nodige omgevingsvergunningen; 

        • een kopie van de arbeidscontracten/overeenkomsten met de sekswerkers; 

        • een kopie van alle verplichte periodieke btw-aangiften voor de periode van 24 maanden voorafgaand aan de aanvraag of voor de periode vanaf de oprichting van de onderneming tot de aanvraag van de uitbatingsvergunning, indien deze korter is dan 24 maanden; 

        • een kopie van de btw-rekening-courant die op de dag van de aanvraag niet ouder is dan 7 kalenderdagen. Indien de rekening-courant op nul werd gezet of definitief werd afgesloten, dient een kopie van de bijzondere rekening toegevoegd te worden, die op de dag van de aanvraag niet ouder is dan 7 kalenderdagen; 

        • een kopie van de laatste verplicht op te stellen (interne) jaarrekening, ongeacht de verplichting tot neerlegging en/of publicatie; 

        • een attest van de FOD Financiën, of een hieraan gelijkwaardig document, waaruit blijkt of er al dan niet nog bedragen verschuldigd (zouden kunnen) zijn inzake belastingen en taksen, boeten en interesten door (i) de exploitant, en in het geval dat de exploitant een rechtspersoon is, van (ii) haar organen en/of vertegenwoordigers. Dit attest mag op de dag van de aanvraag niet ouder zijn dan één maand. 

        §2. De aanvraag is onvolledig wanneer de informatie en/of de documenten ontbreken, vermeld in het aanvraagformulier. De aanvrager beschikt over een termijn van 30 kalenderdagen na mededeling van dit feit, om ontbrekende informatie en/of documenten in te dienen. Zo niet, wordt de aanvraag onontvankelijk verklaard.  

        Artikel 5: controle  

        §1. Na de melding van een ontvankelijke aanvraag, volgen de controles van de voorwaarden. Tussen de aanvrager en de betrokken diensten zullen de nodige afspraken worden gemaakt voor het uitvoeren van de nodige controles. De aanvrager is zelf verantwoordelijk voor het opvolgen en nakomen van de nodige afspraken. 

        §2. De burgemeester kan bepalen dat nader te bepalen relevante documenten moeten overhandigd worden ter beoordeling van de uitbatingsvergunningsaanvraag. Indien de documenten niet binnen een termijn van 30 kalenderdagen worden aangeleverd, wordt de aanvraag onontvankelijk verklaard. 

        §3. Binnen de termijn van 90 kalenderdagen na de ontvangstmelding of vanaf het laatste tijdstip waarop de aanvrager de aanvullende informatie en/of documenten indiende, wordt een beslissing genomen. Deze termijn wordt geschorst indien een aanvraag omgevingsvergunning lopende is, totdat een definitieve beslissing inzake deze aanvraag werd genomen. 

        §4. Indien gerechtvaardigd door de complexiteit van het dossier, mag de termijn conform artikel 6§3 éénmaal worden verlengd voor maximaal dezelfde duur. 

        §5. Bij het uitblijven van een beslissing binnen de vastgestelde of verlengde termijn, wordt de uitbatingsvergunning geacht te zijn geweigerd.  

        Artikel 6: voorwaarden  

        De vergunning voor een erotische inrichting wordt door de burgemeester enkel toegekend aan de uitbater van de inrichting op voorwaarde dat: 

        §1. De aanvrager het bewijs levert dat hij kan beschikken over deze ruimte. 

        §2. Er een voorafgaand administratief onderzoek is. 

        Dit onderzoek bestaat uit:  

        1. een omgevingsonderzoek: een onderzoek naar de conformiteit van de inrichting met de geldende reglementering inzake de omgeving, meer bepaald stedenbouw en milieu; 

        2. een brandveiligheidsonderzoek: een onderzoek naar de conformiteit van de inrichting met de geldende brandveiligheidsvoorschriften. Indien een uitbatingsvergunning niet vereist blijkt te zijn, worden andere van toepassing zijnde wetgeving (zoals bv. het ARAB) toegepast; 

        3. een inrichtings- en hygiëne-onderzoek: een onderzoek naar de naleving van de inrichtings- en hygiënische vereisten, zoals beschreven in art. 8 en 9; 

        4. een moraliteitsonderzoek, bestaand uit: 

        • een onderzoek naar vaststellingen en/of veroordelingen, al dan niet met uitstel of opschorting, voor deelname, zoals vermeld in hoofdstuk VII van het Strafwetboek, aan strafbare feiten inzake: 

        • terrorisme of de financiering van terrorisme; 

        • witwassen en heling; 

        • criminele organisatie, strafbare bendevorming en strafbare vereniging; 

        • drugs (drugwetgeving); 

        • wapens (wapenwet); 

        • mensensmokkel; 

        • mensenhandel; 

        • seksueel strafrecht; 

        • illegale handel in menselijke organen of weefsels; 

        • fiscale fraude; 

        • sociale fraude; 

        • verduistering en corruptie; 

        • diefstal en afpersing; 

        • de vreemdelingenwetgeving. 

        • een onderzoek naar vaststellingen van en veroordelingen voor inbreuken op wettelijke verplichtingen die verband houden met of naar aanleiding van de exploitatie, zoals de niet naleving van vestigingsvoorwaarden, persoonsgebonden beroepsuitoefeningsvoorwaarden (o.m. leeftijd, verblijfskaart, beroepskaart, leurkaart, arbeidskaart), administratieve verplichtingen t.a.v. de Kruispuntbank van Ondernemingen, sociaal- en arbeidsrechtelijke verplichtingen (o.m. aangifte en bijdrageplicht sociale zekerheid), boekhoudkundige en fiscale verplichtingen, vennootschapsrechtelijke verplichtingen, vergunningen, erkenningen en toelatingen met betrekking tot de beroepsuitoefening, de regelgeving met betrekking tot de openingsuren, voedselveiligheid, rookverbod, milieureglementering e.a. 

        Dit moraliteitsonderzoek wordt, al naargelang het geval, uitgevoerd op de private doch voor het publiek toegankelijke plaats, op de uitbater en desgevallend op de organen van de rechtspersoon. Deze personen dienen meerderjarig te zijn en een recent (= max. 1 maand oud) uittreksel uit het strafregister (art. 595 Sv) voor te leggen, een uittreksel uit het strafregister van het land van de woonplaats of een hieraan gelijkwaardig document, desgevallend behoorlijk beëdigd vertaald.  Voor andere personen die in welke hoedanigheid ook deelnemen of zullen deelnemen aan de uitbating van de instelling, dient de uitbater te verklaren dat niemand van hen valt onder de weigeringsgronden verwoord onder het moraliteitsonderzoek. Alle voormelde personen dienen het bewijs te leveren van hun identiteitsgegevens, met inbegrip van een officiële woonplaats.  

        e. een financieel onderzoek, bestaande uit: 

        • een onderzoek naar de betaling van alle verschuldigde gemeentelijke facturen, van welke aard ook; 

        • een onderzoek gebaseerd op feiten of gebaseerd op een proces-verbaal, of er ernstige aanwijzingen zijn van fraude; 

        • een onderzoek naar herkomst van gelden waarmee investeringen worden gedaan in de zaak, en/of waarmee de aankoop gefinancierd wordt. 

        Het financieel onderzoek wordt uitgevoerd op de uitbater. Indien de uitbater een rechtspersoon is, wordt het financieel onderzoek uitgevoerd op de organen van de uitbater en/of de vertegenwoordigers.  

        f. Een onderzoek om na te gaan of de uitbater of een persoon die betrokken is bij de uitbating al eerder betrokken was bij de exploitatie van een publiek toegankelijke inrichting waar een bestuurlijke maatregel of een gemeentelijke administratieve sanctie aan werd opgelegd of betrokken was bij de uitbating van een publiek toegankelijke inrichting waar overlast werd vastgesteld. 

        §3. Het onderzoek van de voorwaarden wordt verricht door de politie en de daartoe bevoegde externe en interne diensten. De bevoegde diensten moeten op elk moment een controle kunnen uitoefenen op de naleving van wettelijke en reglementaire bepalingen. De burgemeester kan steeds alle nuttige inlichtingen (laten) inwinnen.  

        Artikel 7: inrichtingsvereisten  

        §1. Alle ruimtes in de erotische inrichting moeten op veilige wijze toegankelijk en afsluitbaar zijn.  

        2. Inrichtingselementen (bijvoorbeeld: sfeerelementen, spiegels, sfeerlampen, etc.) mogen in geen geval de veiligheid van de aanwezigen in gevaar brengen. 

        §3. In elke private werkruimte moet een alarm geactiveerd kunnen worden dat duidelijk hoorbaar en zichtbaar is in de hele inrichting waardoor hulp kan worden geboden. 

        §4. De voorzieningen, zoals in artikel 9 opgenomen, moeten aanwezig zijn in de erotische inrichting. Deze voorzieningen moeten voldoen aan de minimale normen voor veiligheid, hygiëne en onderhoud zoals hierna vermeld, onverminderd strengere normen opgelegd door hogere overheden of in andere gemeentelijke reglementen.  

        Artikel 8: hygiënische vereisten 

        §1. Alle ruimtes, voorwerpen en meubilair in de erotische inrichting moeten beantwoorden aan de in het dagelijks verkeer als normaal ervaren vereisten voor frisheid, netheid en hygiëne (bijvoorbeeld: proper vloeroppervlak, proper beddengoed en matras(beschermer), verwijderen van afval). De gezondheid van het cliënteel en de openbare gezondheid mogen nooit gevaar lopen. De constructie van de lokalen moet zodanig zijn dat het onderhoud, de schoonmaak en de desinfectatie onder optimale omstandigheden kan gebeuren. 

        §2. Er moeten voldoende hulpmiddelen en voorzieningen aanwezig zijn die de frisheid, netheid en hygiëne garanderen. 

        §3. De erotische inrichting moet altijd goed onderhouden zijn. De uitbater staat met betrekking tot de inrichting in voor alle herstellingen en onderhoud, van welke aard of oorzaak ook, met inbegrip van overmacht, slijtage, ouderdom, normaal gebruik en verborgen gebreken. Deze regel geldt ook als onderhoud of herstellingen nodig zijn als gevolg van een fout van personeel, bezoekers of andere derden. 

        §4. De ruimtes die betrokken zijn bij de uitbating, de technische installaties voor nutsvoorzieningen en andere inrichtingselementen:  

        • mogen geen gebreken vertonen waardoor ze gebruiksonveilig zijn of dreigen te worden; 

        • mogen geen vocht van welke aard ook doorlaten en/of schimmelvorming vertonen; 

        • mogen niet beschadigd of versleten zijn aan de afwerking zoals doorbuiging van daken, vervorming of scheurvorming van muren, gaten in vloeren, houtrot van ramen en deuren, versleten vloerbedekking, gescheurd behang, afbladderende verf, barsten in sanitair, etc. 

        §5. Het sanitair moet minstens gemeenschappelijk en te allen tijden beschikbaar zijn in de erotische inrichting en bestaat uit: 

        Toiletten en een lavabo: 

        • moeten toegankelijk zijn voor bezoekers en personeel; 

        • hebben een goed functionerende waterspoeling en geurafsnijder; 

        • hebben goed functionerende verluchting en verlichting; 

        • beschikken over toiletpapier en afvalbakjes; 

        • zijn ruimtes of zijn deel van ruimtes waarvan de grond, scheidingswanden en muren bedekt zijn met tegels, met een laag glad cement of met ander duurzaam en volledig waterdicht materiaal, zodat ze bestand zijn tegen een dagelijkse schoonmaak met water; 

        • hebben deuren die afwasbaar zijn; 

        • worden minstens één keer per dag schoongemaakt. 

        Wasbak(ken) en douche(s): 

        • zijn aangesloten op een afvoerkanaal zonder geurhinder; 

        • beschikken over warm en koud stromend water; 

        • worden goed verlucht en verlicht; 

        • zijn ruimtes of zijn deel van ruimtes waarvan de grond, scheidingswanden en muren bedekt zijn met tegels, met een laag glad cement of met ander duurzaam en volledig waterdicht materiaal, zodat ze bestand zijn tegen een dagelijkse schoonmaak met water; 

        • hebben deuren die afwasbaar zijn; 

        • worden minstens één keer per dag schoongemaakt. 

        §6. In het bijzonder moeten in de erotische inrichting minstens aanwezig zijn: 

        • gratis ter beschikking gestelde voorbehoedsmiddelen; 

        • de mogelijkheid om elke ruimte te verwarmen: verwarmingsmiddelen moeten voldoende veilig zijn om de ruimte te kunnen verwarmen; 

        • de mogelijkheid om elke ruimte te verlichten en te verluchten; 

        • afvalemmers in de verschillende ruimtes (toiletten, werkruimtes); 

        • een verbanddoos met minimum volgende inhoud: ontsmettingsmiddel voor open wonden (klaar voor gebruik), ontsmettingsmiddel voor materiaal (pincet, schaar, naald) of eigen handen, ontsmettingsalcohol 70%, individueel verpakte steriele kompressen, rolletje hypoallergene kleefpleister, individueel verpakte steriele wondpleisters, elastische verbanden, fijn inox schaartje, fijn inox splinterpincet, neutrale zeep (bij

        voorkeur vloeibaar), een zuivere handdoek en washandje, ijszakjes voor diepvriezer of instant ice, één paar niet steriele latex handschoenen en 30 ml antiseptische oplossing; 

        • een lijst met contactgegevens van politie en hulpdiensten. Deze lijst moet op een voor iedereen zichtbare plaats hangen; 

        • een met slot afsluitbare kast voor elke persoon die in de erotische inrichting werkt;  •      afsluitbare flesjes wanneer massageolie of glijmiddel gebruikt wordt; 

        • in werkruimtes: 

        • moet elk(e) bed, zetel, matras of ander meubilair of materiaal onmiddellijk met water en zeep afwasbaar zijn; 

        • mag de toegangsdeur van binnen met slot afsluitbaar zijn op voorwaarde dat het middel om deze deur van buitenaf te ontsluiten steeds aanwezig en bereikbaar is (bijvoorbeeld: sleutel, passe-partout, codebediening) en dit ook steeds mogelijk is. 

        §7. De uitbater dient alle mogelijke maatregelen conform de van toepassing zijnde regelgeving, normen en code van goede praktijken te treffen om lawaai- en geurhinder naar de omgeving te voorkomen.  

        Artikel 9: modaliteiten  

        §1. De vergunning is geldig vanaf de datum die vermeld wordt in de vergunning. 

        §2. De burgemeester kan beslissen om de vergunning te beperken in de tijd en/of bepaalde voorwaarden te koppelen aan de vergunning. 

        §3. Dit reglement dient nageleefd te worden zolang de uitbating duurt.  

        §4. De politie of controlerend ambtenaar kan ten allen tijde een of meerdere geactualiseerde documenten opvragen die overeenkomstig artikel 5 aan de aanvraag toegevoegd moeten worden. De uitbater is ertoe gehouden deze documenten uiterlijk binnen 2 weken aan de politie of controlerend ambtenaar te bezorgen. 

        §5. De uitbater van een erotische inrichting is verplicht om degelijke en goed bereikbare vuilnisbakken in of bij zijn inrichting te plaatsen indien de gemeente dit noodzakelijk acht. Hij moet instaan voor het rein houden van deze vuilnisbakken, het ledigen en bergen ervan, alsook voor het reinigen van het terrein rond zijn inrichting, zijnde het privéterrein waarop de inrichting is gevestigd alsook op de voorliggende openbare weg. Tevens dient men achtergelaten zwerfvuil rondom de inrichting op te ruimen.  

        §6. De uitbater en/of de verantwoordelijke en/of de uitbating moet te allen tijde voldoen aan volgende voorwaarden: 

        • gratis toegang verlenen aan hulpverlening, die hulpverlening, screening en vaccinatie aanbiedt voor beroepsgebonden risico’s; 

        • sensibiliseren over condoomgebruik en veilige seks; 

        • tijdens de uitbating ononderbroken de aanwezigheid verzekeren van een verantwoordelijke; 

        • de ruimtes die deel uit maken van de erotische inrichting niet gebruiken of laten gebruiken als huisvesting, logies of overnachtingsplaats; 

        • in afwijking van de stedenbouwkundige voorschriften van de gemeente Hamme, ramen en deuren van lokalen die aan de openbare ruimte grenzen (behoudens de ramen van de vitrines) ondoorzichtig maken, zonder negatieve impact op het straatbeeld, zonder de tussenkomsten van controle-en hulpdiensten te belemmeren en zonder storend effect op de openbare orde. 

        Artikel 10: controle 

        De bevoegde personen kunnen inzage hebben in alle documenten die deel uitmaken van het administratief onderzoek voor het verkrijgen en behouden van de vergunningen.

        Artikel 11: weigeringsgronden 

        §1. De burgemeester kan de uitbatingsvergunning weigeren:  

        • indien de openbare orde gevaar loopt; 

        • indien de onderzoeken, die voorafgaan aan het verlenen van de toelating, negatief worden geadviseerd; 

        • indien niet voldaan is aan de wettelijke of reglementaire bepalingen en voorwaarden van toepassing op de inrichting. 

        §2. Een nieuwe identieke aanvraag van dezelfde uitbater en voor dezelfde vestigingseenheid volgend op een geweigerde aanvraag, kan ten vroegste 6 maanden na de datum vermeld in de weigeringsbeslissing worden ingediend, op straffe van onontvankelijkheid. Deze nieuwe aanvraag dient vergezeld te zijn van een schriftelijke verklaring ondertekend door de uitbater, waarin is bevestigd dat alle voorwaarden vermeld in dit reglement vervuld zijn.  

        Artikel 12: verval van de vergunning 

        De uitbatingsvergunning vervalt van rechtswege: 

        • op het moment dat de uitbating van de inrichting voor een periode van langer dan 6 maanden feitelijk is onderbroken, tenzij dit het gevolg is van een maatregel van de overheid die niets te maken heeft met de uitbater of de manier van uitbaten; 

        • in geval van faillissement; 

        • in geval van gerechtelijke verzegeling; 

        • in geval van een gerechtelijk beroepsverbod voor één van de (rechts)personen die in welke hoedanigheid ook betrokken is bij de uitbating van de seksuitbating; 

        • in geval van ontbinding van de rechtspersoon; 

        • in geval van schrapping van de uitbating of van de betrokken vestiging uit de Kruispuntbank van Ondernemingen; 

        • bij wijziging van de uitbater; 

        • bij verval van de relevante omgevingsvergunning. 

        Artikel 13: handhaving 

        §1. Conform artikel 121 van de Nieuwe Gemeentewet worden inbreuken op artikel 3 van dit reglement bestraft met politiestraffen. 

        §2. Voor zover wetten, besluiten, decreten, algemene en provinciale reglementen en verordeningen geen andere straffen voorzien, kunnen inbreuken op alle andere artikelen van dit reglement, gesanctioneerd worden met een gemeentelijke administratieve sanctie: 

        • een administratieve geldboete, of een alternatieve maatregel hiervoor 

        of  

        • een administratieve schorsing of intrekking van een door de gemeente afgeleverde toelating of vergunning, en/of een tijdelijke of definitieve sluiting van een instelling. 

        §3. Onverminderd het voorgaande, kan de politie bij vaststelling van een seksinrichting zonder vergunning de inrichting onmiddellijk en ter plaatse sluiten.

      • Hulpverleningszone Oost - dotatie 2024 - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • De wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid (B.S. 31 juli 2007 en wijzigingen van deze wet) en de uitvoeringsbesluiten.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2019 betreffende de goedkeuring van de hernieuwde samenwerkingsovereenkomst tussen Hulpverleningszone Oost en de gemeenten die behoren tot deze Hulpverleningszone: Berlare, Buggenhout, Dendermonde, Hamme, Lebbeke, Lokeren en Zele.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
        • Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

        OVERWEGINGEN:

        • In de zoneraad van 17 november 2023 van de Hulpverleningszone OOST werd de begroting 2024 goedgekeurd.
        • De verdeelsleutel voor de berekening van de dotatie werd in consensus bepaald tussen de deelnemende lokale besturen en de hulpverleningszone OOST
        • In het ontwerpbudget 2024 worden voorzien:
          • onder de jaarbudgetrekening 2024/GBB/0410-00/6494000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN voor een bedrag van 504.279 euro aan werkingssubsidies
          • onder de jaarbudgetrekening 2024/GBB/0410-01/6494000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN voor een bedrag van 45.211,- euro als bijkomende dotatie m.b.t. de erkentelijkheidspremies
          • en onder de jaarbudgetrekening 2024/GBB/0420-00/6494000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN voor een bedrag van 3.500,- aan subsidies m.b.t. de meerkost van de ambulancedienst.

        BESLUIT:

        Artikel 1: De totale dotatie van de gemeente Hamme aan de hulpverleningszone OOST vast te stellen op 553.633 euro.

        Artikel 2: De werkingssubsidies voor de brandweer in de meerjarenplanaanpassing 6 2020-2026 onder jaarbudgetrekening 2024/GBB/0410-00/6494000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN in te schrijven voor 504.922,- euro.

        Artikel 3: De werkingssubsidies m.b.t. de erkentelijkheidspremies in de meerjarenplanaanpassing 6 2020-2026 onder jaarbudgetrekening 2024/GBB/0410-00/6494000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN in te schrijven voor 45.211,- euro.

        Artikel 4: De werkingssubsidies m.b.t. de meerkost van de gemeentelijke ambulancedienst in de meerjarenplanaanpassing 6 2020-2026 onder jaarbudgetrekening 2024/GBB/0420-00/6494000/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN in te schrijven voor 3.500,- euro.

        Artikel 5: Dit besluit in het kader van het specifiek toezicht over te maken aan de Gouverneur van de Provincie Oost-Vlaanderen.

      • Politiezone Hamme-Waasmunster – dotatie 2024 – besluit

        REGELGEVING:

        • De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst (WGP), gestructureerd op twee niveaus, inzonderheid de artikelen 40, 71, 72, 73, 74, 75 en 76 en latere wijzigingen.
        • Artikel 34 van de WGP waarbij onder meer artikel 252 van de Nieuwe Gemeentewet van toepassing wordt verklaard op het budgettaire en financieel beheer van de lokale politie en krachtens hetwelk de begroting van de politiezone in geen enkel geval een deficitair saldo, noch een fictief evenwicht of een fictief batig saldo mag vertonen.
        • Artikel 208 van de WGP, houdende wijziging van artikel 255 van de NGW, waardoor de gemeenteraad verplicht is om elk jaar de kosten op de gemeentebegroting te brengen die ten laste worden gelegd van de gemeente door of krachtens de WGP met inbegrip van de dotatie van de gemeente aan de politiezone.

        OVERWEGINGEN:

        • Het evenwicht in de gewone dienst van de politiebegroting dat tot stand komt door een dotatie van de gemeenten aan de politiezone die gelijk is aan het verschil tussen de gewone uitgaven en gewone ontvangsten van de politiebegroting.
        • De gemeentelijke dotatie die het sluitstuk vormt van de politiebegroting.
        • De verdeelsleutel, in consensus bepaald tussen de gemeente Hamme en Waasmunster, op 68,25% voor de gemeente Hamme en 31,75% voor de gemeente Waasmunster.
        • De mededeling van de bijzondere rekenplichtige van de politiezone Hamme/Waasmunster met het bedrag van de dotatie aan de politiezone ten laste van de gemeente Hamme, zijnde 4.600.713 euro.

        BESLUIT:

        Artikel 1: De dotatie van de gemeente Hamme aan de politiezone Hamme-Waasmunster vast te stellen op 4.600.713 euro.

        Artikel 2: Deze dotatie in te schrijven in aanpassing 6 van het meerjarenplan 2020-2026 onder jaarbudgetrekening 2024/GBB/0400-00/6496400/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN voor een bedrag van 4.600.713 euro.

      • Onderhouds-, ruimings- en herstellingswerken aan de waterlopen 3° categorie - opgave diverse Polderbesturen dienstjaar 2024 - advies - besluit

        REGELGEVING:

        • De wet van 28 december 1967 betreffende de onbevaarbare waterlopen en zijn latere wijzigingen.
        • Het besluit van de Vlaamse Regering van 19 december 2008 houdende de samensmelting van de Polder Hamme – Moerzeke, de Polder Durme Zuid-Oost, de Polder Durme Noord-West, de Polder Durme Noord-Oost, de Polder van Grembergen en de Polder Sint-Onolfs en een grensaanpassing tot een nieuwe polder met als naam Polder Schelde Durme Oost.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.

        OVERWEGINGEN:

        • De ingediende inschrijving met kostenraming van de uit te voeren ruimings-, onderhouds- en herstellingswerken aan onbevaarbare waterlopen van de derde categorie, dienstjaar 2024, door navolgende polders:
          • Polder Schelde Durme Oost: 177.672,92 euro
          • Polder tussen Schelde en Durme: 3.859,69 euro
        • De collegebeslissing van 05 december 2023 waarin het college akte heeft genomen van de voorgestelde programma’s van de verschillende Polderbesturen en dat er binnen de eerder gemaakte afspraken qua budgettaire planning voor de twee polders samen 150.000 euro zal worden voorzien. De programma's zullen pro rato worden aangepast.
        • Voorgesteld wordt om voorwaardelijk gunstig advies te verlenen aan de ingediende onderhoudsprogramma’s met voorlopige raming van de uit te voeren onderhoudswerken aan waterlopen van 3° categorie voor de voormelde Polderbesturen in 2024, dit evenwel binnen de eerder gemaakte afspraken dat qua budgettaire planning voor de twee polders samen, 150.000 euro zal worden voorzien.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Agnes Onghena, Gilles Verbeke
        Resultaat: Met 21 stemmen voor, 2 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Voorwaardelijk gunstig advies te verlenen aan de ingediende beschrijving met voorlopige raming van de uit te voeren onderhoudswerken aan de waterlopen van 3° categorie, dienstjaar 2024. De ingediende programma's worden pro rato aangepast naar het afgesproken bedrag dat werd overeenkomen nav de budgettaire planningen, nl. 150.000 euro per jaar.

        • Polder tussen Schelde en Durme: 3.195 euro
        • Polder Schelde Durme Oost: 146.805 euro

        Artikel 2: De noodzakelijke budgettaire middelen voor de onderhoudswerken aan erkende waterlopen van 3° categorie te voorzien in volgende jaarbudgetrekening in MJP2020_2025 nl. 2024/GBB/0310-00/6496400/GEMEENTE/CBS/IP-GEEN.

        Artikel 3: Een afschrift van dit besluit over te maken aan de Gouverneur van Oost-Vlaanderen, de verschillende Polderbesturen en de financiële dienst.

      • Eredienst - Meerjarenplanaanpassing 2020-2025 dienstjaar 2023 bij budgetwijziging 2023 en 2024 van het eredienstbestuur Sint-Anna - goedkeuring - besluit.

        REGELGEVING:

        • Het eredienstendecreet van 7 mei 2004 en latere wijzigingen, in het bijzonder artikel 2, 41 tot en met 44 met betrekking tot het meerjarenplan.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40, §1 met betrekking tot de bevoegdheden van de gemeenteraad.
        • Het ministerieel besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst.
        • Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, in het bijzonder artikel 6 tot en met 16 met betrekking tot het meerjarenplan.

        OVERWEGINGEN:

        • De afsprakennota met het centraal kerkbestuur Hamme over het meerjarenplan 2020-2025 van 18 juni 2019.
        • De beslissing van 24 mei 2023 van het kerkbestuur Sint-Anna tot vaststelling van aanpassing 4 van het goedgekeurde meerjarenplan 2020-2025.
        • Het overleg tussen het centraal kerkbestuur Hamme en een afvaardiging van het gemeentebestuur van Hamme op 18 juli 2023.
        • De inzending van de wijziging van het meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Anna op 29 juli 2023.
        • Het aangepast meerjarenplan 2020-2025 van de gemeente Hamme waarin de budgetten opgenomen zijn.
        • De aangevraagde wijzigingen van het meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Anna houden geen wijzigingen in van de gemeentelijke exploitatietoelage; de ongebruikte investeringstoelage uit 2023 wordt opgenomen in 2024.

        BESLUIT:

        Artikel 1: Keurt de bij dit besluit gevoegde meerjarenplanwijziging 2020-2025 dienstjaar 2023 bij budgetwijziging 2023 en budget 2024 van het eredienstbestuur Sint-Anna goed.

      • Eredienst - Meerjarenplanaanpassing 2020-2025 dienstjaar 2023 van het eredienstbestuur Sint-Martinus - goedkeuring - besluit.

        REGELGEVING:

        • Het eredienstendecreet van 7 mei 2004 en latere wijzigingen, in het bijzonder artikel 2, 41 tot en met 44 met betrekking tot het meerjarenplan.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 40, §1 met betrekking tot de bevoegdheden van de gemeenteraad.
        • Het ministerieel besluit van 27 november 2006 tot vaststelling van de modellen van de boekhouding van de besturen van de eredienst.
        • Het besluit van de Vlaamse regering van 13 oktober 2006 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, in het bijzonder artikel 6 tot en met 16 met betrekking tot het meerjarenplan.

        OVERWEGINGEN:

        • De afsprakennota met het centraal kerkbestuur Hamme over het meerjarenplan 2020-2025 van 18 juni 2019.
        • De beslissing van 7 juni 2023 van het kerkbestuur Sint-Martinus tot vaststelling van aanpassing het goedgekeurde meerjarenplan 2020-2025 in dienstjaar 2023.
        • Het overleg tussen het centraal kerkbestuur Hamme en een afvaardiging van het gemeentebestuur van Hamme op 18 juli 2023.
        • De inzending van de wijziging van het meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Martinus op 29 juli 2023.
        • Het aangepast meerjarenplan 2020-2025 van de gemeente Hamme waarin de budgetten opgenomen zijn.
        • De aangevraagde wijzigingen van het meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Martinus houden geen wijzigingen in van de gemeentelijke exploitatietoelage. Een gemeentelijke investeringstoelage is vanaf 2023 niet meer opgenomen in de meerjarenplanning voor kerkfabriek Sint-Martinus.

        BESLUIT:

        Artikel 1: Keurt de bij dit besluit gevoegde meerjarenplanwijziging 2020-2025 dienstjaar 2023 van het eredienstbestuur Sint-Martinus goed.

      • Prefinancieringsovereenkomst project Veldstraat - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
        • Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen.
        • Bestuursdecreet van 7 december 2018.
        • Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
        • Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten.
        • Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
        • Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

        OVERWEGINGEN:

        • De beslissing om over te gaan tot ontbinding en vereffening van NV Baantje, de huidige eigenaar van de site Veldstraat, waardoor het beheer en (her)ontwikkelen ervan overgenomen moeten worden. De kosten voor overname en (her)ontwikkeling vallen echter buiten de begroting en investeringsmogelijkheden van het autonoom gemeentebedrijf HIM (Hamse InvesteringsMaatschappij) en/of de gemeente.
        • Het college van burgemeester en schepenen op 4 januari 2022 opdracht gaf aan DDS om onder het dienstverleningscontract voor projectregie (21/GP/HA-2/007) een ontwikkelingsvisie en -strategie uit te werken.
        • Het desbetreffend projectrapport "Veldstraat Hamme" betreffende de transformatie van het industrieel complex en KMO-zone van 12 september 2023.
        • De optie om de eigendomsoverdracht te laten verlopen via een prefinancieringsovereenkomst tussen DDS en de gemeente Hamme, waarbij enerzijds een ontwikkeling voor gemeenschapsdoeleinden door DDS in naam en voor rekening van Hamme , anderzijds een aankoop en private KMO- en eventuele woonontwikkeling via eenzelfde overheidsopdracht kan worden gerealiseerd, waarna de niet-private infrastructuur (aan kostprijs voor de realisatie) door Hamme mee met het onroerend goed wordt overgekocht.
        • De projectoproep van VLAIO "Aanvraag aankoop en transformatie van leegstaande panden met het oog op het ondersteunen van het lokaal ondernemerschap" waarop werd ingeschreven en waaronder een subsidie van 500.000 € werd toegekend.
        • De validatie van de "Tarievenlijst DDS 2024" en "Projectfinancieringsmethodiek" door de Raad van Bestuur DDS van 11 december 2023.

        BESLUIT:

        Artikel 1 : De prefinancieringsovereenkomst met dienstverlenende vereniging DDS met betrekking tot de aankoop en ontwikkeling van een KMO-zone "Veldstraat" wordt goedgekeurd.
        Artikel 2 : Krediet voor de kosten van de prefinancieringsovereenkomst is voorzien in de meerjarenplanning.

        Artikel 3 : DDS zal verder fungeren als projectregisseur voor de realisatie van het project "Veldstraat".

      • Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme - Hamse Investeringsmaatschappij - prijssubsidiereglement 2024 - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • Artikel 40 en 41 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

        • Artikel 10 van de beheersovereenkomst tussen AGB HIM en de gemeente (raad van bestuur HIM 20/6/2019 - gemeenteraad 11/9/2019) regelt de prijssubsidies die de gemeente toekent aan het AGB.

        OVERWEGINGEN:

        • Om economisch leefbaar te zijn is het nodig dat:
          • Het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij vanwege de gemeente Hamme prijssubsidies ontvangt als vergoeding voor de toegangsgelden voor de vrijetijdsinfrastructuur (sport) te Hamme.
          • Het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij vanwege de Gemeente Hamme prijssubsidies ontvangt als vergoeding voor de beheerde ondergrondse parkings te Hamme.
        • Het voorstel van prijssubsidiereglement vanwege het college van burgemeester en schepenen.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils
        Resultaat: Met 19 stemmen voor, 4 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: De gemeenteraad bevestigt de prijssubsidiefactoren van het prijssubsidiereglement voor het boekjaar 2023 t.e.m. november ten voordele van het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij, zoals vastgesteld op 14 december 2022.

        Artikel 2: De gemeenteraad bevestigt de aanpassing van het prijssubsidiereglement voor december 2023, ten voordele van het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij, zoals vastgesteld op 13 november 2023.

        Artikel 3: PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT AGB Hamse Investeringsmaatschappij - boekjaar 2024 - parking Nieuwstraat/Nieuwemarkt:

        §1. Het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij heeft haar inkomsten en uitgaven geraamd voor het boekjaar 2024. Op basis van deze ramingen heeft het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij vastgesteld dat voor het kalenderjaar 2024 de inkomsten uit de toegangsgelden voor de parkings te Hamme minstens € 323 896,80, exclusief BTW, dienen te bedragen om economisch rendabel te zijn.

        §2. Om economisch rendabel te zijn wenst het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij vanaf 1 januari 2024, de voorziene toegangsprijzen (inclusief btw) voor de toegang parkings te vermenigvuldigen met 3,56 .

        De gemeente Hamme erkent dat het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij, op basis van deze ramingen, de voorziene toegangsprijzen (inclusief btw) voor de toegangsgelden parkings te Hamme dient te vermenigvuldigen met een factor 3,56 om economisch rendabel te zijn.

        §3. Rekening houdend met de leefbaarheid en mobiliteit in het centrum van de gemeente wenst de gemeente Hamme dat er tijdens het boekjaar 2024 geen prijsverhogingen doorgevoerd worden ten aanzien van gebruikers van de parkings. De gemeente Hamme wenst immers de toegangsgelden te beperken opdat de parkings maximaal toegankelijk zijn voor iedereen. De gemeente Hamme verbindt er zich toe om voor de periode vanaf 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024 deze beperkte toegangsgelden te subsidiëren middels de toekenning van prijssubsidies.

        De waarde van de prijssubsidie toegekend door de gemeente Hamme voor de toegangsgelden voor de parkings te Hamme bedraagt de prijs (inclusief btw) die de bezoeker voor recht op toegang betaalt, vermenigvuldigd met een factor 3,56 voor 2024.

        De gesubsidieerde toegangsgelden (inclusief btw) kunnen steeds geherevalueerd worden in het kader van een periodieke evaluatie van de totale exploitatieresultaten van het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij. In de mate er een prijssubsidieaanpassing noodzakelijk is zal de gemeente Hamme deze steeds documenteren.

        §4. Het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij moet op de 5de werkdag van elke kwartaal de gemeente Hamme een overzicht bezorgen van het aantal gebruikers waaraan recht op toegang is verleend tijdens het voorbije kwartaal tot de parkings. Dit overzicht dient tevens het bedrag aan te betalen prijssubsidies te bevatten. De afrekening van deze prijssubsidies zal gebeuren middels de uitreiking van een debetnota die het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij uitreikt aan de gemeente Hamme. De gemeente Hamme dient deze debetnota te betalen aan het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij binnen de 5 werkdagen na ontvangst.

        Artikel 4: PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT AGB Hamse Investeringsmaatschappij - boekjaar 2024 - vrijetijdsinfrastructuur (sport):


        §1. Het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij heeft haar inkomsten en uitgaven geraamd voor het boekjaar 2024. Op basis van deze ramingen heeft het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij vastgesteld dat voor het kalenderjaar 2024 de inkomsten uit de toegangsgelden voor de vrijetijdsinfrastructuur te Hamme minstens € 387 161,60, exclusief BTW, dienen te bedragen om economisch rendabel te zijn.

        §2. Om economisch rendabel te zijn wenst het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij vanaf 1 januari 2024 de voorziene toegangsprijzen (inclusief btw) voor de toegang vrijetijdsinfrastructuur te vermenigvuldigen met 10,92.

        De gemeente Hamme erkent dat het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij, op basis van deze ramingen, de voorziene toegangsprijzen (inclusief btw) voor de toegangsgelden vrijetijdsinfrastructuur te Hamme dient te vermenigvuldigen met een factor 10,92 om economisch rendabel te zijn.

        §3. De gemeente Hamme wenst dat er tijdens het boekjaar 2024 geen prijsverhogingen doorgevoerd worden ten aanzien van gebruikers van de vrijetijdsinfrastructuur. De gemeente Hamme wenst immers de toegangsgelden te beperken opdat de vrijetijdsinfrastructuur maximaal toegankelijk zijn voor iedereen. De gemeente Hamme verbindt er zich toe om voor de periode vanaf 1 januari 2024 tot en met 31 december 2024 deze beperkte toegangsgelden te subsidiëren middels de toekenning van prijssubsidies.

        De waarde van de prijssubsidie toegekend door de gemeente Hamme voor de toegangsgelden voor de vrijetijdsinfrastructuur te Hamme bedraagt de prijs (inclusief btw) die de bezoeker voor recht op toegang betaalt vermenigvuldigd met een factor 10,92 voor 2024.

        De gesubsidieerde toegangsgelden (inclusief btw) kunnen steeds geherevalueerd worden in het kader van een periodieke evaluatie van de totale exploitatieresultaten van het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij. In de mate er een prijssubsidieaanpassing noodzakelijk is zal de gemeente Hamme deze steeds documenteren.

        §4. Het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij moet op de 5de werkdag van elke kwartaal de gemeente Hamme een overzicht bezorgen van het aantal gebruikers waaraan recht op toegang is verleend tijdens het voorbije kwartaal tot de vrijetijdsinfrastructuur. Dit overzicht dient tevens het bedrag aan te betalen prijssubsidies te bevatten. De afrekening van deze prijssubsidies zal gebeuren middels de uitreiking van een debetnota die het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij uitreikt aan de gemeente Hamme. De gemeente Hamme dient deze debetnota te betalen aan het Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij binnen de 5 werkdagen na ontvangst.

        Artikel 5: De provinciegouverneur in kennis te stellen van dit besluit op de wijze zoals bepaald in artikel 231, derde lid van het Decreet over het lokaal bestuur.

      • Gemeentelijk Autonoom Bedrijf Hamme - Hamse Investeringsmaatschappij - meerjarenplanning 2020-2026 - aanpassing 4 - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 242 dat bepaalt dat de raad van bestuur van een AGB het meerjarenplan en de aanpassingen daarvan vastlegt en deze ter goedkeuring voorlegt aan de gemeenteraad.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 11 september 2019 inzake de beheersovereenkomst tussen de gemeente Hamme en het Gemeentelijk autonoom bedrijf Hamme - Hamse investeringsmaatschappij.

        OVERWEGINGEN:

        • De meerjarenplanaanpassing 4 2020-2026 die werd vastgesteld door de raad van bestuur van het Autonoom Gemeentebedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij op 23 november 2023 en zoals het in bijlage is gevoegd.
        • De motivering van de aanpassingen van de kredieten zoals opgenomen in het dossier.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils
        Resultaat: Met 19 stemmen voor, 4 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Keurt goed de meerjarenplanaanpassing 2020-2026/4 van het Autonoom Gemeentebedrijf Hamme Hamse Investeringsmaatschappij (AGB HIM), zoals gevoegd bij dit besluit voor goedkeuring van de kredieten 2023 en 2024.

        Artikel 2: Afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan het AGB HIM.

      • Lijst nominatieve subsidies 2023 - aanpassing - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • De wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige subsidies.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder art. 41 23° dat bepaalt dat het toekennen van nominatieve subsidies niet kan worden toevertrouwd aan het college van burgemeester en schepenen.
        • Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus, zoals gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2018.

        OVERWEGINGEN:

        • Jaarlijks een lijst wordt opgemaakt van nominatieve subsidies, die niet onderworpen zijn aan een subsidiereglement. De nodige kredieten hiervoor zijn opgenomen in het meerjarenplan, maar de lijst aan wie deze worden toegekend maakt hier geen onderdeel meer van uit en wordt bijgevolg niet langer automatisch vastgesteld bij de vaststelling van het meerjarenplan. Het is de gemeenteraad die bevoegd is tot het toekennen en aanpassingen ervan goed te keuren. 
        • Als enige wijziging noteren we de toevoeging van:
          • VK Robur vzw 0413.103.994 voor € 150.000.
          • Deze subsidie wordt toegekend op basis van het voorleggen van facturen van de uitgevoerde infrastructuurwerken. Een eerste schijf van max. € 57.000 wordt zonder beperking uitbetaald, daarna wordt à rato van 50% van het factuurbedrag incl. btw uitbetaald, maar dit voor zover de btw niet in aftrek wordt genomen. 

        BESLUIT:

        Artikel 1: De nominatieve subsidies voor het jaar 2023 worden als volgt vastgesteld:

        BP2020_2026-6/2023/ACT-1202/0310-00/6640000/GEMEENTE/CBS/390/IP-GEEN/U
        Toegestane investeringssubsidies
            Begunstigde: Polder Schelde Durme Oost
            Bedrag: 351.334,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0420-00/6494000/GEMEENTE/CBS/433/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan andere overheidsinstellingen
            Begunstigde: EVA Dienst 112 Hamme VZW 0686 707 738
            Bedrag: 121.000,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-1326/0470-00/6496300/GEMEENTE/CBS/800/IP-066/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Eefs Hoekje VZW 768 834 569
            Bedrag: 500,00
            Begunstigde: Kattenopvang Waasland vzw BE0563.532.089
            Bedrag: 500,00
            Begunstigde: Kattuis VZW 843.795.377
            Bedrag: 500,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-447/0500-00/6496999/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Andere toegestane werkingssubsidies
            Begunstigde: Ondernemend Hamme VZW 0897.731.040
            Bedrag: 18.500,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0520-00/6496300/GEMEENTE/CBS/433/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: EVA TOERISME
            Bedrag: 32.350,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0520-00/6496300/GEMEENTE/CBS/440/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Regionaal Landschap Schelde Durme vzw 0889.859.093
            Bedrag: 2.348,35
            Begunstigde: Regionaal Landschap Schelde Durme vzw 0889.859.093
            Bedrag: 2.384,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0521-00/6496300/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Wuitenscomité vzw 0448.711.706
            Bedrag: 13.168,75
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0530-00/6496999/GEMEENTE/CBS/500/IP-GEEN/U
        Andere toegestane werkingssubsidies
            Begunstigde: Bedrijfsgilde Hamme bij Van Avermaet Theo RR64.05.19-077.53
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: Dierenwelzijn MILADI
            Bedrag: 1.500,00
            Begunstigde: Jaarmarktcomité Broekstraat Florkin Natasja RR71.03.25-170.10
            Bedrag: 1.750,00
            Begunstigde: Jaarmarktcomité Hamme bij Lin De Munck RR86.10.27-166.27
            Bedrag: 3.500,00
            Begunstigde: Jaarmarktcomité Hamme-Sint Anna bij Bart Dierick RR82.01.15-081.34
            Bedrag: 1.750,00
            Begunstigde: Jaarmarktcomité Hamme-Zogge bij Schram Evelyn RR89.08.30-206-43
            Bedrag: 1.750,00
            Begunstigde: Jaarmarktcomité Kastel bij De Corte Bart RR89.08.30-206.43
            Bedrag: 1.750,00
            Begunstigde: Jaarmarktcomité Moerzeke bij Osselaer Marc RR53.03.31-201.03
            Bedrag: 2.625,00
            Begunstigde: Landbouwcomité bij Vehent André 45.11.29-085.67
            Bedrag: 200,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0550-00/6496300/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Maatwerkbedrijf Spoor2 vzw 0454.343.743
            Bedrag: 20.000,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0705-00/6496300/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Carnavalshallen  Hamme & Moerzeke  0670.928.313
            Bedrag: 6.600,00
            Begunstigde: De Vrienden van de durme- en scheldehoek vzw 0409.326.835
            Bedrag: 10.000,00
            Begunstigde: subsidie aan Dekenale Werken vzw - O.N. 408 166 003 (Neerlandt)
            Bedrag: 1.000,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-324/0705-01/6496999/GEMEENTE/CBS/433/IP-GEEN/U
        Andere toegestane werkingssubsidies
            Begunstigde: EVA Jan Tervaert VZW 0450.210.949
            Bedrag: 40.000,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0710-00/6496999/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Andere toegestane werkingssubsidies
            Begunstigde: FANTASIA vzw 0536.278.455
            Bedrag: 5.000,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0710-00/6496300/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Carnavalcomité Moerzeke vzw 0849 582 715
            Bedrag: 5.000,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0710-00/6496300/GEMEENTE/CBS/500/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: AB Hamme bij De Geyter Michel RR 57.07.13-093.84
            Bedrag: 125,00
            Begunstigde: AB Moerzeke bij de Geyter Michel RR 57.07.13-093.84 125
            Bedrag: 125,00
            Begunstigde: De Bolhoeden bij Van Geyte Denis RR 31.06.29-283.25
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: Hamse Wuiten bij Van Moortel Joris RR 86.06.07-043.43
            Bedrag: 1.325,00
            Begunstigde: nieuwe aanvragen op voorstel van het college
            Bedrag: 125,00
            Begunstigde: NSB Moerzeke bij Smet Michaël RR 37.01.17-295.76
            Bedrag: 125,00
            Begunstigde: Oudstrijders Sint Anna bij Vehent André RR45.11.29-085.67
            Bedrag: 125,00
            Begunstigde: Oudstrijders Zogge bij Lauwaert Basile RR 46.09.01-081.45
            Bedrag: 125,00
            Begunstigde: Sint Martinusfeesten bij Van Breda Karel RR 38.05.25-287.87
            Bedrag: 735,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0710-00/6496200/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan bedrijven
            Begunstigde: FIETS-PROMO 0447.414.280
            Bedrag: 10.000,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-1352/0729-00/6496300/GEMEENTE/CBS/440/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Projectvereniging Regionaal Landschap Schelde-Durme 0680.397.590
            Bedrag: 10.000,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0740-00/6496999/GEMEENTE/CBS/432/IP-GEEN/U
        Andere toegestane werkingssubsidies
            Begunstigde: EVA Sportcentra vzw 0413.691.043
            Bedrag: 30.000,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0740-00/6496300/GEMEENTE/CBS/500/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Gemeentelijke sportraad secretaris Ygor De Bondt RR91011039955
            Bedrag: 3.937,50
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0740-00/6496300/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: KFC Vigor Wuitens Hamme vzw 0415.009.849
            Bedrag: 22.000,00
            Begunstigde: SVK Zogge - Voetbalpromo 0692.758.657
            Bedrag: 2.200,00
            Begunstigde: VK Robur vzw 0413.103.994
            Bedrag: 3.952,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0742-07/6496300/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: F.C. BONDGALM.BOS vzw ON 0414.326.491
            Bedrag: 1.100,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-1459/0742-07/6640000/GEMEENTE/CBS/480/IP-GEEN/U
        Toegestane investeringssubsidies
            Begunstigde: VK Robur vzw 0413.103.994
            Bedrag: 150.000,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-247/0750-00/6496300/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Habbekrats vzw 0445 495 561
            Bedrag: 40.000,00
            Begunstigde: Jeugdhuis 't Klokhuis vzw 0852 002 864
            Bedrag: 37.000,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-247/0750-00/6496300/GEMEENTE/CBS/500/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Colman Bertrand RR48111533707 voor Kindercarnaval Moerzeke
            Bedrag: 250,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-281/0751-00/6496300/GEMEENTE/CBS/500/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: gemeentelijke jeugdraad
            Bedrag: 5.000,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0790-01/6494000/GEMEENTE/CBS/480/IP-GEEN/U
        Andere toegestane werkingssubsidies
            Begunstigde: Verenigde Protestantse Kerk Dendermone 0211 242 442
            Bedrag: 183,81
        BP2020_2026-6/2023/ACT-719/0900-10/6496999/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Andere toegestane werkingssubsidies
            Begunstigde: KVG 0416.061.605
            Bedrag: 275,00
            Begunstigde: VFG 0454.020.574
            Bedrag: 275,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-622/0900-10/6496300/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Maatwerkbedrijf Spoor2 vzw 0454.343.743, vestiging 2 156 449 956
            Bedrag: 127.475,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-713/0900-10/6496100/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan gezinnen
            Begunstigde: Spoor 56 vzw 0420.851.326 jeugdzorg St Vincentius
            Bedrag: 1.575,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-741/0909-00/6496999/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Andere toegestane werkingssubsidies
            Begunstigde: Noodfonds bij rampen
            Bedrag: 5.000,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-708/0911-00/6496300/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Blijdorp 0409 371 771
            Bedrag: 1.275,00
            Begunstigde: dagcentrum Sint-Niklaas vzw 0415 468 816
            Bedrag: 275,00
            Begunstigde: De Tandem vzw 0675.709.918 - 2.268.872.560
            Bedrag: 150,00
            Begunstigde: Dienstverleningscentrum Zevenbergen (maakt deel uit van Emmaüs) 0411 515 075
            Bedrag: 50,00
            Begunstigde: Emiliani vzw 0421 911 297
            Bedrag: 25,00
            Begunstigde: Ganspoel vzw 0410 917 437
            Bedrag: 25,00
            Begunstigde: K.O.C. Snt. Gregorius 0406.633.304
            Bedrag: 50,00
            Begunstigde: nieuwe aanvragen op voorstel van het college
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: Raakzaam vzw 0415 298 669
            Bedrag: 275,00
            Begunstigde: Tanderius 0462.234.001
            Bedrag: 550,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0943-00/6496300/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: BGJG Hamme 0406605192
            Bedrag: 275,00
            Begunstigde: BGJG Moerzeke 0406605192
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: CAW Oost-Vlaanderen 0457.984.114
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: Dienst familiehulp 0409 533 604
            Bedrag: 325,00
            Begunstigde: Familiezorg Oost-Vlaanderen 0412 914 845
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: Thuishulp vzw 0416 337 460
            Bedrag: 200,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-709/0959-00/6496300/GEMEENTE/CBS/500/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Michiels Luc RR 46.12.05-087.37 Seniorenraad
            Bedrag: 3.675,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-710/0959-00/6496300/GEMEENTE/CBS/500/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: Gepensioneerde liberalen RR33123007197
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: Gepensioneerden H.Hart RR 46052608638
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: Gepensioneerden Kastel RR48112729280
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: Gepensioneerden Moerzeke RR45103125029
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: Gepensioneerden Zogge RR40010506154
            Bedrag: 200,00
        BP2020_2026-6/2023/ACT-710/0959-00/6496300/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Toegestane werkingssubsidies aan verenigingen
            Begunstigde: NEOS 0420.664.848
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: nieuwe aanvragen op voorstel van het college
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: OKRA Trefpunt Hamme 0412.022.346
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: S-Plus 0409.572.206
            Bedrag: 200,00
        BP2020_2026-6/2023/GBB/0985-00/6496999/GEMEENTE/CBS/800/IP-GEEN/U
        Andere toegestane werkingssubsidies
            Begunstigde: Belgische Rode Kruis afdeling Hamme 0406 729 809
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: I-Mens 0416 603 716
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: I-Mens Thuisverpleging vzw 0444 930 288
            Bedrag: 200,00
            Begunstigde: VIVA-SVV vzw (Reddie Teddy) 0412 830 713
            Bedrag: 325,00
            Begunstigde: Wit Gele Kruis van Oost-Vlaanderen 0410 442 335 Hamme & Moerzeke
            Bedrag: 325,00

         

        Artikel 2: De toegekende subsidie zal door de begunstigde uitsluitend worden gebruikt ten bate van de vereniging.

        Artikel 3: De toekenning van een nominatieve subsidie houdt een controlerecht in. Indien de subsidie niet wordt aangewend voor de algemene werking of specifiek opgegeven doel kan ze eventueel gedeeltelijk of geheel worden teruggevorderd.

        Artikel 4: De toekenning van de subsidie houdt in dat de gesubsidieerde zich engageert om het belang van het gebruik van het Nederlands te erkennen bij het uitvoeren van de gesubsidieerde activiteiten.

      • Meerjarenplan - aanpassing 6 2020-2026 - vaststelling deel gemeente - aanneming geheel - besluit

        REGELGEVING:

        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, zoals gewijzigd bij decreet van 21 december 2018, titel 4 in het bijzonder.
        • Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus, zoals gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 7 september 2018.
        • Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen, zoals gewijzigd bij ministerieel besluit van 12 september 2018.
        • De beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 20 december 2023 houdende vaststelling van het gedeelte van het meerjarenplan dat betrekking heeft op het OCMW.

        OVERWEGINGEN:

        • Het ontwerp van de strategische nota, de financiële nota en de toelichting van de aanpassing 6 van het meerjarenplan 2020-2026.
        • De bespreking door het managementteam in zitting van 30 november 2023 van de aanpassing 6 van het meerjarenplan 2020-2026.
        • De bespreking door het college van burgemeester en schepenen en het vast bureau in zitting van 5 december 2023 van de aanpassing 6 van het meerjarenplan 2020-2026.
        • De toelichting van de aanpassing 6 van het meerjarenplan 2020-2026 in vergadering van de gezamenlijke raadscommissie van 13 december 2023.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils
        Resultaat: Met 19 stemmen voor, 4 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1: Het gedeelte van de aanpassing 6 van het meerjarenplan 2020-2026 dat betrekking heeft op de gemeente, met een aanpassing van de kredieten van boekjaar 2023 en de beginkredieten voor boekjaar 2024, wordt vastgesteld.

        Artikel 2: Het gedeelte van de aanpassing 6 van het meerjarenplan 2020-2026 dat betrekking heeft op het OCMW wordt goedgekeurd.

        Artikel 3: Het geheel van de aanpassing 6 van het meerjarenplan 2020-2026 wordt aangenomen.

        Artikel 4: Aan de Vlaamse Overheid zal digitaal over de aanpassing 6 van het meerjarenplan 2020-2026 worden gerapporteerd, conform de daartoe vastgestelde bepalingen.

      • Aanpassing organogram lokaal bestuur Hamme - goedkeuring - besluit

        REGELGEVING:

        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 161 dat bepaalt dat de gemeenteraad het organogram vaststelt en daarin de leden van het managementteam aanduidt.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 171 dat bepaalt dat de algemeen directeur in overleg met het managementteam zorgt voor de opmaak van het voorontwerp van het organogram.
        • Het raadsbesluit van 30 maart 2022 waarbij de formatie van het gemeente- en OCMW-personeel werd vastgesteld.
        • De wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.

        OVERWEGINGEN:

        • Naar aanleiding van de integratie van het gemeentebestuur en het OCMW bleek een grondige evaluatie van de geïntegreerde organogrammen van de beide besturen noodzakelijk, waarvoor een nieuw organogram werd vastgesteld door de raad op 30 maart 2022. 
        • Onder begeleiding van een extern bureau werd een nieuwe hedendaagse organisatiestructuur uitgewerkt die het bestuur in staat moet stellen om de huidige en toekomstige uitdagingen aan te gaan.
        • In het organogram van 30 maart 2022 werden de ouderenvoorzieningen niet gewijzigd aangezien deze buiten de scope van de studie #dynHAMisch van het gezamenlijk personeelskader vielen omdat deze een eigen financieringsdynamiek hebben en het dan lopende IFIC-project voor de zorg voor aanzienlijke wijzigingen in functietitels en barema's zou zorgen.
        • De implementatie van de IFIC-functies en barema's voor het zorgpersoneel is inmiddels doorgevoerd, waardoor een actuele organisatiestructuur voor de ouderenvoorzieningen kan worden vastgesteld. 
        • Het bestaande organogram en personeelskader van de ouderenvoorzieningen van het OCMW Hamme zijn meer dan 10 jaar oud en bijgevolg aan herziening toe. Gelet op de evoluties binnen de woonzorgsector en de eigen organisaties in die periode, is bij een herwerking van het organogram en personeelskader een vergelijkingsoefening met het huidige verouderde kader minder relevant en werd een volledig nieuw personeelskader opgebouwd.
        • De nieuwe personeelsformatie betreft de werking van het woonzorgcentrum Meulenbroek (m.i.v. het seniorenrestaurant en cafetaria), het centrum voor dagverzorging (Den Oever), de assistentiewoningen De Durme, Den Eendengaerd, De Wuiten, de serviceflats Den Craenevliet en het sociaal restaurant/cafetaria (Hospitaalstraat).
        • De werking van het toekomstige lokaal dienstencentrum (LDC) is nog niet opgenomen in het personeelskader omdat pas bij het vastleggen van de doelstellingen van het LDC bepaald kan worden welke personeelsinzet vereist is. In het organogram heeft het LDC al wel een plaats gekregen op basis van de locatie waar het gevestigd zal worden. Bij toekomstige realisatie van het LDC zal de personeelsformatie bijgevolg aangepast moeten worden.
        • Het organogram geeft de organisatiestructuur van de gemeentelijke en OCMW-diensten weer en geeft de gezagsverhoudingen aan. Het dient te worden aangepast in functie van wijzigingen in de formatie en het optimaliseren van de werking van de diensten. 
        • De formatie is bovendien een veranderlijk beheersinstrument dat kan bijgestuurd worden naarmate de opvattingen over de dienstverlening evolueren en het werkvolume of de werkprocessen veranderen.
        • Het managementteam heeft het voorontwerp van de personeelsformatie en het organogram, opgesteld  door de algemeen directeur in overleg met het managementteam overeenkomstig artikel  171 van het decreet lokaal bestuur, besproken op 19 oktober 2023 en 9 november 2023.
        • De voorgestelde wijzigingen werden besproken in het college van burgemeester en schepenen. 
        • Het onderhandelingscomité bereikte een akkoord in de vergadering van het bijzonder overleg- en onderhandelingscomité van 27 november 2023.
        • De financiële nota die de budgettaire haalbaarheid aantoont.

        BESLUIT:

        Artikel 1: Op basis van de  gewijzigde personeelsbehoeften worden de formatie en het organogram van het statutair en het contractueel personeel, zoals laatst vastgesteld bij raadsbesluit van 30 maart 2022 vervangen en vastgesteld door het organogram zoals in bijlage.

        Artikel 2: De raad beslist om deze wijziging door te voeren, rekening houdend met de voorziene budgetten en de financiële nota.

        Artikel 3: De raad geeft opdracht aan het college van burgemeester en schepenen om over te gaan tot realisatie van het organogram.

      • Intergemeentelijke samenwerking - GEMEENTELIJKE HOLDING NV - buitengewone algemene vergadering 22 december 2023 - goedkeuren agenda - statutenwijziging - aanduiden vertegenwoordigers - besluit

        REGELGEVING:

        • Artikel 432, alinea 3 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, waarbij bepaald wordt dat de deelnemende gemeenten hun vertegenwoordigers voor een algemene vergadering van een opdrachthoudende vereniging bij gemeenteraadsbesluit dienen aan te wijzen uit de leden van de gemeenteraad en dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke algemene vergadering.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 22 mei 2019 waarbij de heer Jan Rosschaert, raadslid, wordt aangeduid als effectief vertegenwoordiger van de gemeente Hamme voor Gemeentelijke Holding NV.
        • De statuten van Gemeentelijke Holding NV.

        OVERWEGINGEN:

        • Verwijzend naar de buitengewone algemene vergadering van 13 november 2023 waarbij het aanwezigheidsquorum op deze vergadering niet bereikt werd en waardoor een nieuwe algemene vergadering wordt bijeengeroepen met dezelfde agenda.
        • De op 22 december 2023 buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders van Gemeentelijke Holding NV waarvan de agenda werd overgemaakt op 13 november 2023 door Gemeentelijke Holding NV aan gemeente Hamme.
        • Gemeente Hamme is aandeelhouder van Gemeentelijke Holding NV.
        • De besprekingen in het college van burgemeester en schepenen.
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.

        BESLUIT:

        Artikel 1: De heer Jan Rosschaert wordt aangeduid als effectief vertegenwoordiger van de gemeente Hamme voor de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders van de Gemeentelijke Holding nv.

        Artikel 2: Mevrouw Ann Verschelden wordt aangeduid als plaatsvervanger van de gemeente Hamme voor de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders van de Gemeentelijke Holding nv.

        Artikel 3: De agendapunten van de algemene vergadering van de Gemeentelijke Holding nv op 22 december 2023 worden goedgekeurd en gesteund.

        Artikel 4: De vertegenwoordiger van de gemeente is gemandateerd om de agendapunten van de algemene vergadering van de Gemeentelijke Holding op 22 december 2023 goed te keuren.

        Artikel 5: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de verdere uitvoering van deze beslissing.

        Artikel 6: Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de Gemeentelijke Holding nv.

      • Intergemeentelijke samenwerking Woonmaatschappij de Thuisbouwer - vervanging vertegenwoordiger - besluit

        REGELGEVING:

        • Artikel 34 van het decreet lokaal bestuur - Er wordt geheim gestemd over de aanwijzing van de leden van de gemeentelijke bestuursorganen en van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen.
        • Artikel 40 van het decreet lokaal  bestuur - Onder voorbehoud van andere wettelijke of decretale bepalingen, beschikt de gemeenteraad over de volheid van bevoegdheid. De gemeenteraad bepaalt het beleid van de gemeente en kan daarvoor algemene regels vaststellen Artikel 447 van het decreet lokaal bestuur.
        • De Vlaamse Codex Wonen van 2021 en het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van de Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW), in bijzonder de artikels m.b.t. het bestuur van de woonmaatschappij.
        • De ontwerpstatuten van woonmaatschappij de Thuisbouwer, conform de afzonderlijke modelstatuten (bijlage 11 bij BVCW) die de Vlaamse Regering heeft vastgelegd.

        OVERWEGINGEN:

        Feiten en context

        • Op 8 juni 2023 werd de nieuwe woonmaatschappij 'de Thuisbouwer' voor het werkingsgebied Hamme-Zele gevormd. Hamme en Zele maken deel uit van dit werkingsgebied.
        • Het gemeenteraadsbesluit van 26 april 2023 waarbij Etienne De Prycker, Koen Mettepenningen, Filip Boelaert, Marleen Van Holewinckel, Hilde Cloostermans, Marita De Medts, André Raemdonck, Jan Laceur en Danny Poppe voor de resterende periode van de legislatuur werden voorgedragen als vertegenwoordiger van het lokaal bestuur Hamme voor het bestuursorgaan van de woonmaatschappij voor het werkingsgebied Dender-Noord.

        • De e-mail van Jan Laceur, d.d. 11 december 2023, waarbij hij zijn ontslag als vertegenwoordiger vanuit Lokaal bestuur Hamme namens N-VA meedeelt voor woonmaatschappij de Thuisbouwer.
        • Naar aanleiding van dit ontslag is het noodzakelijk dat de gemeenteraad een nieuwe vertegenwoordiger aanduidt voor de duur van de legislatuur.
        Vormvereisten
        • In de stuurgroep van het werkingsgebied Hamme-Zele werd vastgesteld om volgende mandaten voor de gemeenten van het werkingsgebied voor te behouden in de raad van bestuur van deze woonmaatschappij:

          • 8 mandaten voor lokaal bestuur Hamme + minstens één extra kandidaat;
          • 6 mandaten voor lokaal bestuur Zele;
          • 1 mandaat voor de private aandeelhouders.

          De leden van het bestuursorgaan, worden dan door de algemene vergadering uit die voorgedragen kandidaten benoemd.

          Bij de samenstelling van het bestuursorgaan dient o.a. rekening gehouden te worden met volgende bepalingen:

          • minstens 1/3 leden van een ander geslacht;
          • voldoende expertise;
          • voldoende diversiteit in competenties en achtergrond.
         
        • Gelet op de voordracht een nieuw kandidaat:
          • Namens N-VA: Robby Van der Stock
        Publieke stemming
        Aanwezig: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz, André Reuse
        Voorstanders: Jan Laceur, Luk De Mey, Ann Verschelden, Koen Mettepenningen, Mieke De Keyser, Kurt De Graef, Jan Ketels, Pieter Bieseman, Jan De Graef, Lotte Peeters, An Geerinck, Robby Van der Stock, Jan Rosschaert, Fatima Gökce, Yentl Scheirs, Christoff Van Gaeveren, Mathieu Weyn, Christel Vanhoyweghen, Mustafa Tokgoz
        Onthouders: Agnes Onghena, Gilles Verbeke, Leo Van der Vorst, Mario Michils
        Resultaat: Met 19 stemmen voor, 4 onthoudingen

        BESLUIT:

        Artikel 1

        Robby Van der Stock wordt naast Etienne De Prycker, Koen Mettepenningen, Filip Boelaert, Marleen Van Holewinckel, Hilde Cloostermans, Marita De Medts, André Raemdonck en Danny Poppe aangeduid voor de resterende huidige periode van de legislatuur als vertegenwoordiger van het lokaal bestuur Hamme in het bestuursorgaan van woonmaatschappij de Thuisbouwer voor het werkingsgebied Dender-Noord.

        Artikel 2

        Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de directeur van de Thuisbouwer, de heer Guy Van Gucht (guy.van.gucht@dethuisbouwer.be).

      • Besluit van de burgemeester - politieverordening betreffende het verbod op het schenken van dranken in glazen recipiënten tijdens de kerstmarkt te Moerzeke – bekrachtiging - besluit

        REGELGEVING:

        • Het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 63;
        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder artikel 41§3 met betrekking tot de gemeentelijke reglementen;
        • De Nieuwe Gemeentewet, inzonderheid artikels 119 en 119bis met betrekking tot de bevoegdheden van de gemeenteraad in het kader van het opmaken van gemeentelijke reglementen en politieverordeningen en artikel 135, §2 met betrekking tot de bevoegdheden van de gemeenten in het kader van de  veiligheid.
        • De nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988, artikel 134 sexies;
        • De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, artikel 42, 1ste lid.
        • De Wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties;
        • Ministeriële omzendbrief OOP 41 van 31 maart 2014 betreffende de operationalisering van het referentiekader CP 4 over het genegotieerd beheer van de publieke ruimte naar aanleiding van gebeurtenissen die de openbare orde aanbelangen.
        • Het besluit van de gemeenteraad van 14 september 2022 tot goedkeuring van het algemeen politiereglement/vaststelling van het reglement betreffende de gemeentelijk administratieve sancties.
        • Gemeenteraadsbesluit van 27 april 2011 betreffende de invoering van de gemeentelijke administratieve sancties.
        • Het reglement gemeentelijke administratieve sancties, vastgesteld in gemeenteraadszitting van 18 juni 2014.
        • Marktreglement kerstmarkt - wijziging goedgekeurd op de gemeenteraad van 11/09/2019.

        OVERWEGINGEN:

        Naar analogie met de kerstmarkt te Hamme centrum en het bijhorende goedgekeurde reglement, mag er tijdens de kerstmarkt te Moerzeke die zal doorgaan op 22/12/2023 geen drank geschonken worden in glazen recipiënten. Dit in het kader van de openbare orde en de veiligheid. Ook de horecazaken gelegen aan het evenement kerstmarkt dienen te voldoen aan dit glasverbod voor zover en dranken geschonken worden op het openbaar domein en/ of glazen worden meegenomen vanuit de horecazaak naar het openbaar domein. Wanneer de horecazaken, die binnen deze perimeter vallen, een buitentoog organiseren, dienen zij eveneens te voldoen aan de VLAREM wetgeving herbruikbaar cateringmateriaal.

        BESLUIT:

        Enig artikel: bekrachtigt het burgemeestersbesluit van 21 november 2023 getiteld 'politieverordening betreffende het verbod op het schenken van dranken in glazen recipiënten tijdens de kerstmarkt te Moerzeke - goedkeuring - besluit'.

    • Extra

      • Ontslag van burgemeester Herman Vijt in zijn hoedanigheden van raadslid en burgemeester - kennisname

        REGELGEVING:

        • Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, in het bijzonder:
          • artikel 13 met betrekking tot het ontslag van een gemeenteraadslid;
          • artikel 61 met betrekking tot het ontslag van de burgemeester;
          • artikel 40 en 41 met betrekking tot de bevoegdheden van de burgemeester.
        • Het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van heden met betrekking tot het ontslag van de heer Herman Vijt.

         

        OVERWEGINGEN:

        • De e-mail van burgemeester Herman Vijt d.d. 8 december 2023 aan de gouverneur van Oost-Vlaanderen, waarbij hij zijn ontslag aanbiedt als burgemeester vanaf 1 januari 2024. Het ontslag als burgemeester impliceert ook het ontslag als voorzitter van het vast bureau.
        • De e-mail van burgemeester Herman Vijt d.d. 11 december 2023 aan de voorzitter van de gemeenteraad, waarbij deze in kennis wordt gesteld van het ontslag van Herman Vijt als burgemeester en raadslid met ingang vanaf 1 januari 2024.
        • Neemt akte van 2 documenten van mevr. Gwendolyn Rutten, viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke kansen, ontvangen via het agentschap Binnenlands Bestuur. Waarbij ze kennis neemt van het ontslag van de heer Herman Vijt als burgemeester van de gemeente Hamme. 
        • De e-mail van Kurt De Graef, gemeenteraadslid, met de vraag om het ontslag van de burgemeester en raadslid Herman Vijt toe te voegen als aanvullend agendapunt. 
        • De burgemeester blijft evenwel in functie tot de installatie van de nieuwe burgemeester en het nieuwe raadslid heeft plaatsgevonden. 

        BESLUIT:

        Artikel 1: De gemeenteraad neemt kennis van het schrijven van Herman Vijt d.d. 8 december 2023 aan de gouverneur van Oost-Vlaanderen, waarbij hij zijn ontslag als burgemeester indient vanaf 1 januari 2024.

        Artikel 2: De gemeenteraad neemt kennis van de indiening van het ontslag als raadslid door de heer Herman Vijt aan de heer Jan Laceur, gemeenteraadsvoorzitter, vanaf 1 januari 2024.

        Artikel 3: De gemeenteraad neemt kennis van het ministerieel besluit d.d. 13 december 2023, waarbij Gwendolyn Rutten, Viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, inburgering en Gelijke Kansen, kennis neemt van het ontslag van de heer Herman Vijt als burgemeester van de gemeente Hamme. 

De heer raadsvoorzitter Jan Laceur verklaart de zitting gesloten.

 

Volgende stukken werden ter beschikking gesteld van de raadsleden:

  • 20231124 1623 Nieuwsbrief DDS beslissingen raad van bestuur 202310
  • 20231127 1505 Nieuwsbrief Verko - beslissingen raad van bestuur 2023-09
  • 20230920 goedgekeurde notulen RBC Zuid – Intergem
  • 20230921 goedgekeurde notulen RBC Noord - Intergem

Namens gemeenteraad,

André Reuse
algemeen directeur

Jan Laceur
raadsvoorzitter